Beleidsregel van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media van 26 augustus 2020, nr. VO/25234365, tot nadere regels voor de verstrekking van een Dans- en Muzieklicentie voor scholen in het voortgezet onderwijs (Beleidsregel DAMU-licentie VO 2020)

Beleidsregel DAMU-licentie VO 2020

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,

Besluit:

Artikel

1

Begripsbepalingen

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

  • bevoegd gezag: bevoegd gezag als bedoeld in artikel 1 van de wet;

  • DAMU-leerling: leerling die is toegelaten tot het hbo-voortraject en daardoor wordt beschouwd als toptalent op het gebied van dans of muziek;

  • DAMU-licentie: licentie van de minister aan het bevoegd gezag van een school waarin een aanvraag als bedoeld in artikel 3 wordt ingewilligd;

  • hbo-voortraject: beroepsvoorbereidend traject voor vo-leerlingen, aangeboden door een hogeschool, dat voorafgaat aan een hbo-bachelor op het gebied van dansvakonderwijs of muziekvakonderwijs;

  • minister: Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media;

  • school: school of scholengemeenschap voor voortgezet onderwijs waar uit de openbare kas bekostigd onderwijs wordt verzorgd als bedoeld in de artikelen 7, 8, en 9 van de wet;

  • Stichting DAMU: de stichting Dans- en Muziekscholen;

  • wet: Wet op het voortgezet onderwijs.

Artikel

2

Doel van de regeling

Het doel van deze regeling is om een DAMU-leerling op een DAMU-school in staat te stellen gedurende het vo-onderwijs deel te nemen aan een hbo-voortraject, met verlichting van een dubbele studielast en integratie van regulier en kunstonderwijs daar waar mogelijk.

Artikel

3

Procedure voor aanvraag van een DAMU-licentie

Artikel

4

De aanvraag van een DAMU-licentie

De aanvraag gaat vergezeld van de volgende documenten:

  • a.

    een verklaring van de school dat op de desbetreffende school een door de betrokken hogeschool goedgekeurde lijst met de namen en adressen van minimaal vijftien DAMU-leerlingen die toegelaten zijn tot het hbo-voortraject aanwezig is, waarbij de meest recente teldatum van 1 oktober voorafgaand aan de aanvraag voor deze telling leidend is;

  • b.

    het schoolplan, met daarin een beleidsnotitie waaruit blijkt op welke wijze de school voldoet aan artikel 5, onderdeel b, en hoe de school waar nodig zorg draagt voor flexibiliteit in de onderwijsprogramma’s, flexibiliteit bij het afleggen van toetsen en schoolexamens en centrale examens, en hoe de specifieke kunstvakken worden ingevuld, rekening houdend met de belangen van de betrokken DAMU-leerling; en

  • c.

    een schriftelijke steunverklaring van de Vereniging Hogescholen voor de aanvraag van een DAMU-licentie.

Artikel

5

Voorschriften voor het verstrekken van een DAMU-licentie

De school, waarvoor het bevoegd gezag een aanvraag als bedoeld in artikel 4 heeft ingediend, voldoet aan de volgende voorschriften:

  • a.

    op de school zijn ten minste vijftien DAMU-leerlingen ingeschreven; en

  • b.

    op de school is onderwijzend personeel aanwezig en aanspreekbaar op de afstemming van de werkzaamheden die verband houden met de DAMU-licentie en zij voorzien in de begeleiding van de DAMU-leerlingen.

Artikel

6

Gebruik terminologie DAMU-school

Alleen een school met een DAMU-licentie mag zich profileren als een DAMU-school.

Artikel

7

Verlenging van de DAMU-licentie

Artikel

8

Consequentie van het niet meer deelnemen aan een hbo-voortraject

Artikel

9

Consequentie voor de DAMU-leerlingen bij het niet verlengen van de DAMU-licentie

Indien de DAMU-licentie niet wordt verlengd, behouden de betrokken leerlingen de onder de oorspronkelijke DAMU-licentie verkregen mogelijkheden aan die school. Indien dit niet mogelijk is, verzorgt de school een alternatief.

Artikel

11

Afwijking van vakken in de bovenbouw vmbo theoretische leerweg

Het bevoegd gezag dat beschikt over een DAMU-licentie kan, in afwijking van artikel 6d en 10, vijfde lid, van de wet en artikel 22, eerste lid, van het Eindexamenbesluit VO, een DAMU-leerling, die de theoretische leerweg in het vmbo volgt, ontheffing verlenen voor:

  • a.

    lichamelijke opvoeding;

  • b.

    maatschappijleer;

  • c.

    een vak behorende tot de beeldende vorming, muziek, dans of drama.

Artikel

12

Afwijking van vakken in de bovenbouw havo

Het bevoegd gezag dat beschikt over een DAMU-licentie kan, in afwijking van artikel 6d en 14 van de wet, artikel 26c, eerste lid, van het Inrichtingsbesluit WVO en artikel 13, eerste lid, van het Eindexamenbesluit VO een DAMU-leerling in de havo ontheffing verlenen voor:

Artikel

13

Afwijking van vakken in de bovenbouw vwo

Het bevoegd gezag dat beschikt over een DAMU-licentie kan, in afwijking van de artikelen 6d en 13 van de wet, artikel 26b van het Inrichtingsbesluit WVO en artikel 11, eerste lid, dan wel artikel 12, eerste lid, van het Eindexamenbesluit VO een DAMU-leerling in het vwo ontheffing verlenen voor:

Artikel

14

Gespreid examen

Artikel

15

Evaluatie

De minister evalueert deze beleidsregel voor 1 januari 2025.

Artikel

16

Overgangsbepaling

Voor een school die voorafgaand aan deze beleidsregel al beschikt over een gelijkwaardige licentie op grond van Beleidsregel verstrekking DAMU-licentie VO, blijft deze behouden, tenzij de looptijd van de eerdere licentie is verstreken en niet tijdig een nieuwe licentie is aangevraagd.

Artikel

18

Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van 1 september 2020.

Artikel

19

Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel DAMU-licentie VO 2020.

Deze beleidsregel zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob