Beleidsregel van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 12 februari 2009, nr. JOZ/93390, houdende regels voor experimenten Passend onderwijs (Beleidsregel experimenten Passend onderwijs)

Beleidsregel experimenten Passend onderwijs

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Handelende in overeenstemming met de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

Besluit:

Hoofdstuk

1

Algemeen

Artikel

1

Begripsbepalingen

In de regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    minister: Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

  • b.

    WPO: Wet op het primair onderwijs;

  • c.

    WVO: Wet op het voortgezet onderwijs;

  • d.

    WEC: Wet op de expertisecentra;

  • e.

    WEB: Wet educatie en beroepsonderwijs;

  • f.

    OCW: het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

  • g.

    Passend onderwijs: systeem waarbinnen alle leerlingen een passend onderwijszorgaanbod geboden krijgen;

  • h.

    regionaal netwerk: basisscholen en speciale scholen voor basisonderwijs die samenwerken in een swv po, scholen voor voortgezet onderwijs en een AOC voor wat betreft het daaraan verbonden voorbereidend beroepsonderwijs die samenwerken in een swv vo en scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs die per cluster samenwerken in een rec cluster 3 en 4, die gezamenlijk Passend onderwijs vorm geven;

  • i.

    onderwijscontinuüm: flexibel onderwijsaanbod waarbinnen voor alle leerlingen een passend onderwijszorgaanbod kan worden geboden;

  • j.

    onderwijszorgmiddelen: middelen die kunnen worden ingezet voor extra ondersteuning aan leerlingen;

  • k.

    experimenteerplan: experimenteerplan, als bedoeld in artikel 3 van de Experimentenwet onderwijs;

  • l.

    basisschool: bekostigde school waar basisonderwijs wordt gegeven, niet zijnde een speciale school voor basisonderwijs;

  • m.

    speciale school voor basisonderwijs: een bekostigde school waar basisonderwijs wordt gegeven aan kinderen voor wie vaststaat dat overwegend een zodanige orthopedagogische en orthodidactische benadering aangewezen is, dat zij althans gedurende enige tijd op een speciale school voor basisonderwijs moeten worden opgevangen;

  • n.

    po: basisonderwijs, als bedoeld in artikel 2 van de WPO;

  • o.

    vo: voortgezet onderwijs, als bedoeld in artikel 2 van de WVO;

  • p.

    school voor voortgezet onderwijs: bekostigde school waar voortgezet onderwijs wordt gegeven als bedoeld in artikel 1 van de WVO;

  • q.

    vmbo: voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs als bedoeld in artikel 10a van de WVO;

  • r.

    (v)so: (voortgezet) speciaal onderwijs, als bedoeld in artikel 2 van de WEC;

  • s.

    AOC: agrarisch opleidingscentrum als bedoeld in artikel 1.3.3 van de WEB;

  • t.

    swv po: samenwerkingsverband, als bedoeld in artikel 18 van de WPO;

  • u.

    swv vo: samenwerkingsverband, als bedoeld in artikel 10h van de WVO;

  • v.

    rec: regionaal expertisecentrum, als bedoeld in artikel 28b van de WEC;

  • w.

    mbo: beroepsonderwijs als bedoeld in artikel 1.2.1., tweede lid, van de WEB.

Hoofdstuk

2

Brede experimenten Passend onderwijs

Artikel

2

Het brede experiment Passend onderwijs

Artikel

3

De voorwaarden voor het brede experiment Passend onderwijs

Artikel

4

De subsidie voor het brede experiment Passend onderwijs

Artikel

5

De aanvraagprocedure van het brede experiment Passend onderwijs

Artikel

6

Toekenning, betaalbaarstelling en overige verplichtingen van de subsidieontvanger van het brede experiment Passend onderwijs

Artikel

7

Informatieplicht

De scholen die als regionaal netwerk de subsidie als bedoeld in artikel 4, eerste lid hebben aangevraagd, werken mee aan door of namens de minister ingestelde onderzoekingen die gericht zijn op het verschaffen van nadere inlichtingen aan de minister ten behoeve van de ontwikkeling van beleid.

Artikel

8

Egalisatiereserve (bestemmingsreserve publiek)

De subsidieontvanger vormt een egalisatiereserve als bedoeld in artikel 4:72 van de Algemene wet bestuursrecht. De reserve bedraagt ten hoogste 50% van de subsidie als bedoeld in artikel 4, eerste lid die in één jaar wordt toegekend. De egalisatiereserve wordt aangehouden voor maximaal de looptijd van deze beleidsregel.

Hoofdstuk

3

Smalle experimenten Passend onderwijs

Artikel

9

Het smalle experiment Passend onderwijs

Artikel

10

De voorwaarden voor het smalle experiment Passend onderwijs

Artikel

11

De subsidie voor het smalle experiment Passend onderwijs

Artikel

12

De aanvraagprocedure voor het smalle experiment Passend onderwijs

Artikel

13

Toekenning, betaalbaarstelling en overige verplichtingen van de subsidieontvanger van het smalle experiment Passend onderwijs

Artikel

14

Informatieplicht

De scholen die als regionaal netwerk de subsidie als bedoeld in artikel 11, eerste lid hebben aangevraagd, werken mee aan door of namens de minister ingestelde onderzoekingen die gericht zijn op het verschaffen van nadere inlichtingen aan de minister ten behoeve van de ontwikkeling van beleid.

Hoofdstuk

4

Slotbepalingen

Artikel

15

Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel

16

Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Beleidsregel experimenten Passend onderwijs.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, S.A.M.Dijksma