Regeling eisen aan administratie inzake zoetwatervis

De Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

Artikel

1

Als zoetwatervis wordt aangewezen vis behorende tot de vissoorten aal, snoekbaars, baars, snoek, zeelt, brasem, karper, ruisvoorn en blankvoorn.

Artikel

2

Artikel

3

Artikel

4

Alle bewijsstukken of bescheiden waarin de gegevens, bedoeld artikel 3, zijn vastgelegd, dienen vanaf het tijdstip van hun opstelling of verkrijging tot het tijdstip waarop drie kalenderjaren zijn verlopen, te worden bewaard.

Artikel

5

Deze regeling is niet van toepassing op een inrichting waarvoor een vergunning ingevolge artikel 3, eerste lid, onder a of c, van de Drank- en Horecawet is vereist, of waarvan de ondernemer inschrijfplichtig is bij het Bedrijfschap Horeca en op de gespecialiseerde ondernemingen die bedrijfsmatig aan particulieren visproducten verkopen.

Artikel

6

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage
De Staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, B.J.Odink