Wet van 21 april 2011, houdende introductie van een regeling die het mogelijk maakt oudere belastingplichtigen een tegemoetkoming te verstrekken met het oog op compensatie van koopkrachtverlies als gevolg van beleidsmaatregelen (Wet mogelijkheid koopkrachttegemoetkoming oudere belastingplichtigen)

Wet mogelijkheid koopkrachttegemoetkoming oudere belastingplichtigen

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een regeling te introduceren die de mogelijkheid biedt oudere belastingplichtigen een tegemoetkoming toe te kennen ter compensatie van verlies van koopkracht als gevolg van beleidsmaatregelen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk

1

Algemene bepalingen

Artikel

1

Definities

In deze wet en de daarop gebaseerde bepalingen wordt verstaan onder:

Artikel

2

Uitvoering van de wet

De SVB is belast met de uitvoering van deze wet.

Hoofdstuk

2

Koopkrachtcompensatie

Artikel

3

Tegemoetkoming

De binnenlandse of buitenlandse belastingplichtige die de leeftijd heeft bereikt waarop recht kan ontstaan op de ouderenkorting, heeft recht op een tegemoetkoming. Bij algemene maatregel van bestuur wordt de hoogte van de tegemoetkoming vastgesteld en kan worden bepaald in welke gevallen voor het vaststellen van het recht op tegemoetkoming een ander tijdvak in aanmerking wordt genomen dan het kalenderjaar van het recht op tegemoetkoming.

Artikel

4

Ontstaan van het recht op de tegemoetkoming

Het recht op de tegemoetkoming ontstaat van rechtswege op de eerste dag van de maand, waarin aan de voorwaarden, genoemd in artikel 3, is voldaan.

Artikel

5

Betaalbaarstelling van de tegemoetkoming

Artikel

6

Einde van het recht op de tegemoetkoming

Het recht op tegemoetkoming eindigt met ingang van de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin de dag is gelegen dat niet meer aan de voorwaarden voor het recht op de tegemoetkoming wordt voldaan. Na het overlijden van de belastingplichtige eindigt het recht op tegemoetkoming evenwel met ingang van de dag na dat overlijden.

Artikel

7

Terugvordering van de tegemoetkoming

Artikel

8

Schuldregeling

Artikel

10

Karakter van de tegemoetkoming

Hoofdstuk

3

Informatieverplichting en bestuurlijke boete

Artikel

11

Informatieverplichting

Een ieder die de tegemoetkoming ontvangt, deelt aan de SVB desgevraagd of uit eigen beweging onverwijld alle feiten en omstandigheden mee, waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op het recht op een tegemoetkoming.

Artikel

12

Bestuurlijk boete

Hoofdstuk

4

Financiering en verantwoording

Artikel

13

Financiering en verantwoording uitvoering door de SVB

Hoofdstuk

5

Wijziging andere wetten

Artikel

14

Wijziging van de Algemene Ouderdomswet

Wijzigt de Algemene Ouderdomswet.

Artikel

15

Wijziging van de Wet werk en bijstand

Wijzigt de Wet werk en bijstand.

Artikel

16

Wijziging van de Wet financiering sociale verzekeringen

Wijzigt de Wet financiering sociale verzekeringen.

Artikel

17

Wijziging van de Wet op de huurtoeslag

Wijzigt de Wet op de huurtoeslag.

Artikel

18

Wijziging van de Algemene nabestaandenwet

Wijzigt de Algemene nabestaandenwet.

Hoofdstuk

6

Slotbepalingen

Artikel

20

Inwerkingtreding

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Artikel

21

Citeertitel

Deze wet wordt aangehaald als: Wet mogelijkheid koopkrachttegemoetkoming oudere belastingplichtigen.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

’s-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, H. G. J. Kamp
De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten