Besluit van 15 februari 1999, houdende de vaststelling van enkele rechtspositionele bepalingen ten aanzien van burgerambtenaren van Defensie, die belast zijn met het vervoer van bewindslieden en hoge ambtelijke functionarissen (Besluit personenchauffeurs defensie)

Besluit personenchauffeurs defensie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Defensie van 13 november 1999, nr. P/98007410;
De Raad van State gehoord (advies van 18 december 1998, No.W07.98.0528);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Defensie van 5 februari 1999, nr. P/99000429;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel

1

Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    personenchauffeur:

    de krachtens dit besluit door Onze Minister van Defensie aangewezen ambtenaren die de functie van personenchauffeur uitoefenen, alsmede de krachtens artikel 1 van het Besluit van 3 mei 1989 (Stb. 1989, 194), houdende een nadere werktijd regeling en overwerkvergoeding voor personenchauffeurs aangewezen ambtenaar;

  • b.

    het bezoldigingsbesluit:

    het Bezoldigingsbesluit burgerlijke ambtenaren defensie;

  • c.

    het reglement:

    het Burgerlijk ambtenarenreglement defensie.

Artikel

3

Verlenging arbeidstijd

De arbeidstijd voor de personenchauffeur met een volledige arbeidstijd bedraagt gemiddeld 45 uur per week.

Artikel

4

Aanvulling op het salaris

Artikel

5

Vaste toelage onregelmatige dienst

De personenchauffeur met een volledige arbeidstijd ontvangt een vaste toelage onregelmatige dienst ten bedrage van f 264,- bruto per maand.

Artikel

6

Consignatietoelage

Artikel

8

Eindejaarsuitkering

Over de in de artikelen 4, 5, en 6 genoemde aanvulling op het maandsalaris, de vaste toelage voor onregelmatige dienst en de consignatietoelage heeft de personenchauffeur recht op een eindejaarsuitkering als bedoeld in artikel 21a van het bezoldigingsbesluit.

Artikel

9

Aanspraak op vakantie

In afwijking van artikel 32, vierde lid, van het reglement bedraagt de aanspraak op vakantie voor de personenchauffeur met een volledige arbeidstijd 218 uren per kalenderjaar.

Artikel

10

Onvolledige arbeidstijd

Voor de personenchauffeur met een onvolledige arbeidstijd worden de in de artikel 4 genoemde aanvulling op het salaris, de in artikel 5 genoemde vaste toelage voor onregelmatige dienst, het in artikel 6, derde lid, genoemde aantal uren consignatie en de in artikel 9 genoemde aanspraak op vakantie, vastgesteld op een evenredig deel van die aanvulling, de toelage, het aantal uren consignatie en het aantal uren vakantie bij een volledige arbeidstijd.

Artikel

11

Overgangstoelage

Artikel

12

Intrekking besluit

Het Besluit van 3 mei 1989 (Stb. 1989, 194), houdende een nadere werktijd regeling en overwerkvergoeding voor personenchauffeurs wordt ingetrokken.

Artikel

13

Datum inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Artikel

14

Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit personenchauffeurs defensie.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Lech
Beatrix
De Staatssecretaris van Defensie, H. A. L. van Hoof
De Minister van Justitie, A. H. Korthals