Artikel
1
1
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder grond, landbouwgrond, grasland, bouwland, braakland, fosfaat en hectare hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid, van de Meststoffenwet, en wordt verstaan onder:
-
a.
dierlijke meststoffen: meststoffen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel d, van de Meststoffenwet die geheel of gedeeltelijk bestaan uit uitwerpselen van dieren, waaronder mede wordt begrepen de geheel of gedeeltelijk verteerde maag- en darminhoud van dieren;
-
b.
gebruiken: op of in de bodem brengen;
-
c.
natuurterrein: grond met een houtopstand, alsmede heideveld, ven, hoogveenterrein, zandverstuiving, duinterrein, kwelder, schor, gors, slik, riet- en ruigtland, griend en laagveenmoeras, voor zover het geen landbouwgrond is;
-
d.
beheer: beheer dat aan bij ministeriële regeling gestelde regels voldoet;
-
e.
overige grond: andere grond dan landbouwgrond of natuurterrein;
-
f.
waterige fracties: dierlijke meststoffen, waarvan het droge-stofgehalte kleiner dan 5% is en die ontstaan door ofwel een systeem van gescheiden bewaring van dierlijke meststoffen ofwel door een systeem waarbij dierlijke meststoffen worden gescheiden;
-
g.
stikstofkunstmest: meststof, opgenomen in bijlage IV bij dit besluit;
-
h.
niet-beteelde grond: grond waarvan niet kan worden waargenomen dat deze gelijkmatig met een gewas is bedekt;
-
i.
emissiearm aanwenden: gebruiken overeenkomstig de voorschriften die voor de desbetreffende situatie zijn opgenomen in de bij dit besluit behorende bijlage II;
-
j.
veenkoloniaal bouwplan: bouwplan voor de teelt van fabrieksaardappelen ten behoeve van de zetmeelindustrie in een teeltfrequentie van ten minste éénmaal per drie jaar, met dien verstande dat geen sprake is van een veenkoloniaal bouwplan in de periode dat op de desbetreffende grond bloembollen worden geteeld of gras wordt geteeld;
-
k.
fruitteelt: bedrijfsmatige teelt op bouwland van vruchten, bestemd voor menselijke consumptie en groeiend aan houtige gewassen;
-
l.
vaste mest: dierlijke meststoffen die niet verpompbaar zijn;
-
m.
hellingspercentage: quotiënt van het hoogteverschil en de horizontale afstand, uitgedrukt in procenten, volgens de in bijlage III bij dit besluit aangegeven meetmethode.
2
Voor de toepassing van artikel 2 wordt onder dierlijke meststoffen verstaan hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid, onderdeel e, van de Meststoffenwet.
3
Voor de toepassing van de artikelen 4, 4a, 5 en 6d wordt onder bouwland niet verstaan grond waarop tuinbouw in glasopstanden wordt uitgeoefend, of waarop een anderszins bedekte teelt plaatsvindt.