Artikel
1
1
In dit besluit wordt verstaan onder:
-
a.
kasbeheer: de zorg voor:
-
1.
de vorderingen van het Rijk (vorderingenbeheer);
-
2.
de betalingen van het Rijk (betalingenbeheer);
-
3.
het geld en de geldswaardige papieren bij het Rijk (geldelijk beheer).
-
1.
-
b.
centrale kassen: de door Onze Minister van Financiën centraal beheerde tegoeden op door hem aangewezen rekeningen bij in Nederland gevestigde bankinstellingen.
-
c.
kassen: voorraden contante gelden en tegoeden op bankrekeningen van het Rijk.
-
d.
Onze ministers: Onze betrokken ministers, ieder voor zover het hem aangaat;
-
e.
begroting: een van de onderdelen van de begroting van het Rijk, bedoeld in artikel 1 van de Comptabiliteitswet.
2
Tot het kasbeheer worden in elk geval de volgende beheershandelingen gerekend:
-
a.
het bewaren van geld en geldswaardige papieren;
-
b.
het betaalbaar stellen van aangegane financiële verplichtingen;
-
c.
het verrichten van geldelijke betalingen;
-
d.
het invorderbaar stellen van vorderingen;
-
e.
het innen van geldelijke ontvangsten;
-
f.
het opnemen en storten van contant geld;
-
g.
het electronisch opladen en afwaarderen van contantgeldkaarten;
-
h.
het in ontvangst nemen en het afgeven van geldswaardige papieren;
-
i.
het aanwijzen van ordonnateurs, kasbeheerders en van kassiers en het intrekken van zodanige aanwijzingen;
-
j.
het administreren van de beheershandelingen, genoemd onder a tot en met i.
3
Tot geldswaardige papieren worden gerekend:
-
a.
effecten, als bedoeld in artikel 1, onder a, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995;
-
b.
cheques;
-
c.
bankpassen, creditkaarten en contantgeldkaarten;
-
d.
andere door Onze Minister van Financiën aan te wijzen papieren of stukken.