Vergoedingsregeling voor uittreding van vissers uit de visserij 2003

Vergoedingsregeling voor uittreding van vissers uit de visserij 2003

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
Gelet op artikel 12 van verordening (EG) nr. 2792/1999 van de Raad van de Europese Unie van 17 december 1999 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen en voorwaarden voor de structurele acties van de Gemeenschap in de visserijsector (PbEG L 337);
Gezien de goedkeuring van de Commissie van de Europese Gemeenschappen bij beschikking C(2002) 1714 van 24 juni 2002;

Besluit:

Artikel

1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    minister: Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

  • b.

    vissersvaartuig: vaartuig dat gebruikt wordt voor de uitoefening van de bedrijfsmatige visserij en dat overeenkomstig artikel 1, tweede lid, van de Uitvoeringswet Visserijverdrag 1967 als Nederlands geldt en dat overeenkomstig het bij of krachtens het Besluit registratie vissersvaartuigen 1998 staat geregistreerd;

  • c.

    visser: natuurlijke persoon die zijn hoofdberoep uitoefent aan boord van een in bedrijf zijnd vissersvaartuig;

  • d.

    LASER: agentschap LASER van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.

Artikel

2

De minister kan op aanvraag subsidie verstrekken aan een visser voor de beëindiging van zijn beroepsactiviteit ten gevolge van zijn vervroegde uittreding uit de zeevisserij.

Artikel

3

Een subsidie als bedoeld in artikel 2 wordt slechts verstrekt aan de aanvrager:

  • a.

    die zijn arbeids- of maatschapsovereenkomst beëindigt met het oog op zijn vervroegde uittreding uit de zeevisserij;

  • b.

    die op de ontvangstdatum van de volledige aanvraag of binnen drie maanden na die datum, de leeftijd van ten minste 55 jaar heeft bereikt, maar nog niet de leeftijd van 65 jaar;

  • c.

    die zijn arbeids- of maatschapsovereenkomst heeft beëindigd na het bereiken van de 55-jarige leeftijd;

  • d.

    die ten minste tien jaar zijn beroepsactiviteit als visser heeft uitgeoefend;

  • e.

    die zonder onderbreking ten minste 12 maanden voorafgaand aan de periode, bedoeld in artikel 4, eerste lid, werkzaam is geweest op een vissersvaartuig dat wordt gebruikt voor de zeevisserij;

  • f. 

    die met de in onderdeel e bedoelde werkzaamheden in de betrokken periode de helft van zijn in artikel 3.1 van de Wet inkomstenbelasting 2001 bedoelde inkomen uit werk en woning heeft verdiend, en

  • g. 

    in voorkomend geval:

    • 1°.

      ten aanzien van wie de maatschapsovereenkomst bepaalt dat de eigenaar van het vissersvaartuig niet gehouden is een bijdrage aan de visser te verstrekken wanneer hij het vissersvaartuig uit de maatschap terugtrekt, of

    • 2°.

      ten aanzien van wie uit de maatschapsovereenkomst voortvloeit dat de visser geen invloed heeft op de beslissing van de eigenaar van het vissersvaartuig dit uit de maatschap terug te trekken.

Artikel

4

Artikel

5

De subsidie, bedoeld in artikel 2, bedraagt € 200,– voor iedere kalendermaand gedurende de periode die aanvangt op de eerste dag van de maand waarin de arbeids- of maatschapsovereenkomst wordt beëindigd en die eindigt op de eerste dag van de maand waarin de 65-jarige leeftijd wordt bereikt.

Artikel

6

Artikel

7

De ontvanger van een subsidie als bedoeld in artikel 2 is verplicht ten genoegen van de minister aan te tonen dat hij zijn werkzaamheden als visser niet heeft hervat. Daartoe verstrekt hij aan LASER jaarlijks vóór 31 maart op een daartoe bestemd formulier een overzicht betreffende het voorafgaande kalenderjaar van zijn inkomsten uit werk en woning of sociale zekerheidsuitkeringen.

Artikel

9

De minister bepaalt bij een in de Staatscourant bekend te maken besluit per aanvraagperiode in hoeveel gedeelten het subsidiebedrag wordt betaald. Indien het subsidiebedrag in gedeelten wordt betaald, stelt de minister vast op welke wijze de gedeelten worden berekend en op welke tijdstippen zij worden betaald.

Artikel

10

Een aanvraag tot verstrekking van een subsidie op grond van deze regeling wordt afgewezen indien de aanvrager reeds eerder een bijdrage of subsidie op grond van deze regeling, de Vergoedingsregeling voor uittreding van vissers uit de visserij 2002 of de Vergoedingsregeling voor uittreding van vissers uit de visserij is verstrekt.

Artikel

11

Deze regeling wordt aangehaald als: Vergoedingsregeling voor uittreding van vissers uit de visserij 2003.

Artikel

12

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag
De Minister van Landbouw, Natuur en VoedselkwaliteitC.P.Veerman