Besluit van 3 oktober 2002, houdende regels voor de detectie van radioactief besmet schroot (Besluit detectie radioactief besmet schroot)

Besluit detectie radioactief besmet schroot

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 28 december 2001, nr. MJZ2001144238, gedaan mede namens Onze Minister van Economische Zaken en de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. F. Hoogervorst;
De Raad van State gehoord (advies van 18 april 2002, nr. W08.02.0014/V);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 19 september 2002, nr. MJZ2002078061, uitgebracht mede namens Onze Minister van Economische Zaken en de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, M. Rutte;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel

1

In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

detectieapparatuur: apparatuur, die ioniserende straling meet;

inrichting: inrichting als aangewezen in het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer;

Onze Minister: Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

radioactief besmet schroot: roestvrij-staalschroot, aluminiumschroot of ijzerschroot, voor het voorhanden hebben waarvan een vergunning vereist is ingevolge de artikelen 15 of 29 van de Kernenergiewet, dan wel het krachtens artikel 34 van die wet bepaalde, of waarvan het voorhanden hebben gemeld moet worden ingevolge het bepaalde krachtens de artikelen 21, 32 of 34 van die wet;

schroot: roestvrij-staalschroot, aluminiumschroot, ijzerschroot of schroot van andere metalen.

Artikel

2

Artikel

3

Degene die de inrichting drijft, meet onverwijld de ioniserende straling van het schroot dat binnen de inrichting wordt gebracht.

Artikel

4

Artikel

5

Artikel

6

Artikel

7

Artikel

8

De financiële zekerheid wordt in stand gehouden tot het moment waarop degene die de inrichting drijft, het opslaan, bewerken, verwerken of overslaan van schroot in de inrichting heeft beëindigd en daarin aanwezig radioactief besmet schroot als bedoeld in artikel 7, eerste lid, heeft verwijderd. Degene die de inrichting drijft, meldt Onze Minister dat hij dat radioactief besmette schroot heeft verwijderd.

Artikel

9

Artikel

10

Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Artikel

11

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit detectie radioactief besmet schroot.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage
Beatrix
De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, P. L. B. A. van Geel
De Minister van Economische Zaken, H. Ph. J. B. Heinsbroek
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, M. Rutte
De Minister van Justitie, J. P. H. Donner