Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 14 december 2007, nr. CZ/FBI- 2183467, houdende vaststelling van regels voor subsidiëring van de academische functie (Subsidieregeling academische functie)
Subsidieregeling academische functie
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Minister: de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
2.
academische functie: het uitvoeren van topreferente zorg en innovatie en ontwikkeling van nieuwe vormen van diagnostiek en behandeling.
Hoofdstuk
2
Het aanvragen van subsidie
Artikel
2
Voor de uitvoering van de academische functie kan de Minister aan het Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis te Amsterdam en de volgende academische ziekenhuizen jaarlijks subsidie verlenen:
a.
Universitair Medisch Centrum Rotterdam;
b.
Academisch Ziekenhuis Maastricht;
c.
VU Medisch Centrum te Amsterdam;
d.
Leids Universitair Medisch Centrum;
e.
Universitair Medisch Centrum Utrecht;
f.
Universitair Medisch Centrum Groningen;
g.
Universitair Medisch Centrum St. Radboud te Nijmegen en
h.
Academisch Medisch Centrum te Amsterdam.
Artikel
3
1
Een subsidieaanvraag wordt uiterlijk dertien weken vóór aanvang van het jaar waarvoor subsidie wordt gevraagd, ingediend.
2
In de aanvraag wordt de aard en omvang van de voorgenomen activiteiten beschreven. De aanvraag gaat vergezeld van een begroting.
3
Voor de aanvraag wordt het formulier gebruikt dat als bijlage 1 bij deze regeling is gevoegd.
Hoofdstuk
3
Subsidieverlening en bevoorschotting
Artikel
4
De Minister geeft een beschikking op een aanvraag binnen dertien weken na ontvangst van de aanvraag.
Artikel
5
De subsidie bestaat uit een door de Minister vast te stellen bedrag.
Artikel
6
1
Bij de verlening van een subsidie kan de Minister bepalen dat het subsidiebedrag wordt bijgesteld, rekening houdend met de ontwikkeling van het prijspeil en de ontwikkeling in de kosten van de arbeidsvoorwaarden.
2
Indien een subsidie met toepassing van het eerste wordt bijgesteld, wordt de bevoorschotting van de subsidie hiermee in overeenstemming gebracht.
Artikel
7
1
Bij de verlening van een subsidie kan de Minister ambtshalve tevens voorschotten verlenen.
2
Voorschotten worden gelijkmatig verdeeld over de maanden van het jaar waarvoor de subsidie is verleend.
3
Het College voor zorgverzekeringen draagt zorg voor betaling van de voorschotten.
Hoofdstuk
4
Verplichtingen van de subsidieontvanger
Artikel
8
1
De subsidieontvanger meldt meteen aan de Minister als:
a.
het tijdens de periode waarvoor de subsidie is verleend aannemelijk is geworden dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend niet, niet tijdig of niet geheel zullen worden verricht,
b.
het aannemelijk is geworden dat niet of niet geheel aan de subsidieverplichtingen zal worden voldaan of
c.
zich andere omstandigheden voordoen of zullen voordoen die van belang kunnen zijn voor een beslissing tot wijziging, intrekking of vaststelling van de subsidie.
2
De melding wordt schriftelijk gedaan. De melding wordt voorzien van een toelichting. Bij de melding worden de relevante stukken overgelegd.
De subsidieontvanger houdt een lijst bij van ziekten waar naar aard en omvang vooral patiënten die topreferente zorg nodig hebben aan lijden, inclusief korte inhoudelijke beschrijvingen waaruit onder meer blijkt waarom er sprake is van topreferente zorg. Ook van weesziekten wordt een lijst bijgehouden. De subsidieontvanger verleent zijn medewerking aan de openbare beschikbaarstelling van deze informatie.
3
De subsidieontvanger, met uitzondering van het Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis, verleent medewerking aan de werkconferentie die de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra jaarlijks organiseert over het verspreiden van in academische ziekenhuizen ontwikkelde en bewezen innovaties.
4
Het Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis informeert de Minister over de implementatie van bewezen innovaties in de zorg en toekomstige beleidsthema’s.
Hoofdstuk
5
Subsidievaststelling
Artikel
10
1
Binnen zes maanden na afloop van het jaar waarvoor subsidie is verleend, dient de subsidieontvanger een aanvraag in tot vaststelling van de subsidie.