Artikel
I
Wijziging van de Algemene Ouderdomswet
Wijzigt de Algemene Ouderdomswet.
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Wijzigt de Algemene Ouderdomswet.
Wijzigt de Wet werk en bijstand.
Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden
Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden
Wetten die als gevolg van de inwerkingtreding van artikel I aanpassing behoeven kunnen bij algemene maatregel van bestuur worden gewijzigd voor zover dit noodzakelijk is voor de toepassing van die wetten of ter voorkoming van onaanvaardbare gevolgen.
Algemene maatregelen van bestuur die als gevolg van de inwerkingtreding van artikel I aanpassing behoeven kunnen zo nodig in afwijking van de wet waarop zij zijn gebaseerd, worden gewijzigd.
Na het tot stand komen van een krachtens het eerste lid vastgestelde algemene maatregel van bestuur wordt zo spoedig mogelijk maar uiterlijk binnen acht weken een voorstel van wet tot goedkeuring van de algemene maatregel van bestuur aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal gezonden. Indien het voorstel wordt ingetrokken of indien een van de kamers van de Staten-Generaal tot het niet-aannemen van het voorstel besluit, wordt de algemene maatregel van bestuur onverwijld ingetrokken en wordt onverwijld een voorstel van wet aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal gezonden dat er toe strekt de bij de algemene maatregel van bestuur vastgestelde wijzigingen ongedaan te maken.
De artikelen I, II en V van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
Artikel III en artikel IV, onderdelen A, K, L, M, N, O en Z, treden in werking met ingang van 1 januari 2014.
Deze wet wordt aangehaald als: Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.