Wet van 28 november 2002 tot wijziging van de Wet op de expertisecentra, de Wet op het primair onderwijs en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met de invoering van een leerlinggebonden financiering en de vorming van regionale expertisecentra (regeling leerlinggebonden financiering)

Wijzigingswet Wet op de expertisecentra, enz. (invoering regeling leerlinggebonden financiering)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is voor leerlingen met een handicap een leerlinggebonden financiering in te voeren en regionale expertisecentra te vormen en dat het in verband daarmee gewenst is een aantal wijzigingen aan te brengen in de Wet op de expertisecentra, de Wet op het primair onderwijs en de Wet op het voortgezet onderwijs;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel

I

Wijzigt de Wet op de expertisecentra.

Artikel

II

Wijzigt de Wet op het primair onderwijs.

Artikel

III

Wijzigt de Wet op het voortgezet onderwijs..

Artikel

IV

Overgangsbepaling regulier onderwijs

Vervallen

Artikel

V

Overgangsbepaling leerlingen (voortgezet) speciaal onderwijs

Vervallen

Artikel

VI

Programma's van eisen

Vervallen

Artikel

VII

Expertisebekostiging voor bestaande scholen voor meervoudig gehandicapten

Vervallen

Artikel

VIII

Omzetting afdelingen voor zeer moeilijk lerende kinderen

Vervallen

Artikel

IX

Overgangsbepaling indicatiestelling

Vervallen

Artikel

X

Formatiegarantie

Vervallen

Artikel

XI

Overgangsbepaling aanvraag formatie t.b.v. leerlingen residentiële instellingen, nevenvestigingen en verbrede toelating

Vervallen

Artikel

XII

Adviescommissie toelating en begeleiding

Vervallen

Artikel

XIII

Verplicht advies

Vervallen

Artikel

XIV

Experiment Almere

Vervallen

Artikel

XV

Overgangsbepaling

Vervallen

Artikel

XVI

Inwerkingtreding

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen, onderdelen daarvan of leden van artikelen, bedoeld in onderdelen, verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, M. J. A. van der Hoeven
De Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, B. J. Odink
De Minister van Justitie, J. P. H. Donner