Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken van 12 februari 1998, nr. CIM98/241; gedaan in overeenstemming met Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;
De Raad van State gehoord (advies van 3 april 1998, nr. W04.98.0054);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken van 19 juni 1998, nr. CIM98/824; uitgebracht in overeenstemming met Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;