Besluit tot instelling van een Commissie van onderzoek naar advies over de financiële relaties tussen Aruba en Nederland

Instelling Adviescommissie Samenwerking Aruba-Nederland

De minister-president van Aruba en de minister voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken van Nederland, alsmede de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken van Nederland, J. Kohnstamm,
overwegende,
dat de financiële relaties tussen Aruba en Nederland in heroverweging moeten worden genomen teneinde deze beter toe te snijden op de samenwerking binnen de kaders van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden;
dat het wenselijk is voor deze heroverweging door deskundigen onderzoek te doen verrichten en advies te doen uitbrengen;
gezien het memorandum van 15 januari 1997 inzake ’Herijking van de financiële relatie tussen Nederland en Aruba’;
en ‐ voorzover het de minister voor Nederlands-Arubaanse en Arubaanse Zaken van Nederland en de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken, J. Kohnstamm betreft ‐ gelet op artikel 6 Kaderwet adviescolleges (Staatsblad 1996, 378);

Besluiten:

een commissie van deskundigen in te stellen, waarop de volgende regels van toepassing zijn.

Artikel

1

Er is een Adviescommissie Samenwerking Aruba ‐ Nederland, hierna te noemen: de Commissie.

Artikel

2

De Commissie heeft tot taak:

  • a.

    de voorwaarden te formuleren voor vergroting van financiële zelfstandigheid van Aruba binnen de kaders van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden en met als uitgangspunt dat Aruba vooralsnog ondersteuning voor overheidsinvesteringen en van Nederlandse deskundigen op tijdelijke basis nodig zal hebben;

  • b.

    de huidige relaties tussen Aruba en Nederland met betrekking tot financiële samenwerking te analyseren en te evalueren aan de hand van de onder a genoemde voorwaarden;

  • c.

    modaliteiten te beschrijven voor inrichting van de samenwerkingsrelatie tussen Aruba en Nederland op middellange en lange termijn, die voldoet aan de onder a bedoelde voorwaarden;

  • d.

    advies uit te brengen aan de minister-president van Aruba en de minister voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken van Nederland over het te voeren beleid ten aanzien van de samenwerkingsrelatie tussen Aruba en Nederland, in het bijzonder de financiële.

Artikel

3

Artikel

4

Artikel

5

Secretaris, niet zijnde lid, van de Commissie is de heer drs. N. F. Roest. De secretaris verricht zijn werkzaamheden als zodanig uitsluitend onder verantwoordelijkheid van de Commissie. De secretaris neemt deel aan de vergaderingen van de Commissie en aan de andere activiteiten die de Commissie voor haar taakvervulling noodzakelijk acht.

Artikel

6

Artikel

7

Artikel

8

2. De Commissie vangt haar werkzaamheden met onmiddellijke ingang aan.

2. De Commissie brengt haar eindrapport uit vóór 1 juli 1997 aan de minister-president van Aruba en de minister voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken van Nederland. Op hun verzoek doet de Commissie hen, gezamenlijk of elk afzonderlijk, tussentijds verslag van haar werkzaamheden en pleegt daarover overleg.

Deze regeling zal in de Nederlandse Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag
De Minister-president van Aruba, J.H.A Eman De Minister voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken, J.J.C. Voorhoeve De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken, J. Kohnstamm