Wet van 29 maart 2012, houdende wijziging van enkele socialezekerheidswetten in verband met aanpassing van de hoogte van de uitkering aan het woonland (Wet woonlandbeginsel in de sociale zekerheid)

Wet woonlandbeginsel in de sociale zekerheid

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is, gelet op het karakter van de kinderbijslag, het kindgebonden budget, de nabestaandenuitkeringen en de vervolguitkering van de WGA-uitkering, te regelen dat deze worden aangepast aan het kostenniveau van een land waar een kind of de uitkeringsgerechtigde woont;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel

Ia

Wijzigt deze wet.

Artikel

Ib

Wijzigt de Verzamelwet SZW 2012.

Artikel

V

Inwerkingtreding

Artikel

VI

Citeertitel

Deze wet wordt aangehaald als: Wet woonlandbeginsel in de sociale zekerheid.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

’s-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, H. G. J. Kamp
De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten