Regeling van de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, nr. HDJZ/ABR/2003-310 houdende regels met betrekking tot de toekenning van een eenmalige specifieke uitkering voor de uitvoering van baggerwerkzaamheden in bebouwd gebied (Regeling eenmalige uitkering baggerwerkzaamheden bebouwd gebied)

Regeling eenmalige uitkering baggerwerkzaamheden bebouwd gebied

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

Besluit:

Artikel

1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    minister: de Minister van Verkeer en Waterstaat;

  • b.

    waterschap: het waterschap dat voor het boven het plangebied dan wel boven een gedeelte daarvan gelegen oppervlaktewater belast is met het waterkwaliteitsbeheer, waterkwantiteitsbeheer of het vaarwegbeheer;

  • c.

    gemeente: de gemeente binnen wiens grondgebied het plangebied is gelegen;

  • d.

    plangebied: de bodems, binnen het grondgebied van een gemeente, van de binnen de bebouwde kom gelegen oppervlaktewateren of van oppervlaktewateren waarvoor die gemeente is belast met het vaarwegbeheer;

  • e.

    baggerplan: een plan voor het gehele plangebied dan wel voor het gedeelte daarvan dat binnen het gebied van het waterschap is gelegen, dat ziet op het uitbaggeren van tot het plangebied behorende bodems voor het onderhoud van de waterhuishoudings- en vaarwegfunctie en dat is opgesteld in overeenstemming met de Tijdelijke regeling eenmalige subsidies baggerplannen bebouwd gebied, zoals dat gold onmiddellijk voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze regeling;

  • f.

    uitvoeringsplan: een plan ter uitvoering van één of meerdere baggerplannen;

  • g.

    baggerwerkzaamheden: het uitbaggeren van de waterbodem;

  • h.

    baggerproject: project zijnde een onderdeel van een uitvoeringsplan om baggerwerkzaamheden uit te voeren en de hieruit ontstane baggerspecie te transporteren en te bestemmen;

  • i.

    plangebonden depot: depot dat wordt benut in het kader van het uitvoeringsplan;

  • j.

    uitvoeringsorganisatie: door de minister aan te wijzen organisatie belast met de uitvoering van deze regeling.

Artikel

2

De minister kan ter stimulering van de uitvoering van baggerwerkzaamheden in het plangebied aan een gemeente dan wel een waterschap een eenmalige specifieke uitkering toekennen als tegemoetkoming in de kosten van een uitvoeringsplan.

Artikel

3

Het totale bedrag van de op grond van deze regeling te verlenen uitkeringen bedraagt 80 miljoen euro, waarvan ten hoogste:

  • a.

    20 miljoen euro voor uitvoeringsplannen op grond waarvan minder dan 100.000 m3 water-bodem in situ wordt uitgebaggerd; en

  • b.

    60 miljoen euro voor uitvoeringsplannen op grond waarvan 100.000 m3 of meer waterbodem in situ wordt uitgebaggerd.

Artikel

4

Artikel

5

Artikel

6

Artikel

7

Artikel

8

Artikel

9

Artikel

10

Artikel

11

Artikel

12

De minister kan onverschuldigd betaalde uitkeringsbedragen en voorschotten terugvorderen voor zover na de betaling van de uitkering nog geen vijf jaren zijn verstreken.

Artikel

13

Artikel

14

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 januari 2007, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op uitkeringen die voor die datum zijn verleend.

Artikel

15

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling eenmalige uitkering baggerwerkzaamheden bebouwd gebied.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Verkeer en WaterstaatM.H.Schultz van Haegen