Artikel
1
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
-
a.
wet: Metrologiewet;
-
b.
richtlijn meetinstrumenten: richtlijn nr. 2004/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 31 maart 2004, betreffende meetinstrumenten (PbEU L 135);
-
c.
richtlijn niet-automatische weegwerktuigen: richtlijn nr. 2009/23/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 23 april 2009 betreffende niet-automatische weegwerktuigen (PbEU L 122);
-
d.
fabrikant: de natuurlijke persoon of de rechtspersoon die verantwoordelijk is voor de overeenstemming van het meetinstrument met de bij of krachtens de wet gestelde eisen aan het instrument voordat het in de handel wordt gebracht of in gebruik wordt genomen, waarbij hij als doel heeft dat meetinstrument onder eigen naam in de handel te brengen of voor eigen doeleinden in gebruik te nemen;
-
e.
CE-markering: markering, overeenkomstig het model van punt I.B.d) van de bijlage bij besluit nr. 93/465/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 22 juli 1993 betreffende de modules voor de verschillende fasen van de overeenstemmingsprocedures en de voorschriften inzake het aanbrengen en het gebruik van de CE-markering van overeenstemming (PbEG L 220);
-
f.
instrumentspecifieke bijlage: bijlage MI-001, MI-002, MI-003, MI-004, MI-005, MI-006, MI-007, MI-008, MI-009 of MI-010 bij de richtlijn meetinstrumenten;
-
g.
beoordelingsprocedurebijlage: bijlage A, A1, B, C, C1, D, D1, E, E1, F, F1, G, H of H1 bij de richtlijn meetinstrumenten;
-
h.
niet-automatisch weegwerktuig: werktuig voor het bepalen van de massa van een lichaam met gebruikmaking van de werking van de zwaartekracht op dat lichaam, waarbij voor het wegen tussenkomst van een bedienaar noodzakelijk is, alsmede zodanige werktuigen die bovendien worden gebruikt voor het bepalen van met de massa verband houdende grootheden, hoeveelheden, parameters of kenmerken.