Regeling van de Minister van Economische Zaken van 16 maart 2009, nr. WJZ/9051027, houdende aanwijzing van categorieën productie-installaties voor de stimulering van duurzame energieproductie in het jaar 2009 (Regeling aanwijzing categorieën duurzame energieproductie 2009)

Regeling aanwijzing categorieën duurzame energieproductie 2009

De Minister van Economische Zaken,
Na overleg met de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de Minister van Financiën,

Besluit:

§

1

Begripsbepalingen

Artikel

1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • minister: de Minister van Economische Zaken;

  • besluit: het Besluit stimulering duurzame energieproductie;

  • algemene uitvoeringsregeling: de Algemene uitvoeringsregeling stimulering duurzame energieproductie;

  • gewogen maandelijks rendement: het rendement, bedoeld in artikel 1, vierde lid, van de Regeling garanties van oorsprong voor duurzame elektriciteit;

  • NTA 8003: 2008: de Nederlandse Technische Afspraak 8003, Classificatie van biomassa voor energietoepassing, uitgegeven door het Nederlands Normalisatie-instituut, zoals deze luidde op 31 december 2008;

  • overige vergisting: de biologische afbraakreacties van biomassa als bedoeld in de NTA 8003: 2008, met uitzondering van de nummers 410, 420, 430, 500, 550 tot en met 559, 587, 592, 600, 610 en 620;

  • productie-installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit met behulp van afvalverbranding: een productie-installatie waarmee hernieuwbare elektriciteit wordt geproduceerd uit de warmte die uitsluitend of in hoofdzaak is geproduceerd door:

    • de verbranding van afvalstoffen,

    • een andere thermische behandeling van afvalstoffen dan bedoeld onder 1° ingeval de producten daarvan vervolgens worden verbrand, of

    • de verbranding van producten die voortkomen uit thermische behandeling van afvalstoffen;

  • productie-installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit met gebruik van stortgas of biogas uit afvalwater- of rioolwaterzuiveringsinstallaties: een productie-installatie waarmee hernieuwbare elektriciteit wordt geproduceerd:

    • uit gas dat vrijkomt tengevolge van biologische afbraakreacties uit gestorte afvalstoffen, of

    • uit gas dat vrijkomt tengevolge van biologische afbraakreacties bij de zuivering van huishoudelijk afvalwater, bedrijfsafvalwater en afvloeiend hemelwater;

  • productie-installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit met behulp van waterkracht: een productie-installatie waarmee door hydro-mechanisch-elektrische omzetting hernieuwbare elektriciteit wordt geproduceerd uit potentiële dan wel kinetische energie van stromend water dat niet specifiek ten behoeve van de elektriciteitsproductie omhoog is gepompt;

  • productie-installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit met behulp van windenergie op land: een productie-installatie die niet is opgericht in de territoriale zee of in de Nederlandse exclusieve economische zone, waarmee hernieuwbare elektriciteit wordt geproduceerd met behulp van windenergie en die geen productie-installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit met behulp van windenergie is als bedoeld in artikel 1, onderdeel o, van het besluit;

  • productie-installatie voor de productie van hernieuwbaar gas met gebruik van stortgas of biogas uit afvalwater- of rioolwaterzuiveringsinstallaties: een productie-installatie waarmee hernieuwbaar gas wordt geproduceerd:

    • uit gas dat vrijkomt tengevolge van biologische afbraakreacties uit gestorte afvalstoffen, of

    • uit gas dat vrijkomt tengevolge van biologische afbraakreacties bij de zuivering van huishoudelijk afvalwater, bedrijfsafvalwater en afvloeiend hemelwater;

  • valhoogte: het verschil in waterpeil voor en achter de installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit met behulp van waterkracht waarbij het maximaal elektrisch ontwerpvermogen van de turbine of de generator wordt gerealiseerd;

  • thermische conversie van vaste of vloeibare biomassa: de omzetting van vaste of vloeibare biomassa als bedoeld in de NTA 8003: 2008, met uitzondering van biomassa als bedoeld in de nummers 500, 550 tot en met 559, 587 en 592 van de NTA 8003: 2008, door middel van:

    • verbranding,

    • een andere thermische behandeling dan bedoeld onder 1° ingeval de producten daarvan vervolgens worden verbrand, of

    • de verbranding van producten die voortkomen uit thermische behandeling;

  • vergisting en co-vergisting van dierlijke mest: de biologische afbraakreacties van in hoofdzaak verpompbare vaste en vloeibare uitwerpselen van dieren, al dan niet aangevuld met een of meer producten genoemd in de Meststoffenbeschikking 1977, bijlage I, hoofdstuk III, typeaanduiding ‘co-vergiste mest’ zoals deze luidde op 31 december 2007;

  • vergisting van groente-, fruit- en tuinafval: de biologische afbraakreacties van biomassa als bedoeld in de nummers 251, 252, 253, 254, 600, 610, 620 van de NTA 8003:2008;

  • warmtebenuttingscoëfficiënt: de hoeveelheid gedurende een kalenderjaar door een productie-installatie geproduceerde en nuttig aangewende warmte als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel v, van de Regeling garanties van oorsprong voor duurzame elektriciteit, gedeeld door de hoeveelheid gedurende hetzelfde kalenderjaar geproduceerde en op het elektriciteitsnet ingevoede hernieuwbare elektriciteit.

§

2

Hernieuwbare elektriciteit

§

2.1

Windenergie op land

Artikel

2

Artikel

3

Artikel

4

Artikel

5

Het maximaal aantal vollasturen voor productie-installaties voor de productie van hernieuwbare elektriciteit met behulp van windenergie op land bedraagt 1760 uren per jaar.

§

2.2

Fotovoltaïsche zonnepanelen

Artikel

8

Artikel

11

Artikel

12

Het maximaal aantal vollasturen voor productie-installaties voor de productie van hernieuwbare elektriciteit uit zonlicht met behulp van fotovoltaïsche zonnepanelen bedraagt 850 uren per jaar.

§

2.3

Afvalverbranding

Artikel

15

Artikel

17

Artikel

18

Artikel

19

Het maximaal aantal vollasturen voor productie-installaties voor de productie van hernieuwbare elektriciteit met behulp van afvalverbranding bedraagt 3840 uren per jaar.

Artikel

20

Het basisbedrag, bedoeld in artikel 11 van het besluit, voor subsidie als bedoeld in artikel 15, eerste lid, bedraagt bij een gewogen maandelijks rendement dat groter is dan genoemd in kolom 1 en kleiner is dan of gelijk is aan genoemd in kolom 2, het bedrag in euro per kWh, genoemd in kolom 3.

22%

23%

0,117

23%

24%,

0,117

24%

25%

0,119

25%

26%

0,119

26%

27%

0,121

27%

28%

0,123

28%

29%

0,127

29%

30%

0,131

30%

31%

0,135

31%

100%

0,140

§

2.4

Stortgas of biogas uit afvalwater- of rioolwaterzuiveringsinstallaties

Artikel

22

Artikel

24

Artikel

25

Artikel

26

Het maximaal aantal vollasturen voor een productie-installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit met gebruik van stortgas of biogas uit afvalwater- of rioolwaterzuiveringsinstallaties bedraagt 8000 uren per jaar.

§

2.5

Biomassa

Artikel

29

Artikel

30

Artikel

31

Artikel

32

Het maximaal aantal vollasturen voor productie-installaties als bedoeld in artikel 29, eerste lid, bedraagt 8000 uren per jaar.

Artikel

33

§

2.6

Waterkracht

Artikel

35

Artikel

37

§

2.7

Correctiebedragen voorschotverlening productie van hernieuwbare elektriciteit

Artikel

41

§

3

Hernieuwbaar gas

§

3.1

Stortgas of biogas uit afvalwater- of rioolwaterzuiveringsinstallaties

Artikel

44

Artikel

46

Artikel

47

Artikel

48

Het maximaal aantal vollasturen voor productie-installaties voor de productie van hernieuwbaar gas met gebruik van stortgas of biogas uit afvalwater- of rioolwaterzuiveringsinstallaties bedraagt 8000 uren per jaar.

§

3.2

Biomassa

Artikel

51

Artikel

52

Artikel

53

Artikel

54

Het maximaal aantal vollasturen voor productie-installaties bedoeld in artikel 51, eerste lid, bedraagt 8000 uren per jaar.

§

3.3

Correctiebedragen voorschotverlening productie van hernieuwbaar gas

§

4

Wijziging andere regelingen

Artikel

58

Wijzigt de Regeling aanwijzing categorieën duurzame energieproductie 2008.

§

5

Slotbepalingen

Artikel

59

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Artikel 58 werkt terug tot 1 april 2008.

Artikel

60

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling aanwijzing categorieën duurzame energieproductie 2009.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst met uitzondering van de bijlagen, die ter inzage worden gelegd bij SenterNovem, Dokter van Deenweg 108, 8025 BK Zwolle.

Den Haag
De Minister van Economische Zaken, M.J.A. van derHoeven

Bijlage

1

Ligt ter inzage bij SenterNovem te Zwolle.

Bijlage

2

Ligt ter inzage bij SenterNovem te Zwolle.

Bijlage

3

Ligt ter inzage bij SenterNovem te Zwolle.

Bijlage

4

Ligt ter inzage bij SenterNovem te Zwolle.

Bijlage

5

Ligt ter inzage bij SenterNovem te Zwolle.