Wet verklaringen van overlijden BES

Artikel

1

Artikel

2

Artikel

3

De nodige exemplaren van de modellen in de vorige artikelen bedoeld, worden door de Inspecteur van de volksgezondheid, kosteloos en vrachtvrij met de daarbij behorende enveloppen, aan de geneeskundigen toegezonden.

Artikel

4

Ontbreekt de verklaring in art. 1 bedoeld, dan wordt de doodschouw verricht, door het bestuurscollege daartoe aangewezen geneeskundige, die daarna eene schriftelijke verklaring, ten behoeve van den ambtenaar van den Burgerlijken Stand, afgeeft.

Artikel

5

[vervallen]

Artikel

6

De ambtenaar van den Burgerlijken Stand betracht omtrent de bij hem ingekomen verklaringen, in deze wet genoemd, de noodige geheimhouding.

Artikel

7

Indien de verklaringen, bedoeld in art. 1 en art. 4, ontbreken, is het hoofd van het gezin, of wie in zijne plaats treedt, verplicht hiervan onverwijld den ambtenaar van den Burgerlijken Stand kennis te geven.

Artikel

8

Artikel

9

De ambtenaar van den Burgerlijken Stand mag geen verlof tot begraven of verbranden geven zoolang eene der verklaringen, in deze wet aangeduid, niet bij hem zijn ingekomen.

Artikel

10

Ontbreekt eene der verklaringen, in deze wet aangeduid, op het tijdstip, dat het lijk uit de woning moet worden verwijderd, dan gelast de ambtenaar van den burgerlijken Stand de overbrenging van het lijk naar het lijkenhuis der begraafplaats, waarop de teraardebestelling zal plaats vinden, dan wel het lijkenhuis van het crematorium, waarin de verbranding zal gescheiden.

Artikel

11

Bij het verleenen van het verlof, genoemd in art. 9, en bij de lastgeving bedoeld in art. 10, verbiedt de ambtenaar van den Burgerlijken Stand uitdrukkelijk het anders dan op eene baar dragen van een kinder-lijk, indien blijkt, dat het kind is overleden aan eene besmettelijke ziekte.

Strafbepalingen

Artikel

12

Slotbepaling

Artikel

13

Deze wet wordt aangehaald als: Wet verklaringen van overlijden BES.