Regeling keuringsinstanties Wet scheepsuitrusting

Regeling keuringsinstanties Wet scheepsuitrusting

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Besluit:

§

1

Begripsbepalingen

Artikel

1

In deze regeling wordt verstaan onder:

a.
modules B, D, E, F, G en H:

de overeenstemmingsbeoordelingsmodules B, D, E, F, G en H, bedoeld in bijlage B van de richtlijn;

b.
NEN-EN 45001, NEN-EN 45004, NEN-EN 45011 of NEN-EN 45012:

de met de desbetreffende aanduiding overeenkomende norm, uitgegeven door het Nederlands Normalisatie-instituut te Delft;

c.
Raad voor Accreditatie:

de Stichting Raad voor Accreditatie, gevestigd te Utrecht.

§

2

Aanvragen

Artikel

2

Artikel

3

Artikel

4

Vervallen

§

3

Beoordelingscriteria

Artikel

5

De aan te wijzen instantie voldoet aan de met het oog op de te verrichten taken relevante eisen van:

  • a.

    voor de modules B en G: NEN-EN 45004 of NEN-EN 45011;

  • b.

    voor de modules D, E en H: NEN-EN 45012;

  • c.

    voor module F: NEN-EN 45001, NEN-EN 45004 of NEN-EN 45011.

Artikel

6

De aan te wijzen instantie beschikt of kan beschikken over personeel met:

  • a.

    voorzover de te verrichten taken betrekking hebben op reddingsmiddelen, middelen ter voorkoming van verontreiniging van de zee of brandbeschermingsmiddelen: scheepsbouwkundige, werktuigbouwkundige of scheepswerktuigkundige kennis op HBO-niveau of een daaraan gelijkwaardige combinatie van scheepsbouwkundige, werktuigbouwkundige of scheepswerktuigkundige kennis op MBO-niveau en relevante praktische ervaring;

  • b.

    voorzover de te verrichten taken betrekking hebben op navigatieapparatuur of radiocommunicatieapparatuur: nautische kennis op HBO-niveau en elektrotechnische kennis op MBO-niveau in combinatie met relevante praktische ervaring op beide kennisgebieden.

Artikel

7

De aan te wijzen instantie is als in Nederland gevestigde onderneming of als in Nederland gevestigde nevenvestiging van een buitenlandse onderneming ingeschreven in het handelsregister.

Artikel

8

De aan te wijzen instantie is verzekerd tegen wettelijke aansprakelijkheid, voortvloeiend uit werkzaamheden die verband houden met de taken waarvoor aanwijzing is gevraagd, met een verzekerd bedrag van ten minste € 2.268.901 per gebeurtenis.

Artikel

9

Een aan te wijzen instantie wordt vermoed te voldoen aan de artikelen 5 en 6, indien zij voor de taken waarvoor aanwijzing wordt gevraagd is geaccrediteerd door de Raad voor Accreditatie.

§

4

Uitbesteding

Artikel

10

Vervallen

§

5

Toezicht

Artikel

11

Vervallen

Artikel

12

Een keuringsinstantie verstrekt de Minister van Verkeer en Waterstaat jaarlijks voor 1 maart een schriftelijke rapportage over de in het voorgaande kalenderjaar door haar uitgevoerde keuringen en procedures van overeenstemmingsbeoordeling in het kader van de Wet scheepsuitrusting.

Artikel

13

De keuringsinstantie stelt de Minister van Verkeer en Waterstaat onverwijld in kennis van:

  • a.

    wijzigingen van het ter zake van de keuringsinstantie in het handelsregister ingeschrevene, met betrekking tot haar naam en adresgegevens;

  • b.

    indien zij voor de taken waarvoor zij is aangewezen, door de Raad voor Accreditatie is geaccrediteerd: wijziging, schorsing of beëindiging van haar accreditatie;

  • c.

    indien zij niet over een accreditatie als bedoeld in onderdeel b beschikt: wijzigingen in de organisatie, de bedrijfsinterne procedures of de personele bezetting van de keuringsinstantie, voorzover die wijzigingen relevant zijn voor de wijze waarop of de mate waarin de keuringsinstantie voldoet aan de artikelen 5 en 6.

Artikel

14

§

6

Slotbepalingen

Artikel

15

Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop de Wet scheepsuitrusting in werking treedt.

Artikel

16

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling keuringsinstanties Wet scheepsuitrusting.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat, T.Netelenbos