Erkenningsregeling opleidingen zeevaartbemanning

De Minister van Verkeer en Waterstaat;

Besluit:

Artikel

2

De aanvraag

Artikel

3

Beoordeling van de aanvraag

Het bijwonen van een opleiding of training door een aangewezen ambtenaar of een vertegenwoordiger van de certificerende instelling kan deel uit maken van de beoordelingsprocedure.

Artikel

4

Criteria voor de beoordeling

Artikel

5

Erkennen van een opleiding

De erkenning geschiedt voor de duur van ten hoogste vijf jaren.

Artikel

6

Derden

In het belang van een opleiding kan een onderdeel van de opleiding in een ander instituut plaatsvinden. Laatstbedoeld instituut dient, voorzover het dit onderdeel betreft, erkend te zijn in de zin van deze regeling.

Artikel

7

Simulatoren

Indien een simulator deel uitmaakt van de onderwijsmethode van een opleiding dient deze te voldoen aan de betreffende eisen die gesteld worden in sectie A-I/12, deel 1, van de STCW-Code (Trb. 1996, 249).

Artikel

8

Het intrekken van de erkenning

De Minister kan een erkenning intrekken, indien:

  • a.

    er niet meer voldaan wordt aan de eisen gesteld aan het verlenen van de erkenning;

  • b.

    er bij een tussentijdse controle blijkt dat sprake is van dusdanige tekortkomingen dat de kwaliteit van de opleiding niet langer is gegarandeerd;

  • c.

    de certificerende instelling, bedoeld in artikel 4, tweede lid, de Minister adviseert de certificering in te trekken dan wel niet te verlengen, of de onafhankelijke instantie de werking van het kwaliteitssysteem als onvoldoende beoordeelt.

Artikel

9

Administratieve bepaling

Bij beëindiging van de desbetreffende opleidingen wordt de registratie overgedragen aan het hoofd van Scheepvaartinspectie, die deze registratie gedurende ten minste vijftig jaar bewaart.

Artikel

11

Deze regeling wordt aangehaald als: Erkenningsregeling opleidingen zeevaartbemanning.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat, T.Netelenbos