Wet van 29 oktober 2009, houdende regels omtrent de aanwijzing van een nationale accreditatie-instantie in verband met de implementatie van EG-verordening nr. 765/2008 (Wet aanwijzing nationale accreditatie-instantie)

Wet aanwijzing nationale accreditatie-instantie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat ter implementatie van verordening (EG) nr. 765/2008 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 9 juli 2008 (PbEU L 218) tot vaststelling van de eisen inzake accreditatie en markttoezicht betreffende het verhandelen van producten en tot intrekking van verordening (EG) nr. 339/93 voorzien moet worden in de aanwijzing van de nationale accreditatie-instantie;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk

1

Begripsbepalingen

Artikel

1

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    Onze Minister: Onze Minister van Economische Zaken;

  • b.

    verordening: verordening (EG) nr. 765/2008 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 9 juli 2008 (PbEU L 218) tot vaststelling van de eisen inzake accreditatie en markttoezicht betreffende het verhandelen van producten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 339/93;

  • c.

    conformiteitsbeoordelingsinstantie: conformiteitsbeoordelingsinstantie als bedoeld in artikel 2, onderdeel 13, van de verordening;

  • d.

    accreditatie: accreditatie als bedoeld in artikel 2, onderdeel 10, juncto artikel 3 van de verordening;

  • e.

    Raad voor Accreditatie: de Stichting Raad voor Accreditatie genoemd in artikel 2, eerste lid.

Hoofdstuk

2

Aanwijzing nationale accreditatie-instantie

Artikel

2

Artikel

3

Hoofdstuk

3

Taak en uitvoering

Artikel

4

De Raad voor Accreditatie is belast met:

  • a.

    het uitvoeren van de in de verordening aan de nationale accreditatie-instantie opgedragen taken;

  • b.

    het verrichten van werkzaamheden op het gebied van accreditatie in verband met de uitvoering van verdragen of internationale afspraken, na een daartoe strekkend verzoek van Onze Minister.

Artikel

5

Artikel

6

De Raad voor Accreditatie kan aan een besluit tot accreditatie voorwaarden verbinden die strekken tot de verwezenlijking van het doel van de accreditatie.

Artikel

7

Hoofdstuk

4

Toezicht

Hoofdstuk

5

Wijziging van andere wetten

Artikel

9

Wijzigt de Wet bestuursrechtspraak bedrijfsorganisatie.

Hoofdstuk

6

Overgangs- en slotbepalingen

Artikel

10

Op verzoeken om accreditatie die aan de Raad voor Accreditatie zijn gedaan voor 1 januari 2010 en waarop op die datum nog geen beslissing is genomen, wordt besloten met inachtneming van deze wet.

Artikel

11

Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 2010. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst wordt uitgegeven na 31 december 2009, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst en werkt zij terug tot en met 1 januari 2010.

Artikel

12

Deze wet wordt aangehaald als: Wet aanwijzing nationale accreditatie-instantie.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

’s-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Economische Zaken, M. J. A. van derHoeven
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, G. terHorst
De Minister van Justitie, E. M. H.Hirsch Ballin