Wet van 7 februari 2008, houdende regels over de informatie-uitwisseling betreffende ondergrondse netten (Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten)

Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het ten behoeve van zorgvuldig graven in de ondergrond wenselijk is te voorzien in betere informatie-uitwisseling betreffende de ligging van netten;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk

1

Begripsbepalingen

Artikel

1

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    Onze Minister: Onze Minister van Economische Zaken;

  • b.

    Dienst: de Dienst voor het kadaster en de openbare registers, bedoeld in artikel 2 van de Organisatiewet Kadaster;

  • c.

    graafwerkzaamheden: het mechanisch verrichten van werkzaamheden in de ondergrond;

  • d.

    graaflocatie: de locatie waar graafwerkzaamheden worden verricht;

  • e.

    net: een ondergrondse kabel of leiding, daaronder mede begrepen lege buizen, ondergrondse ondersteuningswerken en beschermingswerken, bestemd voor transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen, van energie of van informatie;

  • f.

    opdrachtgever: degene die opdracht geeft tot het uitvoeren van een werk waarbij graafwerkzaamheden worden verricht;

  • g.

    grondroerder: degene onder wiens verantwoordelijkheid of leiding graafwerkzaamheden worden verricht;

  • h.

    beheerder: degene die als natuurlijk persoon handelende in de uitoefening van een beroep of een bedrijf dan wel als rechtspersoon een net beheert;

  • i.

    registratiemelding: de melding van de beheerder, bedoeld in artikel 6, tweede lid, dan wel artikel 45, eerste lid;

  • j.

    beheerpolygoon: de weergave door een beheerder van een aaneengesloten gebied, waarbinnen hij een of meer netten beheert;

  • k.

    oriëntatieverzoek: het verzoek aan de Dienst om gebiedsinformatie, bedoeld in artikel 7, eerste onderscheidenlijk tweede lid;

  • l.

    oriëntatiepolygoon: de weergave door een opdrachtgever, grondroerder of bestuursorgaan van een aangesloten gebied, ten aanzien waarvan deze met het oog op een belang als bedoeld in artikel 7, eerste of tweede lid, om gebiedsinformatie verzoekt;

  • m.

    graafmelding: de melding aan de Dienst van voorgenomen graafwerkzaamheden, bedoeld in artikel 8, eerste lid;

  • n.

    graafpolygoon: de weergave door een grondroerder van het gebied, waarbinnen de graaflocatie zich bevindt;

  • o.

    graafbericht: het bericht van de Dienst, bedoeld in artikel 9, onder b;

  • p.

    liggingsgegevens: de gegevens omtrent de ligging van een net binnen de betrokken oriëntatiepolygoon dan wel graafpolygoon;

  • q.

    net met gevaarlijke inhoud: een buisleiding die behoort tot een krachtens artikel 12.12, tweede lid, van de Wet milieubeheer aangewezen categorie;

  • r.

    gebiedsinformatie: het geheel van informatie dat door beheerders, ingevolge artikel 10, eerste lid, aan de Dienst is verstrekt over de betrokken oriëntatiepolygoon dan wel graafpolygoon.

Hoofdstuk

2

Preventie van graafschade

Artikel

2

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

3

Hoofdstuk

3

Elektronisch informatiesysteem

Artikel

4

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

5

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

6

Hoofdstuk

4

Informatie-uitwisseling ten behoeve van graafwerkzaamheden

Artikel

7

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

8

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

9

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

10

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

11

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

12

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

13

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

14

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

15

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

16

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

17

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

18

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

19

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Hoofdstuk

5

Nadere regelgeving

Artikel

21

Artikel

22

Artikel

23

Bij algemene maatregel van bestuur worden:

  • a.

    de gebieden aangewezen ten aanzien waarvan om veiligheidsredenen kan worden afgeweken van de voorschriften gesteld bij of krachtens hoofdstuk 4;

  • b.

    regels gesteld over de informatie-uitwisseling in de gebieden, bedoeld onder a.

Hoofdstuk

6

Handhaving

Artikel

24

Artikel

26

Artikel

27

Onze Minister legt geen bestuurlijke boete op voorzover de overtreding niet aan de overtreder kan worden verweten.

Artikel

28

Artikel

29

Onze Minister legt geen bestuurlijke boete op indien:

Artikel

30

Artikel

31

Artikel

32

Artikel

33

Artikel

34

Artikel

35

Onze Minister beslist binnen dertien weken na de dagtekening van het rapport omtrent het opleggen van een bestuurlijke boete.

Artikel

36

De beschikking tot oplegging van een last onder dwangsom of een bestuurlijke boete vermeldt in ieder geval:

  • a.

    indien een last onder dwangsom wordt opgelegd:

    • 1°.

      de naam van de overtreder, en

    • 2°.

      de inhoud van de last en de termijn waarvoor deze geldt;

  • b.

    indien een bestuurlijke boete wordt opgelegd:

    • 1°.

      de naam van de overtreder, en

    • 2°.

      het bedrag van de boete;

  • c.

    de overtreding ter zake waarvan de last of de bestuurlijke boete wordt opgelegd alsmede het overtreden wettelijke voorschrift.

Artikel

37

Artikel

38

Hoofdstuk

7

Wijzigingen in andere wetgeving

Artikel

39

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

40

Wijzigt de Organisatiewet Kadaster.

Artikel

41

Wijzigt de Telecommunicatiewet.

Artikel

42

Wijzigt het Burgerlijk Wetboek Boek 6.

Artikel

43

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Hoofdstuk

8

Overgangs- en slotbepalingen

Artikel

44

Deze wet laat onverlet dat de gemeenteraad in het belang van de openbare orde en veiligheid bij verordening voorschriften kan geven omtrent het verrichten van graafwerkzaamheden, waaronder het binden van graafwerkzaamheden aan het hebben van een vergunning.

Artikel

45

Artikel

46

Artikel

47

In afwijking van artikel 11, eerste en tweede lid, kunnen tot het moment van inwerkingtreding van artikel 5, eerste lid, bij ministeriële regeling regels worden gesteld over het aanleveren van informatie door de Dienst aan degene, die een oriëntatieverzoek of een graafmelding heeft gedaan. Deze regels kunnen betrekking hebben op:

  • a.

    welke informatie wordt verstrekt;

  • b.

    de wijze waarop de informatie wordt verstrekt;

  • c.

    de termijnen waarbinnen deze informatie wordt verstrekt.

Artikel

48

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

49

Artikel

50

Wijzigt deze wet.

Artikel

51

Onze Minister zendt binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze wet aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk.

Artikel

52

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Artikel

53

Deze wet wordt aangehaald als: Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

's-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Economische Zaken, M. J. A. van der Hoeven
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, J. M. Cramer
De Minister van Justitie, E. M. H. Hirsch Ballin