Artikel
1
In deze verordening wordt verstaan onder:
-
a.
rauwe melk: het product dat wordt afgescheiden door de melkklier van één of meer koeien en dat niet verwarmd is tot boven 40°C en dat evenmin een behandeling met een gelijkwaardig effect heeft ondergaan;
-
b.
boerderijmelk: rauwe melk die door een melkveehouder kennelijk bestemd is voor aflevering anders dan aan consumenten;
-
c.
ontvanger van boerderijmelk: de natuurlijke of rechtspersoon die op jaarbasis 500.000 kg of meer boerderijmelk bedrijfsmatig ontvangt van één of meer in Nederland gevestigde melkveehouders en terzake betalingen aan de desbetreffende melkveehouders verricht , met uitzondering van boerderijzuivelbereiders;
-
d.
melkkoeltank: een tank die voldoet aan norm NEN-ISO 5708 en die is voorzien van een installatie waarmee melk tot 4°C of lager kan worden gekoeld, alsmede van een automatisch werkend roerapparaat;
-
e.
tankmelk: boerderijmelk die door melkveehouders wordt bewaard in een melkkoeltank;
-
f.
leverantie van boerderijmelk: de transactie waarbij een melkveehouder boerderijmelk ter beschikking van de ontvanger van boerderijmelk stelt en deze de betreffende melk in ontvangst neemt met het kennelijke doel deze te bewerken, te verwerken of te verhandelen;
-
g.
uitbetalings- dan wel bemonsteringsperiode: een kalendermaand; onder een halve bemonsteringsperiode wordt verstaan de periode van de eerste veertien dagen in de maand februari, dan wel de periode van de eerste vijftien dagen in elke andere kalendermaand, dan wel de periode van de overige dagen in elke kalendermaan;
-
h.
rijdende melkontvangst: een mobiele installatie die wordt gebruikt voor het ophalen van boerderijmelk;
-
i.
kwaliteitsonderzoek: onderzoek naar de kwaliteit van boerderijmelk ten behoeve van de uitbetaling naar gelang van de kwaliteit van deze melk;
-
j.
samenstellingsonderzoek: onderzoek naar het vet- en eiwitgehalte van boerderijmelk ten behoeve van de uitbetaling van deze melk;
-
k.
COKZ: de Stichting Centraal Orgaan voor Kwaliteitsaangelegenheden in de Zuivel;
-
l.
melkcontrolestation: een instelling die onderzoek uitvoert met betrekking tot de kwaliteit en samenstelling van boerderijmelk;
-
m.
Vervallen
-
n.
Vervallen
-
o.
productschap: het Productschap Zuivel;
-
p.
bestuur: het bestuur van het productschap;
-
q.
voorzitter: de voorzitter van het productschap;
-
r.
melkveehouder: de ondernemer die melkkoeien houdt.