Artikel
1
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
-
–
NOvAA: de Nederlandse Orde van Accountants-Administratieconsulenten;
-
–
Raad: de Raad van Toezicht;
-
–
Accountant: de Accountant-Administratieconsulent die optreedt als accountant in de zin van artikel 2, tweede lid, Gedrags- en Beroepsregels voor Accountants-Administratieconsulenten;
-
–
Accountantskantoor: het organisatorisch verband waarin een accountant optreedt, ongeacht de rechtsvorm daarvan en ongeacht of daarin alleen wordt opgetreden dan wel onder gemeenschappelijke naam wordt samengewerkt met andere accountants en/of andere vrij beroepsbeoefenaren;
-
–
Toetsing: de beoordeling van de kwaliteit van de beroepsuitoefening van een accountant die optreedt in een accountantskantoor, door niet aan dat accountantskantoor gelieerde Accountants-Administratieconsulenten;
-
–
Toetsingsteam: het team dat door de Raad van Toezicht voor een toetsing wordt samengesteld en belast is met de uitvoering van de toetsing van een accountantskantoor;
-
–
Koepelorganisatie: een organisatie waarvan een accountantskantoor onderdeel uitmaakt of waarbij het accountantskantoor is aangesloten en die bevoegd is aan het accountantskantoor bindende regels voor de kwaliteitsbeheersing op te leggen, te toetsen en de naleving daarvan af te dwingen, alsmede een beroepsorganisatie die aan zijn leden een dwingend stelsel van kwaliteitsbeheersing heeft opgelegd, deze toetst en de naleving daarvan kan afdwingen.