Regeling van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 11 december 2014, houdende Subsidieregeling ADL-assistentie

Subsidieregeling ADL-assistentie

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Besluit:

Hoofdstuk

1

Algemene bepalingen

Artikel

1.1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • accountant: accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek;

  • ADL-aanbieder: privaatrechtelijke rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid die ADL-assistentie verleent;

  • ADL-assistentie: gedurende het gehele etmaal direct oproepbare assistentie bij algemene dagelijkse levensverrichtingen in en om de ADL-woning, waaronder alarmopvolging bij een noodoproep;

  • ADL-cluster: cluster als bedoeld in artikel 1.3, eerste lid, onderdeel a;

  • ADL-eenheid: ruimte in de omgeving van de ADL-woningen van waaruit de ADL-assistent wordt opgeroepen;

  • ADL-woning: woning die deel uitmaakt van een aantal bij elkaar horende rolstoeldoorgankelijke woningen;

  • Covid-19: de ziekte veroorzaakt door coronavirus-SARS-CoV-2;

  • jaarrekening: jaarrekening als bedoeld in artikel 361 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek;

  • minister: minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

  • oordeel van het CIZ: besluit als bedoeld in artikel 5.2.1 van het Besluit langdurige zorg waaruit blijkt dat de verzekerde in aanmerking komt voor ADL-assistentie;

  • verzekerde: persoon die overeenkomstig de wet is verzekerd;

  • wet: Wet langdurige zorg;

  • zorg: zorg in de zin van de wet.

Artikel

1.2

Artikel

1.3

Artikel

1.4

Artikel

1.5

De subsidie wordt per kalenderjaar verstrekt.

Artikel

1.6

Hoofdstuk

2

Aanvraag

Artikel

2.1

Artikel

2.3

Artikel

2.4

Artikel

2.5

Hoofdstuk

3

Verlening

Artikel

3.1

Het Zorginstituut besluit voor de aanvang van het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd over de verlening van de subsidie.

Artikel

3.2

Het Zorginstituut vermeldt in het besluit tot verlening van de subsidie in ieder geval het maximum bedrag dat aan subsidie wordt verleend.

Hoofdstuk

4

Bevoorschotting en verplichtingen

Artikel

4.1

Artikel

4.2

De subsidieontvanger verleent ADL-assistentie aan elke verzekerde die:

  • a.

    woonachtig is in een ADL-woning behorend tot een cluster waar de subsidieontvanger ADL-assistentie aanbiedt en

  • b.

    beschikt over een oordeel van het CIZ.

Artikel

4.3

Artikel

4.4

De subsidieontvanger zorgt ervoor dat:

  • a.

    de doelstellingen van de gesubsidieerde activiteiten op doelmatige wijze worden nagestreefd,

  • b.

    de uitvoering van de gesubsidieerde activiteiten op verantwoorde wijze wordt bestuurd en

  • c.

    de voor de uitvoering van de gesubsidieerde activiteiten benodigde middelen op verantwoorde wijze worden beheerd.

Artikel

4.5

Artikel

4.6

Artikel

4.7

Artikel

4.8

Indien de activiteiten waarvoor de subsidie is verstrekt geheel of gedeeltelijk worden beëindigd of indien de subsidie wordt beëindigd, verstrekt de subsidieontvanger aan het Zorginstituut op diens verzoek alle gegevens, bescheiden, informatie en medewerking die redelijkerwijs verlangd kan worden of kunnen worden voor de continuïteit van de activiteiten waarvoor de subsidie is verstrekt.

Hoofdstuk

5

Vaststelling

Artikel

5.1

Artikel

5.2

Artikel

5.3

Artikel

5.4

Artikel

5.5

Artikel

5.6

Binnen tweeëntwintig weken na ontvangst van de aanvraag tot vaststelling van de subsidie neemt het Zorginstituut een besluit op de aanvraag.

Hoofdstuk

5a

Subsidies in verband met Covid-19

Artikel

5a.1

Artikel

5a.2

Hoofdstuk

5b

Subsidies in verband energiecompensatie

Artikel

5b.1

Het subsidieplafond voor het verstrekken van subsidies als bedoeld in artikel 1.3, vierde lid, bedraagt € 409.000.

Artikel

5b.2

Hoofdstuk

6

Slotbepalingen

Artikel

6.1

Vervallen

Artikel

6.2

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2015.

Artikel

6.3

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling ADL-assistentie.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,M.J. vanRijn