Besluit van 25 september 2006, houdende regels met betrekking tot de verstrekking van subsidie voor experimenten en kennisoverdrachtactiviteiten op het terrein van het rijksbeleid met betrekking tot het bouwen, het wonen en de woonomgeving (Subsidiebesluit experimenten en kennisoverdracht wonen)

Subsidiebesluit experimenten en kennisoverdracht wonen

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 27 juni 2006, nr. DJZ2006279233, Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;
De Raad van State gehoord (advies van 9 augustus 2006, no. W08.06.0238/V);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 18 september 2006, nr. DJZ2006299045, Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Hoofdstuk

1

Algemeen

Artikel

1

In dit besluit wordt verstaan onder:

Commissie: Commissie van de Europese Gemeenschappen.

Artikel

2

Onze Minister kan op aanvraag subsidie verstrekken aan rechtspersonen die experimenten uitvoeren of kennisoverdrachtactiviteiten verrichten gericht op:

  • a.

    het scheppen van randvoorwaarden voor een goed functionerende woningmarkt;

  • b.

    het versterken van de positie van de woonconsument;

  • c.

    het bevorderen van de leefbaarheid van wijken, of

  • d.

    het waarborgen van de minimale kwaliteit van gebouwen en het verbeteren van de kwaliteit van gebouwen, met inbegrip van het stimuleren van innovatie.

Hoofdstuk

2

De aanvraag tot subsidieverlening

Artikel

3

Artikel

5

Artikel

6

Artikel

7

Hoofdstuk

3

Het subsidieplafond

Artikel

8

Hoofdstuk

4

De verlening van de subsidie

Artikel

9

Artikel

10

Artikel

11

De subsidieontvanger is verplicht:

  • a.

    de activiteit te verrichten overeenkomstig de omschrijving van die activiteit in de beschikking tot subsidieverlening tenzij Onze Minister voorafgaand aan die activiteit schriftelijk heeft ingestemd met een afwijking van die omschrijving;

  • b.

    te voldoen aan de verplichtingen die Onze Minister bij de verlening heeft opgelegd;

  • c.

    een administratie te voeren die zodanig is ingericht dat daaruit te allen tijde op eenvoudige en duidelijke wijze de kosten van de activiteit waarvoor de subsidie is verleend kunnen worden afgelezen;

  • d.

    onverwijld nadat een verzoek tot verlening van surséance van betaling aan of faillietverklaring van hem dan wel een aangifte of vordering daartoe bij de rechtbank is ingediend, daarvan schriftelijk mededeling te doen aan Onze Minister;

  • e.

    op verzoek van Onze Minister medewerking te verlenen aan openbaarmaking van de gegevens en de resultaten van de activiteit, met uitzondering van vertrouwelijke bedrijfsgegevens, en

  • f.

    indien de activiteit niet voor het in de beschikking tot subsidieverlening genoemde tijdstip is verricht, niet zal worden verricht dan wel is stopgezet, Onze Minister onverwijld daarvan in kennis te stellen.

Artikel

12

Op de verleende subsidie verleende voorschotten bedragen maximaal 80 procent van het bedrag van die subsidie.

Hoofdstuk

5

De verantwoording en de vaststelling van de subsidie

Artikel

13

Artikel

14

Artikel

15

Hoofdstuk

6

Slotbepalingen

Artikel

16

Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Artikel

17

Dit besluit wordt aangehaald als: Subsidiebesluit experimenten en kennisoverdracht wonen.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer , P. Winsemius
De Minister van Justitie , E. M. H. Hirsch Ballin