Wet van 17 januari 2002, houdende wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met het vervoer van leerlingen

Wijzigingswet Wet op het primair onderwijs, Wet op de expertisecentra en Wet op het voortgezet onderwijs in verband met het vervoer van leerlingen

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs te wijzigen, opdat voor leerlingen voor wie tot dusverre aanspraak kan worden gemaakt op vervoer op basis van de Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten, voortaan aanspraak kan worden gemaakt op gemeentelijk leerlingenvervoer;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel

I

Wijzigt de Wet op het primair onderwijs.

Artikel

II

Wijzigt de Wet op de expertisecentra.

Artikel

III

Wijzigt de Wet op het voortgezet onderwijs.

Artikel

IV

De in deze wet opgenomen wijzigingen zijn voor de eerste maal van toepassing op het vervoer van leerlingen dat in het schooljaar 2002/2003 zal plaatsvinden. Op het vervoer van leerlingen voorafgaand aan het schooljaar 2002/2003 en daarop betrekking hebbende geschillen blijven de regelingen zoals luidend voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze wet van toepassing.

Artikel

V

Artikel

VI

Voor een leerling als bedoeld in artikel 4, dertiende lid, van de Wet op het primair onderwijs of artikel 4, eerste lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs voor wie in het schooljaar 2001/2002 krachtens de Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten ten behoeve van het vervoer naar en van school een voorziening werd verstrekt en op wie artikel V, eerste en tweede lid, niet van toepassing is, blijft, indien de ouders, voogden of verzorgers dat wensen, dan wel, indien de leerling meerderjarig en handelingsbekwaam is, de leerling dat wenst, zo nodig in afwijking van artikel 4, vijfde lid, van de Wet op het primair onderwijs of de gemeentelijke regeling, onderscheidenlijk artikel 4, vijfde lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs of de gemeentelijke regeling, ten behoeve van het vervoer naar en van de school die deze leerling in het schooljaar 2001/2002 bezocht, aanspraak bestaan op een voorziening die gelijkwaardig is aan die welke voor die leerling gold krachtens de Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten.

Artikel

VII

Artikel

VIII

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage
Beatrix
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, K. Y. I. J. Adelmund
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. F. Hoogervorst
De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, L. J. Brinkhorst
De Minister van Justitie, A. H. Korthals