Besluit van 1 december 1999, houdende het van toepassing zijn van het reglement betreffende het verlenen van radarpatenten (Besluit Reglement radarpatenten)

Reglement radarpatenten

Hoofdstuk

1

Algemene Bepalingen

Artikel

1.01

Begripsbepalingen

In dit reglement wordt verstaan onder:

  • a.

    schip: een binnenschip met inbegrip van een klein schip en een veerpont, alsmede een drijvend werktuig en een zeeschip;

  • b.

    op radar varen: varen bij slecht zicht, waarbij voor het voeren van het schip gebruik wordt gemaakt van radar;

  • c.

    schipperspatent: een Rijnpatent of een ander bewijs van vaarbevoegdheid voor de binnenvaart;

  • d.

    marifoonbedieningscertificaat: een, ingevolge de op 25 januari 1996 te Brussel tot stand gekomen Regionale overeenkomst betreffende de marifoon in de binnenvaart, afgegeven geldig bedieningscertificaat.

Artikel

1.02

Verplichting tot het hebben van een patent

Artikel

1.03

Richtlijnen

Voor de toepassing van dit reglement kunnen richtlijnen worden vastgesteld. De bevoegde autoriteiten dienen zich aan deze richtlijnen te houden.

Hoofdstuk

2

Voorwaarden voor het verkrijgen van een radarpatent

Artikel

2.01

Algemene bepalingen

Degene die een radarpatent wil verkrijgen moet:

  • a.

    ten minste 18 jaar oud,

  • b.

    houder van een schipperspatent en houder van een marifoonbedieningscertificaat zijn.

Artikel

2.02

Aanvraag en toelating tot het examen

Hoofdstuk

3

Procedures voor het examen, de afgifte en het intrekken van radarpatenten

Artikel

3.01

Examencommissie

Artikel

3.02

Examendata

De examencommissie draagt er zorg voor dat de datum, het tijdstip en de plaats van het examen evenals de termijn van aanmelden tijdig bekend gemaakt worden.

Artikel

3.03

Examen

Artikel

3.04

Afgifte van het radarpatent

Artikel

3.05

Intrekken van het radarpatent

Het radarpatent kan door de bevoegde autoriteit worden ingetrokken, wanneer de houder bij het voeren van een schip met behulp van radar een voor de scheepvaart gevaar veroorzakende onbekwaamheid aan de dag heeft gelegd. Het radarpatent kan tijdelijk dan wel permanent worden ingetrokken.

Artikel

3.06

Kosten

Het examen, de afgifte, het vervangen en de omruil van het radarpatent worden gedaan tegen een redelijk vergoeding van de kosten door de aanvrager. De hoogte van de kosten wordt door de bevoegde autoriteit vastgesteld. Deze kan de kosten geheel of ten dele vanaf het tijdstip van aanvraag vorderen.

Hoofdstuk

4

Overgangs- en slotbepalingen

Artikel

4.01

Geldigheid van bestaande radardiploma's

Artikel

4.02

Omwisselen van radardiploma's

Radardiploma's, bedoeld in artikel 4.01, kunnen voor een radarpatent als bedoeld in dit reglement worden omgewisseld.

Bijlage

1

als bedoeld in artikel 3.03, eerste lid, van het Reglement radarpatenten

Examenprogramma voor het verkrijgen van een radarpatent

DEEL A: THEORETISCH GEDEELTE

1.

Theorie omtrent radar

1.1

Radiogolven, algemeen

1.2

Voortplantingssnelheid van de radiogolven

1.3

Terugkaatsing van de radiogolven (radarreflectoren)

1.4

Beginsel van de werking van radar

1.5

Kengetallen van radarapparatuur voor de binnenvaart

1.5.1

Frequentie

1.5.2

Zendvermogen

1.5.3

Duur van de zendpuls

1.5.4

Omwentelingen van de antenne

1.5.5

Eigenschappen van de antenne

1.5.6

Beeldscherm (indicatie en bediening)

1.5.7

Beeldscherm doorsnede

1.5.8

Ingesteld bereik

1.5.9

Onderscheiding voor dichtbij

1.5.10

Radiale onderscheiding

1.5.11

Azimuthale onderscheiding

2.

Interpretatie van het radarbeeld

2.1

Plaats van de antenne op het beeldscherm; koerslijn

2.2

Vaststellen van ligging, koers en draaiing van het eigen schip

2.3

Bepalen van afstanden en bereik

2.4

Onderscheiden van het gedrag van andere verkeersdeelnemers (stilliggende, tegemoetkomende en in dezelfde richting varende schepen)

2.5

Betekenis van hulpmiddelen en interpretatie van het radarbeeld (koerslijn, afstandsringen, nalichtspoor, decentreren)

2.6

Beperking van informatie verkregen door radar

2.7

Verschillen tussen de gebruikelijke en daglicht radarapparatuur

3.

Verstoringen van het radarbeeld

3.1

Storingen die vanuit het eigen schip komen en mogelijke maatregelen tot vermindering daarvan

3.1.1

Uiteenvallen van de antennebundel

3.1.2

Schaduwvorming (blinde sektoren)

3.1.3

Meervoudige reflectie (bijv. in het gebied van de laadruimte)

3.2

Storingen die vanuit de omgeving komen en mogelijke maatregelen tot vermindering daarvan

3.2.1

Storingen door regen of golfslag

3.2.2

Strooivelden (bv. bij bruggen)

3.2.3

Meervoudige reflectie

3.2.4

Schijndoelen

3.2.5

Schaduwvorming

3.3

Verschijningsvorm van de van andere radarapparaten uitgaande storingen en maatregelen tegen het opheffen daarvan

4.

Bediening van het radarapparaat

4.1

Tijd nodig voor inwerkingstelling, gereedheid

4.2

Basisinstelling, afstemming

4.3

Afstemming van contrast en helderheid

4.4

Afstemming van de versterking

4.5

Afstemming van de verzwakking en filter

4.6

Beoordeling van de beeldkwaliteit

5.

Bochtaanwijzer

5.1

Functioneren

5.2

Gebruiksmogelijkheden

6.

Bijzondere politievoorschriften

6.1

Gebruik van marifoon, geluidsseinen en koersafspraken

6.2

Materiële minimum uitrusting van het schip voor het varen met behulp van radar

6.3

Personele minimum bezetting en bevoegdheden voor het varen met behulp van radar

DEEL B: PRAKTISCH GEDEELTE

1.

Voor het vertrek te nemen maatregelen

1.1

Inwerkingstelling, afstemming en controle op het functioneren van het apparaat

1.2

Interpretatie van het radarbeeld

1.3

Taakverdeling aan boord

2.

Het varen met behulp van radar

2.1

Varen en keren op stilstaand en stromend water

2.2

In- en uitvaren van een haven of van een smal vaarwater, met afspraken via de marifoon en geluidsseinen

2.3

Ontmoeten en oplopen

2.4

Stoppen op een aangewezen plaats

2.5

Toelichten van het radarbeeld

2.6

Geven van commando's aan de roerganger

2.7

Gedrag in bijzondere situaties (bijvoorbeeld: gevaarlijke verkeerssituaties of uitval van apparaten)

Bijlage

2

als bedoeld in artikel 3.04, eerste lid, van het Reglement radarpatenten

Modele de patente radar / muster des radarpatentes / model van het radarpatent

1)

Nr. 2)

Patente radar / Radarpatent / Radarpatent

Conformément aux dispositions du Règlement des patentes radar

Auf Grund der Radarpatentverordnung ist

Op grond van de bepalingen van het Reglement radarpatenten is

3)

né le

á

geboren am

in

4)

geboren op

te

est autorisé á utiliser une installation de radar pour conduire un bateau

berechtigt, eine Radaranlage zur Führen eines Fahrzeuges zu benutzen

gerechtigd een radarinstallatie voor het voeren van een schip te gebruiken

le

5)

den

6)

de

8)

9)

o7)

Signature du titulaire/Unterschrift des Inhabers/Handtekening van de houder

Le soussigné certifié que cette patente a eté signée en sa présence par le titulaire

Es wird bescheinigt, daß das Patent in Gegenwart des Unterzeichneten von dem Inhaber unterschrieben ist.

Ondergetekende verklaart dat het patent in zijn tegenwoordigheid door de houder is ondertekend

10)

11)

1) .../ Land van afgifte van het patent

2) .../ Nummer van het register

3) .../ Naam en voornaam

4) .../ Geboortedatum en -plaats

5) .../ Plaats van afgifte van het patent

6) .../ Datum van afgifte van het patent

7) .../ Stempel van de autoriteit die het patent afgeeft

8) .../ Aanduiding van de autoriteit die het diploma afgeeft

9) .../ Handtekening van de autoriteit die het patent afgeeft

10) .../Autoriteit die het patent afgeeft

11) .../Handtekening van de autoriteit die het patent afgeeft