Besluit mandaat, machtiging en volmacht Senter voor de uitvoering van CERupt

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
  • Gelet op de verplichtingen die de Staat der Nederlanden in internationaal verband op zich heeft genomen ter vermindering van de uitstoot van broeikasgassen;

  • Gelet op de creatie in artikel 12 van het Kyoto Protocol van het Clean Development Mechanism (CDM);

  • en gelet op de opdracht d.d. 19 juni 2001, nummer DGM/IMZ/2001064018 aan de Algemeen directeur van het agentschap Senter, gevestigd Grote Marktstraat 43 te Den Haag.

Besluit:

Artikel

1

Aan de Algemeen directeur van Senter wordt mandaat verleend in verband met het nemen van besluiten ter uitvoering van het programma CERupt waarvan naar zijn oordeel en voor zijn verantwoordelijkheid de vaststelling door de Minister niet noodzakelijk is.

Artikel

2

Aan de Algemeen directeur van Senter wordt volmacht verleend voor het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen voor zover het aangelegenheden betreft die verband houden met de uitvoering van het programma CERupt en waarvan naar zijn oordeel en voor zijn verantwoordelijkheid het niet noodzakelijk is dat de Minister deze verricht.

Artikel

3

Artikel

4

De Algemeen directeur van Senter is bevoegd ondermandaat te verlenen, volmacht te verstrekken alsmede machtiging te verlenen.

Artikel

5

Volmacht dan wel machtiging inzake het aangaan van verplichtingen wordt slechts verstrekt voor zover bij schriftelijke opdracht van de Minister in budget is voorzien.

Artikel

6

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Artikel

7

Dit besluit kan worden aangehaald als Besluit mandaat, machtiging en volmacht Center voor de uitvoering van het programma CERupt.

's-Gravenhage
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, J.P.Pronk