Wet van 22 april 2020, houdende tijdelijke voorzieningen op het terrein van het Ministerie van Justitie en Veiligheid in verband met de uitbraak van COVID-19 (Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid)

Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het in verband met de uitbraak van COVID-19 wenselijk is enkele spoedeisende tijdelijke voorzieningen te treffen op het terrein van het Ministerie van Justitie en Veiligheid;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Paragraaf

1

Regelgevingsprocedures

Paragraaf

2

Tijdelijke voorziening inzake mondelinge behandeling in burgerlijke en bestuursrechtelijke zaken

Paragraaf

3

Tijdelijke afwijking geldigheidsduur deskundigenverklaring artikel 1:28a BW

Paragraaf

4

Tijdelijke afwijking diverse bepalingen Burgerlijke Wetboek, Boek 2 (rechtspersonen) en Boek 5 (verenigingen van eigenaars)

Artikel

15

(onbehoorlijke taakvervulling bestuur naamloze vennootschap)

In afwijking van artikel 138 lid 2 wordt een verzuim van de verplichting uit artikel 394 tot openbaarmaking van de jaarrekening die betrekking heeft op het meest recente afgesloten boekjaar niet in aanmerking genomen, indien dat te wijten is aan de gevolgen van de uitbraak van COVID-19.

Artikel

22

(onbehoorlijke taakvervulling bestuur besloten vennootschap)

In afwijking van artikel 248 lid 2 wordt een verzuim van de verplichting uit artikel 394 tot openbaarmaking van de jaarrekening die betrekking heeft op het meest recente afgesloten boekjaar niet in aanmerking genomen, indien dat te wijten is aan de gevolgen van de uitbraak van COVID-19.

Paragraaf

5

Tijdelijke voorziening inzake het verlijden van akten met behulp van audiovisuele hulpmiddelen

Paragraaf

6

Tijdelijke voorziening ten aanzien van strafzaken

Paragraaf

7

Tijdelijke voorziening inzake tenuitvoerlegging taakstraffen

Paragraaf

8

Tijdelijke voorziening herstel verzuim in hoger beroep in vreemdelingenzaken

Paragraaf

9

Tijdelijke voorziening elektronische vergaderingen beroepsorganisaties

Paragraaf

10

Tijdelijke voorzieningen afname celmateriaal

Paragraaf

11

Tijdelijke voorziening bestuursdwang Wet veiligheidsregio’s

Paragraaf

12

Slotbepalingen

Artikel

35

(inwerkingtreding en verval)

Artikel

36

(citeertitel)

Deze wet wordt aangehaald als: Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

’s-Gravenhage
Willem-Alexander
De Minister voor Rechtsbescherming, S. Dekker
De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, A. Broekers-Knol
De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus