ARTIKEL
I
Wijzigt de Spoorwegwet.
Zo is het, dat Wij , de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Wijzigt de Spoorwegwet.
Wijzigt de Locaalspoor- en Tramwegwet.
Wijzigt de Wet tot reorganisatie van het spoorwegbedrijf.
Ten aanzien van spoorwegondernemingen die op 27 juni 1997 spoorwegvervoerdiensten verrichten, gelden de vereisten voor de vergunning op grond van artikel 29a, eerste lid, van de Spoorwegwet, vermeld in de onderdelen d en e van dat artikellid, eerst met ingang van 27 juni 1998.
Nadere regels vastgesteld bij of krachtens artikel 31, tweede lid, dan wel artikel 32 van de Spoorwegwet zoals deze luidde voor inwerkingtreding van deze wet gelden als nadere regels vastgesteld op grond van artikel 31, tweede lid, respectievelijk artikel 32, eerste lid, van de Spoorwegwet zoals deze bij inwerkingtreding van deze wet komt te luiden.
Indien bij inwerkingtreding van het onderhavige voorstel van wet titel III van de Wet bestuursrechtspraak bedrijfsorganisatie zoals deze komt te luiden bij inwerkingtreding van artikel 98 van de Wet van 22 mei 1997, houdende nieuwe regels omtrent de economische mededinging (Mededingingswet), nog niet in werking is getreden, vindt de behandeling van het hoger beroep op grond van artikel 31h, tweede lid, van de Spoorwegwet plaats met toepassing van titel III zoals deze zal komen te luiden na inwerkingtreding van artikel 98 van de Mededingingswet.
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.