Verordening op de Periodieke Preventieve Toetsing

Verordening op de periodieke preventieve toetsing

De ledenvergadering van de NOvAA,
Overwegende dat het in het belang van een goede beroepsuitoefening door Accountants-Administratieconsulenten wenselijk is te voorzien in een stelsel dat gericht is op beheersing van de kwaliteit van de beroepsuitoefening door Accountants-Administratieconsulenten die optreden als accountant in de zin van artikel 2, tweede lid, Gedrags- en Beroepsregels voor Accountants-Administratieconsulenten;

Stelt de volgende verordening vast:

Hoofdstuk

I

Begripsbepalingen

Artikel

1

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • accountant: de Accountant-Administratieconsulent die werkzaam is als openbaar accountant;

  • accountantspraktijk: de accountantspraktijk, bedoeld in de Verordening gedragscode;

  • bestuur: het bestuur van de NOvAA;

  • dagdeel: een tijdsperiode van drie uur;

  • koepelorganisatie: een organisatie waarvan een accountantspraktijk onderdeel uitmaakt of waarbij de accountantspraktijk is aangesloten en die bevoegd is aan de accountantspraktijk bindende regels voor de kwaliteitsbeheersing op te leggen, te toetsen en de naleving daarvan af te dwingen, alsmede een beroepsorganisatie die aan zijn leden een dwingend stelsel van kwaliteitsbeheersing heeft opgelegd, deze toetst en de naleving daarvan kan afdwingen;

  • NOvAA: de Nederlandse Orde van Accountants-Administratieconsulenten;

  • openbaar accountant: de openbaar accountant, bedoeld in de Verordening gedragscode;

  • Raad: de individuele personen die op grond van artikel 3, eerste lid, van de Verordening op de Raad van Toezicht Beroepsuitoefening AA’s zijn of zullen worden benoemd als lid van de Raad van Toezicht Beroepsuitoefening AA’s;

  • registeraccountant: de registeraccountant, bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Wet op de Registeraccountants;

  • (her)toetsing: de beoordeling van de kwaliteit van de beroepsuitoefening, niet betrekking hebbend op de verrichting van wettelijke controles, van een accountant die optreedt in een accountantspraktijk, door niet aan die accountantspraktijk gelieerde Accountants-Administratieconsulenten en registeraccountants;

  • toetsingsteam: het team dat door het bestuur voor een toetsing wordt samengesteld en belast is met de uitvoering van de toetsing van een accountantspraktijk;

  • verbeterplan: een op de in artikel 11, tweede lid, bedoelde aanbevelingen en aanwijzingen gebaseerd document, waarin op planmatige en gestructureerde wijze wordt aangegeven welke maatregelen worden getroffen ter correctie van de geconstateerde tekortkomingen van het in artikel 3, eerste lid, bedoelde stelsel van kwaliteitsbeheersing;

  • voorzitter: de voorzitter van de NOvAA;

  • wettelijke controle: de wettelijke controle, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel p, van de Wet toezicht accountantsorganisaties.

Artikel

1a

Hoofdstuk

II

De Toetsing

Artikel

2

Een accountantspraktijk wordt, om de kwaliteit van de beroepsuitoefening van een accountant te kunnen beoordelen, in beginsel eenmaal in de zes jaar aan toetsing onderworpen.

Artikel

3

Artikel

4

Artikel

5

Artikel

6

Artikel

7

Artikel

8

Artikel

9

Indien zich over de wijze van uitvoering van de toetsing een meningsverschil voordoet tussen de aan toetsing onderworpen accountantspraktijk en het toetsingsteam, doet het bestuur op verzoek van de accountantspraktijk of het toetsingsteam een bindende uitspraak.

Artikel

10

Artikel

11

Artikel

13

Indien de getoetste accountantspraktijk of de individuele accountant die werkzaam is bij of verbonden is aan de getoetste accountantspraktijk, de inhoud van het toetsingsverslag of het eindoordeel van het bestuur openbaar maakt,

  • a.

    neemt hij het bepaalde in artikel A-150.2 van de Verordening gedragscode in acht en;

  • b.

    vermeldt hij de datum waarop de meest recente (her)toetsing heeft plaatsgevonden.

Hoofdstuk

III

Vrijstelling en accreditatie

Artikel

14

Artikel

15

Artikel

15a

Artikel

16

Vervallen

Hoofdstuk

IV

Overige bepalingen

Artikel

17

Van vertrouwelijke gegevens in het kader van de toetsing verkregen, kan geen verder en ander gebruik worden gemaakt dan krachtens deze verordening is bepaald, tenzij bij wet anders is bepaald.

Artikel

18

Artikel

19

In situaties die procedureel van aard zijn en waarin deze verordening niet voorziet, beslist het bestuur.

Artikel

19a

Artikel

20