In deze beleidsregel wordt, tenzij anders vermeld, verstaan onder:
zorgzwaartepakket (zzp): een zzp bestaande uit een volledig pakket van verblijfszorg dat aansluit op de kenmerken van de cliënt en het soort zorg dat die cliënt nodig heeft.
specifieke behandeling: specifieke behandeling omvat geneeskundige zorg van specifiek medische, specifiek gedragswetenschappelijke of specifiek paramedische aard die noodzakelijk is in verband met de aandoening, beperking, stoornis of handicap van de cliënt.
ggz-behandeling: geneeskundige zorg zoals klinisch-psychologen en psychiaters plegen te bieden in verband met de psychische stoornis van de cliënt.
algemeen medische zorg: algemeen medische zorg omvat de vormen van zorg zoals bedoeld in artikel 3.1.1 lid d van de Wlz:
–
geneeskundige zorg zorg van algemeen medische aard, niet zijnde paramedische zorg;
–
behandeling van een psychische stoornis indien de behandeling integraal onderdeel uitmaakt van de behandeling van een somatische of psychogeriatrische aandoening of beperking of een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap;
–
het gebruik van hulpmiddelen, noodzakelijk in verband met de in de instelling gegeven zorg;
–
tandheelkundige zorg;
–
kleding, verband houdende met het karakter en de doelstelling van de instelling.
ggz wonen: ggz wonen betreft ggz-zorg aan cliënten met een psychische stoornis die op basis van zorginhoudelijke toegangscriteria aanspraak hebben op zorg vanuit de Wlz. De zorg wordt geleverd in de leveringsvormen verblijf (zzp), vpt en mpt.
crisisregisseur ghz: een als crisisregisseur ghz aangewezen zorgprofessional die verantwoordelijk is voor de beoordeling of crisiszorg nodig is. Deze zorgprofessional wordt aangesteld door het zorgkantoor, maar voert zijn werkzaamheden onafhankelijk van zorgkantoor en zorgaanbieders uit. Hij voert de regie over alle activiteiten om ervoor te zorgen dat cliënten met een verstandelijke beperking die crisiszorg behoeven op een passende crisiszorgplek geplaatst worden waar ze de juiste zorg krijgen. Hiervoor maakt de crisisregisseur ghz een inschatting over de complexiteit van de zorgvraag en de benodigde zorginzet.
crisiszorg: zorg voor cliënten bij een plotselinge, ernstige ontregeling (in fysieke, sociale en psychische gesteldheid van de cliënt of van de omgeving) met als gevolg het ontstaan van een acuut onhoudbare situatie in het thuismilieu of de woonsituatie van de cliënt. Het is hierbij noodzakelijk om opname binnen 24 tot 48 uur in te zetten om onaanvaardbare gezondheidsrisico’s, medische complicaties en/of ernstig nadeel voor de cliënt en/of zijn gezin en/of woonomgeving te voorkomen.
crisiszorgaanbieder: zorgaanbieder die over één of meer crisiszorgbedden beschikt.
dag logeeropvang: een dag logeeropvang is een kalenderdag, die deel uitmaakt van een periode van opname voor logeren. De opname omvat minimaal één overnachting. De dag van aanvang van de logeeropvang en de dag van beëindiging van de logeeropvang gelden als een te declareren dag logeeropvang, waarbij geldt voor de dag van opname dat deze enkel gedeclareerd kan worden indien de opname heeft plaats gevonden vóór 20:00 uur. In het geval de dag van opname samenvalt met de dag van overlijden is eveneens sprake van een te declareren (verblijfs)dag logeeropvang.
deeltijdverblijf (dtv): verblijf in de instelling zonder behandeling gedurende gemiddeld 3½, 4, of 4½ etmalen per week via een vast patroon binnen een tijdspanne van 14 etmalen.
modulair pakket thuis (mpt): één of meer losse vormen van zorg als bedoeld in artikel 3.1.1 van de Wlz:
–
het schoonhouden van de woonruimte van de cliënt;
–
persoonlijke verzorging;
–
begeleiding;
–
verpleging;
–
behandeling, omvattende geneeskundige zorg van specifiek medische, specifiek gedragswetenschappelijke of specifiek paramedische aard die noodzakelijk is in verband met de aandoening, beperking, stoornis of handicap van de cliënt;
–
vervoer naar een plaats waar de cliënt gedurende een dagdeel begeleiding of behandeling ontvangt;
–
logeeropvang.
niet-beïnvloedbare factoren (nbf): kostenverhogende omstandigheden waarop de zorgaanbieder geen invloed kan uitoefenen. Voor 2020 is vastgesteld dat het hierbij gaat om bovengemiddeld voorspeld verzuim van personeel van een zorgaanbieder dat in relatie staat met:
–
het feit dat een locatie van een zorgaanbieder is gelegen in (groot)stedelijk gebied;
–
de sociaaleconomische status van de geografische wijk waarin een locatie van een zorgaanbieder is gelegen.
normatieve huisvestingscomponent (nhc): een integraal onderdeel van het tarief dat dient als normatieve vergoeding voor (vervangende) (nieuw)bouw en instandhouding. Deze vergoeding bestaat uit een geïndexeerde jaarlijkse bijdrage die voldoende is om, over de gehele levenscyclus van een nieuwbouw voorziening, de rente-, afschrijvings- en instandhoudingsuitgaven te dekken.
normatieve inventariscomponent (nic): een integraal onderdeel van het tarief dat dient als normatieve vergoeding voor investeringen in inventaris. Deze normatieve vergoeding bestaat uit een jaarlijkse bijdrage die voldoende is om, over de gehele levenscyclus van inventaris, de rente en afschrijvingskosten te dekken.
prestatiebeschrijving: een prestatiebeschrijving is een gedetailleerde beschrijving van de prestatie die geleverd wordt tegen een bepaald tarief.
productieafspraak: het totaalbedrag van de afspraken met betrekking tot de prestaties en tarieven ten laste van de contracteerruimte die door de zorgaanbieder en het zorgkantoor/de Wlz-uitvoerder zijn overeengekomen in de budgetronde of herschikkingsronde.
wooncomponent: terrein- en gebouwgebonden kosten. De wooncomponent is onderdeel van de uurprijzen per zorgvorm van de zzp’s.
Voor overige begrippen die in deze beleidsregel gebruikt worden, maar niet hierboven vermeld staan, wordt verwezen naar de Beleidsregel definities Wlz.
Artikel
2
Doel van de beleidsregel
Het doel van deze beleidsregel is om vast te leggen op welke wijze de NZa gebruik maakt van haar bevoegdheid om tarieven en prestatiebeschrijvingen vast te stellen op het gebied van:
–
zorgzwaartepakketten voor cliënten die verblijven in een instelling (inclusief nhc en nic);
–
deeltijdverblijf voor cliënten die middels een gemiddeld vast patroon afwisselend thuis en in een instelling wonen;
–
overige basisprestaties voor cliënten die verblijven in een instelling;
–
de zorg bij een vpt;
–
logeerprestaties voor cliënten met een zzp;
–
toeslagen die bovenop het zzp of vpt van toepassing zijn;
–
afzonderlijke dagbestedings- en vervoersprestaties;
–
overbruggingsregeling bij doorstroom sglvg en lvg1In artikel 10 staat overbruggingszorg bij instroom naar sglvg en lvg beschreven..
Artikel
3
Reikwijdte
Deze beleidsregel is van toepassing op de zorg of dienst als omschreven bij of krachtens de Wlz die wordt geleverd door zorgaanbieders.
Artikel
4
Prijspeil
De loon- en materiële kosten van de beleidsregelwaarden bevatten de definitieve percentages 2021 en de voorschotpercentages 2022.
Indien binnen de beleidsregelwaarde een nhc is opgenomen (zie bijlage 4), dan bevat de nhc de jaarlijkse index van 2,5%.
Indien binnen de beleidsregelwaarde een nic is opgenomen (zie bijlage 4), dan bevat de nic de index voor materiële kosten.
Artikel
5
Beleidsregelwaarden voor tariefvaststelling
1. Tarieven
De NZa stelt de tarieven in een tariefbeschikking vast op de bedragen zoals vermeld in artikel 13, 14 en 15 (beleidsregelwaarden).
De tarieven die de NZa vaststelt op basis van deze beleidsregel zijn maximumtarieven. Een maximumtarief is een tarief dat ten hoogste in rekening mag worden gebracht. Bij het maken van productieafspraken kunnen de Wlz-uitvoerder/het zorgkantoor en de zorgaanbieder lagere tarieven afspreken.
Een uitzondering betreft de prestaties voor bepaalde postcodegebieden waarin zorglevering duurder is dan in andere gebieden. Die prestaties zijn beschreven in artikel 6, derde lid. Daarvoor geldt een bandbreedtetarief: een bedrag dat ligt tussen of gelijk is aan het bedrag dat ten minste en het bedrag dat ten hoogste als tarief in rekening mag worden gebracht. Het gedeelte van 0 tot en met de laagste bandbreedte, het minimumtarief, is dus niet onderhandelbaar. Het gedeelte van het minimum tot de hoogste bandbreedte, het maximumtarief, is wel onderhandelbaar. De Wlz-uitvoerder/het zorgkantoor en de zorgaanbieder kunnen in zoverre dus lagere tarieven afspreken.
2. Aanvaardbare kosten
Voor zover de aanvaardbare kosten bestaan uit zzp’s of vpt’s, dan worden die bepaald door de gehonoreerde productieafspraak met betrekking tot de prestaties en beleidsregelwaarden zoals vermeld in deze beleidsregel.
3. Opbouw beleidsregelwaarden
Voor de opbouw van de zzp- en vpt-beleidsregelwaarden wordt verwezen naar het Verantwoordingsdocument ‘Prestaties en tarieven langdurige zorg - Fase 2: van kosten naar tarieven’ (zie bijlage 5). Voor de opbouw van de zzp- en vpt-beleidsregelwaard en voor vv4 t/m 10 wordt verwezen naar de bijlage 4 ‘Tariefberekening zzp en vpt 4 t/m 10 - Beleidsregelwaarden 2020 en indicatieve berekening kwaliteitstoeslagen 2021’ en bijlage 9 ‘Indicatieve tarieven verpleeghuiszorg 2022’ van beleidsregel BR/REG 21118d.
4. Beleidsregelwaarden in- of exclusief behandeling vv en ghz
Het is mogelijk om een vpt, zzp vv of zzp ghz exclusief behandeling af te spreken en in rekening te brengen in combinatie met de behandelprestaties die vermeld zijn in de Beleidsregel prestatiebeschrijvingen en tarieven modulaire zorg. Deze behandelprestaties kunnen worden toegekend voor zover de totale kosten (beleidsregelwaarde zzp exclusief behandeling + uitgaven afzonderlijke behandelprestaties) daarvan niet de maximale beleidsregelwaarde voor zzp inclusief behandeling overschrijdt. Voor de zzp’s en vpt’s 1 en 2 is er geen prestatie inclusief behandeling. Voor deze zzp’s/vpt’s kunnen de behandelprestaties uit de Beleidsregel prestatiebeschrijvingen en tarieven modulaire zorg worden toegekend tot maximaal het verschil tussen zzp-/vpt-3 inclusief behandeling en zzp-/vpt-3 exclusief behandeling.
5. Beleidsregelwaarden ggz wonen integraal of modulair
Voor ggz wonen is het mogelijk een zzp integraal of modulair af te spreken. Een vpt kan enkel modulair worden afgesproken. Bij een zzp integraal zijn alle onderdelen van zorg opgenomen in de prestaties en daarbij behorende beleidsregelwaarden: woonzorg, specifieke behandeling, ggz-behandeling en algemeen medische zorg. De prestaties met daarbij behorende beleidsregelwaarden van een zzp modulair of vpt modulair betreffen de woonzorg. Het is mogelijk een zzp of vpt modulair af te spreken en in rekening te brengen in combinatie met de behandelprestaties voor specifieke behandeling die vermeld zijn in de Beleidsregel prestatiebeschrijvingen en tarieven modulaire zorg. Behandelprestaties voor ggz-behandeling en algemeen medische zorg gaan bij een zzp modulair of vpt modulair ten laste van de Zorgverzekeringswet (Zvw).
6. Tarieven in- of exclusief dagbesteding
Bij sommige vpt’s en zzp’s is sprake van een integraal pakket waarbij de dagbesteding niet afzonderlijk kan worden afgesproken. Bij andere vpt’s en zzp’s is het mogelijk om de componenten dagbesteding en woonzorg afzonderlijk af te spreken.
Voor de cliënten die zijn aangewezen op een zzp vv, zzp lvg of zzp sglvg-1 is de component dagbesteding een onlosmakelijk onderdeel van het zzp. De dagbesteding kan voor deze prestaties niet apart afgesproken worden.
Voor cliënten die zijn aangewezen op een zzp ggz-b inclusief dagbesteding geldt dat de component dagbesteding een onlosmakelijk onderdeel is van het zzp. De dagbesteding voor deze cliëntengroep kan niet apart afgesproken worden. Cliënten kunnen ook aangewezen zijn op een zzp ggz-b exclusief dagbesteding indien ze geen dagbesteding behoeven.
Voor cliënten die zijn aangewezen zijn op een zzp ggz-wonen, zzp vg, zzp lg of zzp zg is de component dagbesteding niet een onlosmakelijk onderdeel van de zzp-prestatie. Er is sprake van:
afzonderlijke dagbestedingsprestaties waarvan de tarieven in artikel 13, vijfde lid staan. Het aantal afzonderlijke dagdelen dagbesteding dat wordt afgesproken moet passen binnen de zzp-prestatie of vpt-prestatie die past bij de indicatie van de cliënt.
Een toeslag op de dagbesteding van kinderen mag tot een kalenderleeftijd van 18 jaar worden afgesproken.
7. Prestatie vervoer bij dagbesteding/dagbehandeling
Een cliënt heeft op grond van de Wlz aanspraak op vervoer naar en van de dagbesteding/dagbehandeling wanneer deze cliënt hier redelijkerwijs op is aangewezen. In dat geval kan per aanwezigheidsdag waarop vervoer naar dagbesteding (begeleiding in groepsverband)/dagbehandeling plaatsvindt, een vergoeding voor vervoer worden afgesproken. Deze vergoeding per dag is voor het vervoer van en naar de locatie waar de dagbesteding of dagbehandeling wordt aangeboden. Dit onderdeel is van toepassing op de volgende cliëntgroepen:
a.
Cliënten die zijn geïndiceerd voor of aangewezen op een zzp vg, lg, zg of een bij deze zzp’s passend profiel op grond van de Regeling langdurige zorg en die dagbesteding/dagbehandeling ontvangen;
b.
Cliënten die zijn geïndiceerd voor of aangewezen op een zzp lvg of sglvg of een bij deze zzp’s passend profiel op grond van de Regeling langdurige zorg en die dagbesteding /dagbehandeling ontvangen;
c.
Cliënten die zijn geïndiceerd voor of aangewezen op een zzp ggz-b of ggz wonen of een bij deze zzp’s passend profiel op grond van de Regeling langdurige zorg en die dagbesteding/dagbehandeling ontvangen;
d.
Cliënten die zijn geïndiceerd voor of aangewezen op een zzp vv of een bij deze zzp’s passend profiel op grond van de Regeling langdurige zorg én die dagbesteding/dagbehandeling behoeven op afstand van de verblijfslocatie waarbij het vervoer om medische redenen noodzakelijk is.
De beleidsregelwaarden behorend bij vervoer bij dagbesteding/dagbehandeling zijn opgenomen in artikel 13, zesde lid (zzp) en artikel 15, vijfde lid (vpt) van deze beleidsregel. Hierbij wordt ook een onderscheid gemaakt in de verblijfsplaats van de cliënt. Voor het vervoer van cliënten met een zzp die de dagbesteding van dezelfde aanbieder krijgen als het verblijf gelden Z-codes. Voor het vervoer van cliënten die de dagbesteding niet van dezelfde aanbieder krijgen als het verblijf gelden H-codes.
cliënten met een zzp/vpt vg, lg, zg, lvg en sglvg;
–
cliënten met een zzp/vpt vv;
–
cliënten met een zzp ggz-b;
–
cliënten met een zzp ggz wonen.
De vervoersprestaties voor cliënten in de gehandicaptenzorg zijn gebaseerd op een aantal cliëntkenmerken (het onderscheid tussen individueel vervoer en vervoer in groep, kind en volwassene, rolstoelgebonden en niet-rolstoelgebonden cliënten,) en een aantal vervoerskenmerken (gecontracteerd vervoer, eigen vervoermiddel zorgaanbieder/ouder/vrijwilliger, eigen vervoermiddel cliënt, openbaar vervoer).Daarnaast is in de prestatie-indeling rekening gehouden met de postcode-afstand tussen de verblijfplaats van de cliënt en de plek waar de cliënt de dagbesteding/behandeling ontvangt. De tabel in artikel 6, vierde lid, onder h geeft aan in welke prestatiecategorie een cliënt valt.
Het gecontracteerde vervoer betreft het vervoer dat wordt geleverd door een professionele vervoerder (taxi-vervoer) waarmee de zorgaanbieder een contract heeft afgesloten. Het niet-gecontracteerde vervoer betreft alle overige vormen van vervoer, waaronder vervoer met vervoersmiddelen die eigendom zijn van de zorgaanbieder of een aan de zorgaanbieder gelieerde onderneming.
Afwijkingsmogelijkheid
Zorgaanbieders in de gehandicaptenzorg en zorgkantoor hebben de mogelijkheid om in individuele gevallen af te wijken van de van toepassing zijnde categorie. Dit kan om twee redenen:
1.
Meer maatwerk
In de praktijk blijkt dat de vervoerskosten per instelling sterk verschillen. Met de huidige indeling in zeven prestatiecategorieën wordt beter aangesloten bij de verschillen. Er kunnen echter situaties zijn dat het tarief voor de toepasbare categorie te hoog of te laag is. Indien er een structurele noodzaak is, kunnen zorgaanbieder en zorgkantoor in gezamenlijk overleg afwijken van de vastgestelde categorie-indeling zoals in bovengenoemde tabel staat weergegeven. Met deze vrijheid om in afstemming met het zorgkantoor cliënten in een andere categorie te plaatsen, kan de vergoeding nog beter aansluiten bij de situatie van individuele zorgaanbieders. Een overeengekomen afwijking moet beargumenteerd worden vastgelegd.
2.
Minder administratie bij wisselende afstanden of vervoermiddelen
Om tegemoet te komen aan zorgaanbieders die administratieve last ervaren bij wisselende vervoersafstanden of wisselend gebruik van verschillende vervoermiddelen, kunnen zorgaanbieders de volgende werkwijze hanteren:
–
bij wisselende vervoersafstanden het adres waar de cliënt geregistreerd staat (als verblijfsadres), of de dagbestedingslocatie waar de cliënt in de meeste gevallen naar toe gaat, of een gemiddelde afstand als uitgangspunt te nemen, en de categorie die daarbij hoort standaard te declareren, in plaats van de verschillen in afstanden tussen dagen/weken steeds in de administratie bij te houden;
–
bij wisselende manieren van vervoer als uitgangspunt voor declaratie de wijze van vervoer te nemen zoals cliënt in de meeste gevallen reist, in plaats van de wijze van vervoer steeds in de administratie te moeten aanpassen.
Een zorgaanbieder moet het wel vastleggen wanneer hij deze werkwijze hanteert.
Voor het vervoer van cliënten in de sector vv wordt aangesloten bij twee prestatiecategorieën uit de tabel in artikel 6, vierde lid, onder h. Er zijn aparte prestatiecodes voor vervoer in de vv. In de vv zijn de categorieën C0 en C1 van toepassing. C0 is voor niet-gecontracteerd vervoer. Hieronder vallen bijvoorbeeld eigen vervoermiddel en openbaar vervoer. C1 is in de vv voor alle gecontracteerd vervoer, zowel voor niet-rolstoelgebonden als rolstoelgebonden cliënten.
De vervoersprestaties voor cliënten ggz wonen sluiten aan bij de vervoersprestaties voor cliënten in de gehandicaptenzorg, zoals hierboven beschreven. Wel zijn er aparte prestatiecodes voor de vervoersprestaties voor cliënten ggz wonen. Op basis van de tabel Prestatiecategoriën vervoer dagbesteding/dagbehandeling ghz/ggz wonen in artikel 6, vierde lid, onder h, kan ook voor de doelgroep ggz wonen bepaald worden in welke prestatiecategorie een cliënt valt.
8. Prestatie logeren
a.
Het is mogelijk om een logeerprestatie te combineren met behandelprestaties, voor zover behandeling niet is meegenomen in de logeerprestatie. Ook is het mogelijk dagbestedingsprestaties te leveren in combinatie met een logeerprestatie wanneer de cliënt behoefte heeft aan dagbesteding gedurende het logeren. De behandel- en dagbestedingsprestaties zijn vermeld in de Beleidsregel prestatiebeschrijvingen en tarieven modulaire zorg.
b.
Geen van de toeslagen genoemd in artikel 7 van deze beleidsregel mag in combinatie met een logeerprestatie in rekening worden gebracht.
c.
Er is een prestatiebeschrijving logeren voor vv, vg, zg, lg, lvg en ggz wonen, en een prestatiebeschrijving logeren voor cliënten met een zeer ernstige verstandelijke en meervoudige beperking (zevmb). De prestatiebeschrijvingen zijn opgenomen in artikel 6, vierde lid, onder g en h van deze beleidsregel.
Artikel
6
Prestatiebeschrijvingen basisprestaties
1. Prestatiebeschrijvingen zorgzwaartepakketten
De NZa stelt de prestatiebeschrijvingen van de zzp’s vast op de zorgprofielen zoals vastgesteld in bijlage A en F van de Regeling langdurige zorg. In bijlage 1 bij de voorliggende beleidsregel is een tabel opgenomen waarin de zorgprofielen worden omgezet naar zzp’s.
De prestatiebeschrijving van zzp vv-10 Beschermd verblijf met intensieve palliatief-terminale zorg stelt de NZa vast als opgenomen in bijlage 1.
2. Prestatiebeschrijvingen volledig pakket thuis
De NZa stelt de prestatiebeschrijvingen van de vpt’s vast op de zzp’s, verminderd met de component verblijf.
3. Prestatiebeschrijvingen zorgzwaartepakketten en volledig pakket thuis inclusief niet-beïnvloedbare factoren
De NZa stelt de prestaties inclusief niet-beïnvloedbare factoren vast op dezelfde inhoud als de reguliere prestaties:
a)
zzp vv 4 t/m vv 10 met of zonder behandeling (zie artikel 6, eerste lid);
b)
vpt vv 4 t/m vv 10 met of zonder behandeling (zie artikel 6, tweede lid;
met deze aanvulling dat het gaat om zorg die wordt verleend aan een cliënt die feitelijk verblijft op een (postcode)locatie als bedoeld in bijlage 2 bij deze beleidsregel.
Voor de gevallen waarin een zorgaanbieder zorg verleent aan een cliënt die op een (postcode)locatie verblijft, waarvan de postcode in bijlage 2 bij deze beleidsregel is vermeld, gelden de hiervoor genoemde prestaties inclusief niet-beïnvloedbare factoren in plaats van de reguliere prestaties. Voor de postcodes die niet in bijlage 2 staan vermeld, gelden de reguliere prestaties, dus exclusief niet-beïnvloedbare factoren.
Doorslaggevend voor de vraag of een prestatie inclusief niet-beïnvloedbare factoren van toepassing is, is de door de zorgaanbieder geregistreerde verblijfplaats van de individuele cliënt. Op die locatie wordt immers de zorg verleend of wordt geacht daar te zijn verleend omdat de cliënt daar verblijft.
Bij het ontbreken van een dergelijke administratie van een zorgaanbieder over de locatie van verblijf van de individuele cliënt en van zorglevering, zijn de prestatiebeschrijvingen en tarieven exclusief niet-beïnvloedbare factoren van toepassing. Hetzelfde geldt voor het geval dat in de administratie van de zorgaanbieder geen verband wordt gelegd tussen de locatie van verblijf en de declaratie van zorg.
4. Prestatiebeschrijvingen overige basisprestaties en afzonderlijke dagbestedings- en vervoersprestaties
De NZa stelt de navolgende prestatiebeschrijvingen vast. Deze prestaties zijn alleen van toepassing indien is voldaan aan de voorwaarden als weergegeven in de onderstaande overzichten.
a. Mutatiedag vv
Doel:
Doel is om de bekostiging te regelen indien een plaats voor verblijf leeg is achtergelaten ten gevolge van overlijden of verhuizen van een bewoner.
Grondslag en doelgroep:
Zorgaanbieders die zijn toegelaten voor verzekerden met een psychogeriatrische of somatische aandoening of beperking of een combinatie van vorenstaande en een zintuiglijke handicap.
Voorwaarden:
– Betreft een kalenderdag waarop de plaats voor verblijf leeg is achtergelaten ten gevolge van overlijden of verhuizing van een bewoner;
– Indien een cliënt verhuist van locatie A naar locatie B binnen dezelfde zorgaanbieder (rechtspersoon), kan één mutatiedag gedeclareerd worden. Hetzelfde geldt wanneer een cliënt binnen een locatie van kamer verandert;
– Bij overlijden of verhuizing naar een andere zorgaanbieder (rechtspersoon) van een bewoner van een éénpersoonskamer kunnen maximaal 13 mutatiedagen voor de overleden of vertrekkende cliënt worden gedeclareerd. De declaratie betreft uitsluitend het werkelijke aantal mutatiedagen;
– Bij overlijden of verhuizing van een bewoner van een tweepersoonskamer kunnen mutatiedagen worden gedeclareerd voor elke kalenderdag dat de overblijvende bewoner de kamer alleen heeft bewoond. Hiervoor geldt een maximum van 26 mutatiedagen. De declaratie betreft uitsluitend het werkelijke aantal mutatiedagen. Dit maximum geldt ook indien de overgebleven bewoner niet verhuist naar een éénpersoonskamer;
– In geval van dtv kunnen er geen mutatiedagen gedeclareerd worden.
b. Crisiszorg vv & lvg
Doel:
Doel is om in de regio te voorzien in zorg met een spoedeisend karakter.
Grondslag en doelgroep:
Voor cliënten met een psychogeriatrische en/of somatische aandoening of beperking of een licht verstandelijke beperking
Voorwaarden:
– Het betreft een bed dat wordt vrijgehouden voor cliënten die aangewezen zijn op crisiszorg met een onmiddellijke noodzaak voor opname in verband met extra medische complicaties en/of ernstig probleemgedrag en voor wie het niet opnemen tot ernstige gezondheidsrisico’s leidt;
– Deze prestatie geldt zowel voor de dagen dat een cliënt aanwezig is op het crisisbed, als op de dagen waarop het crisisbed niet bezet is.
c. Crisiszorg ghz
Vorm:
Het betreffen prestaties per dag.
Deze prestaties kunnen gedeclareerd worden door zorgaanbieders van crisiszorg voor ghz cliënten.
Deze prestaties kunnen gedeclareerd worden voor een bed dat wordt vrijgehouden voor of bezet is door een cliënt die krachtens de crisisregisseur ghz is aangewezen op crisiszorg op een andere plek dan waar cliënt zijn reguliere zorg ontvangt. Deze prestatie is declarabel voor de dagen dat een cliënt aanwezig is op het crisisbed en de dagen waarop het crisisbed niet bezet is. Zorgaanbieders en zorgkantoren maken hier onderling nadere afspraken over.
Crisiszorg is tijdelijk en vervangt de reguliere zorg die cliënt vóór opname bij de (crisis)zorgaanbieder ontving.
Doelen:
– De regio voorzien in beschikbaarheid van zorg met een spoedeisend karakter;
– Cliënten met een verstandelijke beperking door middel van een tijdelijke opname passende zorg bieden in crisistoestanden en/of -situaties om deze te stabiliseren.
– Mantelzorgers te ontlasten wanneer zich een crisistoestand en/of -situatie voordoet bij cliënt. Crisiszorg is tijdelijk en vervangt de reguliere zorg.
Categorieën:
– Crisiszorg ghz – licht
– Crisiszorg ghz – midden
– Crisiszorg ghz – zwaar
Grondslag en doelgroep:
Voor cliënten met een verstandelijke beperking met een indicatie vg 3 t/m vg 8 of sglvg.
Voor cliënten die zijn aangewezen op crisiszorg op een andere plek dan waar de cliënt zijn reguliere zorg ontvangt. Dit kan ook een andere afdeling bij dezelfde (crisis)zorgaanbieder zijn.
Voorwaarden:
Voor alle categorieën Crisiszorg ghz geldt:
– Cliënt is aangewezen op crisiszorg, blijkende uit inschatting van de crisisregisseur ghz;
– Aanleiding voor de crisis is overvraging, overbelasting van de cliënt of (deels) wegvallen van het sociale netwerk;
– Context van de cliënt (thuissituatie, teams van zorginstellingen) kunnen het niet meer aan.
Voorwaarden categorie Crisiszorg ghz – licht
– Er is géén sprake van agressie, psychiatrische problematiek staat niet op de voorgrond en cliënt vormt geen ernstig gevaar voor zichzelf of anderen;
– Deze vorm van zorg bevat kenmerken van logeerzorg. Het verschil is met name de acute beschikbaarheid van een bed en de noodzaak tot stabilisatie van de situatie en de cliënt;
– De zorg is kortdurend van aard;
– De cliënt kan worden geplaatst op een bed binnen een reguliere (open) setting zonder specifieke aanpassingen aan het gebouw.
Voorwaarden categorie Crisiszorg ghz – midden
– Er is veelal sprake van matige/ernstige problematiek in de persoon zelf en gedragsproblemen;
– Psychiatrische problematiek staat niet op de voorgrond en cliënt vormt geen ernstig gevaar voor zichzelf of anderen.
– De zorg dient in een besloten setting in een aangepast gebouw geleverd te worden;
– De basisbezetting, Verzorgend, opvoedkundig en verplegend (VOV) personeel. per bed is gemiddeld genomen hoger dan bij niveau laag (rond 0,7-1 FTE per bed). Er is bovendien extra kennis en expertise nodig en aanvullende aandacht voor risicosignalering en het omgaan met agressie en meervoudige problematiek.
Voorwaarden categorie Crisiszorg ghz – zwaar
– Er is sprake van ernstige, meervoudige problematiek met beperkte zelfredzaamheid.
– Er is sprake van acute psychiatrie en/of problematisch middelengebruik/verslaving en/of zeer ernstige gedragsproblemen met risico’s voor omgeving. De cliënt vormt een ernstig gevaar voor zichzelf of anderen. De zorgvraagzwaarte is vergelijkbaar met vg-7.
– De zorg dient in een besloten en/of gesloten setting in een aangepast gebouw geleverd te worden, waar cameratoezicht en de mogelijkheid tot afzonderen of separeren aanwezig is.
– De basisbezetting (VOV personeel) is hoger dan bij niveau midden (rond 1-1,3 FTE per bed) en opschaling is direct mogelijk. Er is bovendien extra kennis en expertise nodig: personeel is getraind in agressiebeheersing en de-escalerende gesprekstechnieken.
– Aanvullende expertise van een AVG arts, GZ-psycholoog gedragswetenschapper of psychiater is direct beschikbaar.
d. Verblijfscomponent niet-geïndiceerde partner
Doel:
De verblijfscomponent is een component voor de bekostiging van huishoudelijke verzorging, keukenpersoneel, de facilitaire dienst, dagelijkse welzijnsactiviteiten en voeding- en hotelmatige kosten.
Het doel van kib is het opheffen van een ontwrichte behandelrelatie. Veiligheid en interactie staan daarbij centraal gedurende de behandeling. Daarbij is van belang het hanteren van de agressie van de cliënt en het garanderen van de veiligheid van de totale cliëntengroep en personeel. Naast de directe behandeling van de cliënt zelf, richt de behandeling zich ook op het ontwrichte hulpverleningssysteem. Overdracht van kennis, training on the job, teamcoachings en consultatie zijn activiteiten die ingezet worden om de verwijzende instantie te ondersteunen bij deze cliëntengroep.
Grondslag en doelgroep:
Zzp ggz-b of zzp ggz wonen
Bij cliënten is sprake van complexe meervoudige psychiatrische problematiek met een langdurige psychiatrische voorgeschiedenis waarbij voorgaande behandelingen onvoldoende resultaat hebben gehad.
Het gedrag van de kib cliënten kenmerkt zich onder andere door acting out gedrag, suïcidaliteit, zeer ernstige zelfbeschadiging, mondeling en fysiek (waaronder seksueel) (be)dreigend gedrag. Er is vaak sprake van een combinatie van verschillende diagnoses. Opvallend bij deze groep cliënten is de vaak langdurige psychiatrische voorgeschiedenis, waarbij voorgaande behandelingen onvoldoende tot geen resultaat hebben gehad.
Grofweg is de cliëntenpopulatie als volgt in te delen:
– cliënten met psychotische stoornissen, waarbij sprake is van ernstige gedragsproblematiek zoals (fysieke/mondelinge) agressie, (fysieke/mondelinge) bedreigingen en (seksuele) intimidatie;
– cliënten met ernstige persoonlijkheidsstoornissen, dissociatieve stoornissen en traumagerelateerde problematiek waarbij onder andere acting out, zelfdestructief- en suïcidaal gedrag op de voorgrond staat zoals snijden, branden, stranguleren, bonken en het innemen van (brandende, giftige) stoffen en voorwerpen.
De doelgroep wordt in het merendeel van de gevallen opgenomen met een inbewaringstelling of een rechterlijke machtiging.
Voorwaarden:
– De cliënt beschikt bij opname over een indicatie ggz-1b, ggz-2b, ggz-3b, ggz-4b, ggz-5b, ggz-6b of ggz-7b, ggz wonen-1, ggz wonen-2, ggz wonen-3, ggz wonen-4 of ggz wonen-5;
– Alleen voor cliënten die verblijven in een kliniek voor intensieve behandeling;
– Bij aanmelding moet sprake zijn van een ontwrichte behandelrelatie;
– De prestatie kan niet gepaard gaan met een toeslag voor dezelfde cliënt.
f. Dagbesteding
Dagbesteding vg
H900,
H902, H903, H904, H906
Vorm
Dagactiviteit voor cliënten met een verstandelijke handicap die als gevolg van hun beperkingen niet kunnen deelnemen aan gewoon werk of begeleid werk (maatschappelijke integratie is niet mogelijk). De activiteit vindt indien gewenst en best passend, zo veel mogelijk: overdag plaats, buiten de woonsituatie, in groepsverband.
Doel
Het dagprogramma legt naar inhoud een accent op:
– arbeidsmatige dagbesteding (activiteiten met een zelfstandig karakter waarbij het vaak zal gaan om het tot stand brengen van een product of dienst, afgestemd op de mogelijkheden en interesses van de cliënt);
– ‘activering’ (activiteiten gericht op het zinvol besteden van de dag, aangepast aan mogelijkheden en interesses van de cliënt, waar onder handvaardigheid, expressie, beweging, belevingsactiviteiten);
– ‘activering, individueel belevingsgericht’ (belevingsgerichte activiteiten op een eenvoudig niveau met extra aandacht voor sfeer, geborgenheid, veiligheid, ritme en regelmaat).
Zorgvorm: bg-groep.
Wlz-indicatie
Licht: vg-1 – vg-4
Midden: vg-5, vg-6
Zwaar: vg-7, vg-8
Doelgroep: Cliënten die gebruik maken van een vpt- of zzp-vg.
Dagbesteding lg
H910, H913, H914, H915, H916
Vorm
Dagactiviteit voor cliënten met een ernstige lichamelijke handicap die als gevolg van hun beperkingen niet kunnen deelnemen aan gewoon werk of begeleid werk (maatschappelijke integratie is niet mogelijk). De activiteit vindt indien gewenst en best passend, zo veel mogelijk: overdag plaats, buiten de woonsituatie, in groepsverband.
Doel:Het dagprogramma legt naar inhoud een accent op zelfgekozen bezigheid en activering. De begeleiding kan ook gericht zijn op arbeidsmatig werken. Het dagprogramma biedt ruimte voor vaardigheidstraining.
Zorgvorm:bg-groep.
Wlz-indicatie:
Licht: lg-7
Midden: lg-2, lg-4, lg-6
Zwaar: lg-1, lg-3, lg-5
Doelgroep: Cliënten die gebruik maken van een vpt- of zzp-lg.
Dagbesteding zg auditief
H920,H921, H922
Vorm
Dagactiviteit voor cliënten met ernstige zintuiglijke handicap die als gevolg van hun beperkingen niet kunnen deelnemen aan gewoon onderwijs, gewoon werk of begeleid werk (maatschappelijke integratie is niet mogelijk). De activiteit vindt indien gewenst en best passend, zo veel mogelijk: overdag plaats, buiten de woonsituatie, in groepsverband.
Doel
Het dagprogramma legt naar inhoud een accent op zelfgekozen bezigheid en activering, waar onder vaardigheidstraining. De begeleiding kan ook gericht zijn op arbeidsmatig werken. Tijdens de dagactiviteit is weinig of slechts beperkte verzorging nodig.
Zorgvorm: bg-groep.
Wlz-indicatie:
Licht: zg-aud-1, zg-aud-4
Midden: zg-aud-2
Zwaar: zg-aud-3
Doelgroep: Cliënten die gebruik maken van een vpt- of zzp-zg.
Dagbesteding
zg visueel
H930, H931, H933, H934
Vorm
Dagactiviteit voor cliënten met een ernstige zintuiglijke handicap die als gevolg van hun beperkingen niet kunnen deelnemen aan gewoon onderwijs, gewoon werk of begeleid werk (maatschappelijke integratie is niet mogelijk). De activiteit vindt indien gewenst en best passend, zo veel mogelijk: overdag plaats, buiten de woonsituatie, in groepsverband.
Doel
Het dagprogramma legt naar inhoud een accent op zelfgekozen bezigheid en activering, waar onder vaardigheidstraining. De begeleiding kan ook gericht zijn op arbeidsmatig werken. Tijdens de dagactiviteit is weinig of slechts beperkte verzorging nodig.
Zorgvorm: bg-groep.
Wlz-indicatieLicht: zg-vis-2, zg-vis-3
Midden: zg-vis-1
Zwaar: zg-vis-4, zg-vis-5
Doelgroep: Cliënten die gebruik maken van een vpt- of zzp-zg.
Dagbesteding ggz wonen
H001G, H002G,
H003G, H004G,
H005G
Vorm:
Dagactiviteit voor cliënten met een psychische stoornis die als gevolg van hun problematiek en beperkingen niet kunnen deelnemen aan gewoon werk of begeleid werk (maatschappelijke integratie is niet mogelijk). De activiteit vindt indien gewenst en best passend, zo veel mogelijk: overdag plaats, buiten de woonsituatie, in groepsverband.
Doel:
Dagbesteding draagt bij aan een zinvolle invulling van de dag.
Het dagprogramma legt inhoudelijk een accent op:
– arbeidsmatige dagbesteding (activiteiten met een zelfstandig karakter waarbij het vaak zal gaan om het tot stand brengen van een product of dienst, afgestemd op de mogelijkheden en interesse van de cliënt);
– ‘activering’ (activiteiten gericht op zinvol besteden van de dag, aangepast aan mogelijkheden en interesse van de cliënt, waar onder handvaardigheid, expressie, beweging, belevingsactiviteiten);
– ‘activering, individueel belevingsgericht’ (belevingsgerichte activiteiten op een eenvoudig niveau met extra aandacht voor sfeer, geborgenheid, veiligheid, ritme en regelmaat)
Grondslag:
Clienten bij wie sprake is sprake van een psychische stoornis, mogelijk in combinatie met een somatische aandoening, een lichamelijke en/of (lichte) verstandelijke handicap.
Zorgvorm:bg-groep.
Wlz-indicatie
ggz wonen-1 t/m ggz-wonen-5.
Voor ieder zorgprofiel ggz wonen bestaat een aparte dagbestedingsprestatie.
Doelgroep: Cliënten die gebruik maken van een vpt of zzp ggz wonen.
g. Logeren vg, lg, lvg, zg, vv en ggz wonen
Logeren vg, lg, lvg, zg, vv, ggz wonen
Z999, Z1000, Z1001, Z1002, Z1003, Z1004
Doel
Het doel van logeren is het ontlasten van de mantelzorg. Daartoe kan de cliënt gaan logeren. Logeren omvat verblijfszorg in een beschermende woonomgeving in combinatie met samenhangende zorg. De samenhangende zorg is niet alleen verpleging, begeleiding of verzorging. Dit kan ook Wlz specifieke behandeling zijn indien de cliënt behandeling behoeft tijdens het logeren.
Grondslag en doelgroep
Voor verzekerden met
1. een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap;
2. een psychogeriatrische of somatische aandoening of beperking;
3. een psychische stoornis.
Doelgroep
Voor een cliënt die gebruik maakt van de Wlz leveringsvorm vpt of mpt of mpt in combinatie met pgb kan deze prestatie ten tijde van het logeren gedeclareerd worden.
Voorwaarden
– de cliënt beschikt bij logeren over een Wlz-indicatie voor een vv-, lg-, zg-, lvg- vg-of ggz wonen zorgprofiel.
Behandeling tijdens logeren
– Tijdens logeren zit de Wlz behandeling op de achtergrond in de logeerprestatie. Dit geldt voor alle sectoren;
– Voor de lvg- en de zg-sectoren is ook een half uur behandeling op de voorgrond meegenomen in het tarief;
– Voor de vv-sector is ook behandeling op de voorgrond meegenomen. Deze behandeling is gelijk aan de behandeling opgenomen in het zzp vv-6 inclusief behandeling;
– Behandeling op de achtergrond omvat onder andere het bijstaan van de individuele zorgverleners in hun zorgverlening, het opstellen van het zorgplan tijdens logeren als dat noodzakelijk is, en een kort behandelmoment tijdens logeren dat incidenteel is en weinig inzet vraagt;
– Behandeling op de voorgrond is de overige Wlz specifieke behandeling die noodzakelijk is voor de zorgverlening aan de Wlz geïndiceerde cliënt die behandeling behoeft tijdens logeren.
h. Logeren zevmb
Logeren zevmb (Z1006)
Doel
Het doel van logeren is het ontlasten van de mantelzorg. Daartoe kan de cliënt gaan logeren. Logeren omvat verblijfszorg in een beschermende woonomgeving in combinatie met samenhangende zorg. De samenhangende zorg is niet alleen verpleging, begeleiding of verzorging. Dit kan ook Wlz specifieke behandeling zijn indien de cliënt behandeling behoeft tijdens het logeren.
Grondslag en doelgroep
Deze prestatie is voor verzekerden met een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap met een Wlz-indicatie.
De prestatie heeft betrekking op de doelgroep cliënten met zeer ernstige verstandelijke en meervoudige beperkingen (ZEVMB).
Doelgroep
Voor een cliënt die gebruikmaakt van de Wlz leveringsvorm vpt of mpt of mpt in combinatie met een pgb, kan deze prestatie ten tijde van het logeren gedeclareerd worden.
Voorwaarden
• Er is sprake van een zeer ernstige verstandelijke en meervoudige beperking:
° Een zeer ernstige verstandelijke beperking betekent dat de verstandelijke beperking dusdanig ernstig is dat het IQ niet betrouwbaar te meten is.
° Er is altijd sprake van zeer ernstige motorische beperkingen, waardoor mensen met ZEVMB niet of nauwelijks gericht en bewust kunnen (voort)bewegen.
• Deze twee kenmerken gaan vaak samen met:
° een (niet tot moeilijk behandelbare) vorm van epilepsie;
° verstoorde prikkelverwerking en zintuiglijke problemen met name met zien en horen;
° problemen met eten en drinken;
° gezondheidsproblemen zoals chronische luchtweginfecties en obstipatie;
° spasticiteit en scoliose;
° non-verbale wijze van communiceren; deze mensen communiceren door middel van geluiden waarbij wisselende intonatie, tempo en toonhoogte een andere betekenis kan hebben, soms communiceren ze ook met bewegingen of fysiologische reacties (versnelde ademhaling, pupilverwijdering en dergelijke); veelal is de communicatie zo subtiel dat het makkelijk onopgemerkt blijft; hierdoor kunnen vaak alleen vaste verzorgers en ouders de persoon met ZEVMB goed ‘lezen’;
° vanwege deze complexe problemen is het medicatiegebruik hoog, ervaren mensen vaak chronisch pijn en komen gedragsproblemen zoals zelfverwonding, stereotype- en teruggetrokken gedrag en slaapproblemen veel voor.
Behandeling tijdens logeren
• Tijdens logeren zit de Wlz behandeling op de achtergrond in de logeerprestatie.
• Behandeling op de achtergrond omvat onder andere het bijstaan van de individuele zorgverleners in hun zorgverlening, het opstellen van het zorgplan tijdens logeren als dat noodzakelijk is en een kort behandelmoment tijdens logeren dat incidenteel is en weinig inzet vraagt.
Bieden van vervoer naar en van de plaats voor dagbesteding of dagbehandeling voor zover de cliënt hier naar aard, inhoud en omvang en uit een oogpunt van doelmatige zorgverlening redelijkerwijs op is aangewezen (art. 3.2.1, eerste lid, Wlz).
2. Cliënten die zijn geïndiceerd voor of aangewezen op een zzp vv of een bij deze zzp’s passend profiel op grond van de Regeling langdurige zorg én die dagbesteding/dagbehandeling behoeven op afstand van de verblijfslocatie waarbij het vervoer om medische redenen noodzakelijk is.
3. Vervoer dagbesteding/dagbehandeling ggz:
4. Cliënten die zijn geïndiceerd voor of aangewezen op een zzp ggz (ggz-b of ggz-wonen) of een bij deze zzp’s passend profiel op grond van de Regeling langdurige zorg en die dagbesteding/dagbehandeling ontvangen.
5. Vervoer dagbesteding/dagbehandeling ghz:
6. Cliënten die zijn geïndiceerd voor of aangewezen op een zzp vg, lg, zg, lvg of sglvg of een bij deze zzp’s passend profiel op grond van de Regeling langdurige zorg en die dagbesteding/dagbehandeling ontvangen.
Vorm:
Het betreft een prestatie per dag.
De prestatie vervoer heeft betrekking op cliëntenvervoer tussen verblijfslocatie en dagbesteding-/dagbehandelinglocatie, voor zover de dagbesteding/dagbehandeling plaatsvindt op een locatie die niet dezelfde is als waar de cliënt (tijdelijk) woont en de cliënt redelijkerwijs is aangewezen op vervoer. Wanneer een cliënt tijdens het vervoer wordt begeleid, valt de begeleiding onder het zzp of vpt.
Deze prestatie kan maximaal worden gedeclareerd voor de duur van de rechterlijke machtiging of de duur van de rechterlijke uitspraak op grond van artikel 28a van de Wzd of de zorgmachtiging op grond van artikel 5.19 van de Wvggz.
Deze prestatie kan niet worden gedeclareerd in combinatie met andere prestaties en/of toeslagen.
1 Voor de inhoud van het beveiligingsniveau verwijzen wij naar hoofdstuk 3, artikel 3.3. van de Beleidsregel Prestaties en tarieven geestelijke gezondheidszorg en forensische zorg
k. Beveligde zorg LZ niveau 3
Beveiligde zorg LZ niveau 3 (Z1008)
Doel:
Verblijf met behandeling in een beveiligde setting niveau 3 aan Wlz-cliënten
– met psychiatrische problematiek en/of verslavingsproblematiek;
– en (acuut) delict gevaar;
de zorg is vergelijkbaar met de zorg die wordt geleverd op een forensisch psychiatrische kliniek (fpk) op beveiligingsniveau 31.
Grondslag en doelgroep:
Cliënten met een Wlz indicatie en (acuut) delict gevaar.
Voorwaarden:
– De cliënt is geïndiceerd voor Wlz-zorg
– De cliënt heeft geen strafrechtelijke titel (of deze titel is vervallen) en een beveiligde omgeving is noodzakelijk;
Deze prestatie kan maximaal worden gedeclareerd voor de duur van de rechterlijke machtiging of de duur van de rechterlijke uitspraak op grond van artikel 28a van de Wzd of de zorgmachtiging op grond van artikel 5.19 van de Wvggz.
Deze prestatie kan niet worden gedeclareerd in combinatie met andere prestaties en/of toeslagen.
1 Voor de inhoud van het beveiligingsniveau verwijzen wij naar hoofdstuk 3, artikel 3.3. van de Beleidsregel Prestaties en tarieven geestelijke gezondheidszorg en forensische zorg.
Artikel
7
Prestatiebeschrijvingen toeslagen
De NZa stelt de volgende prestatiebeschrijvingen voor toeslagen vast die aanvullend op een basisprestatie kunnen worden geleverd. Deze toeslagen zijn alleen van toepassing indien is voldaan aan de voorwaarden die voor alle toeslagen gelden en aan de specifieke voorwaarden per afzonderlijke toeslag zoals genoemd in dit hoofdstuk.
Om voor extra bekostiging bovenop de zzp in aanmerking te komen gelden de volgende voorwaarden voor alle in dit hoofdstuk vermelde toeslagen:
–
De zorgaanbieder heeft geoordeeld dat de cliënt op de toeslag voor zorg is aangewezen;
–
De Wlz-uitvoerder heeft de voorwaarden verbonden aan de toeslag, zoals vermeld in betreffende artikelen over de toeslagen, getoetst;
–
De toeslag, met uitzondering van de prestatiecodes Z913, Z914, Z915 en Z919 en V913, V914, V915 en V919, mag per cliënt per dag eenmaal worden gedeclareerd. Het aantal afgesproken dagen per toeslag is niet groter dan het aantal afgesproken vpt- of zzp-dagen voor die cliënt. De toeslagen met prestatiecodes Z913, Z914, Z915 en Z919 en V913, V914, V915 en V919 mogen per cliënt tweemaal per dag gedeclareerd worden;
–
In de ‘Matrix samenhangende toeslagen’ is weergegeven welke toeslagen wel en niet in combinatie met elkaar gedeclareerd kunnen worden. De matrix is opgenomen als bijlage 3. Deze bijlage maakt onlosmakelijk deel uit van deze beleidsregel.
1. Toeslag Huntington
Huntington (Z920) of (V920)
Doel:
Het doel is om te voorzien in de meerkosten voor:
– deskundig personeel;
– specifieke medicijnen en hulpmiddelen die nodig zijn voor cliënten met de ziekte van Huntington;
– meubilair en persoonlijke alarmering;
– speciale voeding en het veelvuldig aanbieden van voeding.
Grondslag & doelgroep:
Zzp vv-8 én Huntington
Voorwaarden:
– De diagnose, ziekte van Huntington, is vastgesteld;
– De cliënt is geïndiceerd voor vv-8.
2. Toeslag cerebrovasculair accident (cva)
Cva (Z910) of (V910)
Doel:
Het doel is om de beperkingen van de cliënt te verminderen door middel van intensieve behandeling gedurende de eerste weken nadat het cva zich heeft voorgedaan. Dit betreft een op herstel gerichte behandeling.
Grondslag & doelgroep:
Zzp vv-9b én cva
Voorwaarden:
– De cliënt is geïndiceerd voor vv-9b;
– De toeslag kan niet langer dan gedurende de eerste 8 weken van de revalidatiezorg worden toegekend.
3. Toeslag chronische ademhalingsondersteuning
Chronische ademhalingsondersteuning laag (Z918B) of (V918B)
Chronische ademhalingsondersteuning midden (Z923B) of (V923B)
Chronische ademhalingsondersteuning hoog (Z921B) of (V921B)
Doel:
Het doel is voor cliënten met chronische beademing (zowel invasief als non-invasief) te voorzien in de assistentie bij handelingen die noodzakelijk zijn, het beschikbaar zijn van deskundig en bekwaam personeel om levensbedreigende situaties te voorkomen en persoonlijke alarmering.
Grondslag en doelgroep:
Cliënten met een indicatie voor lg 2 en 4 tot en met 7, vv 4 tot en met 9b en vg 3 tot en met 8.
Cliënten die zijn aangewezen op chronische ademhalingsondersteuining, zowel invasief als non-invasief
Voorwaarden algemeen:
– Cliënten met een indicatie voor lg 2 en 4 tot en met 7, vv 4 tot en met 9b en vg 3 tot en met 8;
– Er is sprake van chronische ademhalingsondersteuning;
– Er is voldaan aan de voorwaarden van de veldnorm chronische beademing of diens opvolger, de richtlijn chronische beademing;
– Een mix van pv, vp, bh of bh, dan wel een mix van twee of drie van deze zorgvormen wordt geleverd;
– Indien een Wlz-instelling medisch-specialistische beademingszorg levert waarvoor de prestatie Medisch-specialistische beademingszorg in een centrum voor (chronische) beademing bij patiënten met Wlz-indicatie (192141) gedeclareerd wordt, mag de instelling geen toeslag ademhalingsondersteuning binnen de Wlz declareren.
Voorwaarden beademingszorg laag
– De cliënten zijn ingedeeld naar profiel 1 of 2 van de Zorgprofielen chronische beademing van de VSCA;
Voorwaarden beademingszorg midden
– De cliënten zijn ingedeeld naar profiel 3 van de Zorgprofielen chronische beademing van de VSCA;
Voorwaarden beademingszorg hoog
– De cliënten zijn ingedeeld naar profiel 4 van de Zorgprofielen chronische beademing van de VSCA;
4. Toeslag multifunctioneel centrum (mfc)
Multifunctioneel centrum (Z911)
Doel:
Het doel is door specifiek diagnostisch onderzoek een duidelijk beeld te krijgen van de duale problematiek en een op grond hiervan uit te voeren gecombineerde psychiatrische en orthopedagogische behandeling.
Grondslag & doelgroep:
Zzp vg-6, zzp vg-7, zzp lvg-2 tot en met zzp lvg-5
De grondslag verstandelijke beperking is al vastgesteld.
Voorwaarden
– Alleen voor cliënten die verblijven op een mfc-plaats.
– De cliënt is geindiceerd voor vg-6, vg-7, lvg-2, lvg-3, lvg-4 of lvg-5;
– De toeslag is tijdelijk van aard, met een duur van ongeveer 12 maanden uitlopend tot 24 maanden per cliënt;
– De zorgaanbieder heeft expertise op het gebied van duale (combinatie van psychiatrische en orthopedagogische) behandelproblematiek, die de kennis van een reguliere Wlz-zorgaanbieder in deze te boven gaat.
5. Toeslag Observatie
Observatie (Z912)
Doel:
Het doel is door middel van multidisciplinaire en integrale beeldvorming, gebaseerd op multidisciplinaire diagnostisch onderzoek, observaties en exploratieve behandeling, een geïntegreerd en passend advies voor behandeling oftewel begeleiding af te geven. Dit advies wordt vastgelegd in een behandelplan.
Grondslag & doelgroep:
Zzp vg-5 tot en met vg-8 en zzp lvg-3 tot en met lvg-5.
De grondslag verstandelijke beperking is vastgesteld. De ernst hiervan is mogelijk onderwerp van onderzoek.
Voorwaarden:
– De cliënt is geïndiceerd voor vg-5, vg-6, vg-7,
– vg-8, lvg-3, lvg-4 of lvg-5;
– Bij aanmelding is er een onduidelijke, onvolledige, niet eenduidige dan wel ontbrekende diagnose. Daarnaast is er onduidelijkheid over begeleidings- en behandelingsbehoeften;
– De cliënt verblijft gedurende een afgebakende periode. De observatie duurt gemiddeld 1 jaar;
– De zorgaanbieder heeft expertise op het gebied van observatie bij de geïndiceerde cliëntenpopulatie die de kennis van een reguliere Wlz-aanbieder in deze te boven gaat.
Gespecialiseerde epilepsiezorg laag (Z975) of (V975)
Doel:
Doel is om gespecialiseerde epilepsiezorg te bieden aan cliënten met een (vooralsnog) niet (goed) behandelbare epilepsie en daarmee samenhangende problematiek.
Grondslag en doelgroep:
Zzp vg-1 tot en met zzp vg-2
Voorwaarden:
– De cliënt is geïndiceerd voor vg-1 of vg-2;
– De zorg wordt geboden door een zorgaanbieder toegelaten voor behandeling;
– De toeslag is bedoeld voor cliënten die gespecialiseerde epilepsiezorg ontvangen die voldoet aan een aantal criteria:
– De primaire zorg wordt te allen tijde geleverd door deskundig personeel op het gebied van epilepsie en vaak voorkomende co-morbiditeit, reanimatie en voorbehouden handelingen;
– De verschillende sectoren als wonen, school en dagbesteding werken nauw samen zodat de zorgcomponent binnen deze disciplines geïntegreerd geleverd wordt;
– De zorg wordt geleverd in een veilige en passende woonomgeving voor de cliënt respectievelijk werkomgeving voor de zorgverlening;
– De zorg is een integraal pakket, inclusief diagnostiek én behandeling inzake gespecialiseerde epilepsiezorg en inclusief aandacht voor de sociale en maatschappelijke participatie door de cliënt, voor zover de beperkingen dat toelaten;
– De zorg wordt geleverd door een zorgaanbieder die het volledige spectrum aan epilepsiezorg op een voldoende kwalitatief niveau kan bieden;
– De zorg wordt multidisciplinair benaderd, waarbij aan iedere cliënt een kernteam is gekoppeld. De zorgverleners in het kernteam zijn gespecialiseerd op in ieder geval de volgende gebieden: generalistische basiszorg, neurologie en gedragswetenschappen. Daarnaast is er een op epilepsiegebied gespecialiseerde deskundigheidsniveau op de volgende gebieden (neuro)psychologie, diëtiek, farmaceutische zorg, verpleegkunde, fysiotherapie, logopedie en ergotherapie;
– Als aanvulling op de multidisciplinaire zorg kan de zorgaanbieder vaste specialisten consulteren die kennis hebben van de invloed van epilepsie op hun specialisme. Te denken valt aan psychiatrie, urologie et cetera;
– De zorg wordt geleverd door een zorgaanbieder die geïntegreerde samenwerking heeft met een ziekenhuis met een epilepsie observatie unit ter borging van:
– 7x24 uur beschikbaarheid van neurologie en gedragswetenschappen;
– dienstverlening inzake diagnostiek en farmaceutische zorgverlening.
– In uitzondering op de bovenstaande voorwaarden, mag deze toeslag ook worden gedeclareerd bij afwezigheid van cliënten die gespecialiseerde epilepsiezorg ontvangen. Deze cliënten maken bij aanwezigheid in de zorginstelling gebruik van één van de toeslagen gespecialiseerde epilepsiezorg (gez) laag, midden of hoog. In dat geval kan dus ook sprake zijn van de criteria en indicaties zoals vermeld bij deze afzonderlijke prestaties. Deze uitzondering is echter niet van toepassing indien de betreffende cliënt gebruik maakt van de meerzorgregeling.
Gespecialiseerde epilepsiezorg midden (Z976) of (V976)
Doel:
Doel is om gespecialiseerde epilepsiezorg te bieden aan cliënten met een (vooralsnog) niet (goed) behandelbare epilepsie en daarmee samenhangende problematiek.
Grondslag en doelgroep:
Zzp vg-3 tot en met vg-5, ggz-1b tot en met ggz-7b, zzp ggz wonen 1 tot en met ggz wonen 5
Voorwaarden:
– De cliënt is geïndiceerd voor vg-3, vg-4, vg-5, ggz-1b, ggz-2b, ggz-3b, ggz-4b, ggz-5b, ggz-6b, ggz-7b, ggz wonen-1, ggz wonen-2, ggz wonen-3, ggz wonen-4, ggz wonen-5 of er is sprake van crisiszorg zoals omschreven in artikel 6b;
– De zorg wordt geboden door een zorgaanbieder toegelaten voor behandeling;
– Een mix van pv, vp, bg of bh wordt geleverd, het totaal van de mix is gemiddeld 5,5 uur per week;
– De toeslag is bedoeld voor cliënten die gespecialiseerde epilepsiezorg ontvangen die voldoet aan een aantal criteria:
– De primaire zorg wordt te allen tijde geleverd door deskundig personeel op het gebied van epilepsie en vaak voorkomende co-morbiditeit, reanimatie en voorbehouden handelingen;
– De verschillende sectoren als wonen, school en dagbesteding werken nauw samen zodat de zorgcomponent binnen deze disciplines geïntegreerd geleverd wordt;
– De zorg wordt geleverd in een veilige en passende woonomgeving voor de cliënt respectievelijk werkomgeving voor de zorgverlening;
– De zorg is een integraal pakket, inclusief diagnostiek én behandeling inzake gespecialiseerde epilepsiezorg en inclusief aandacht voor de sociale en maatschappelijke participatie door de cliënt, voor zover de beperkingen dat toelaten;
– De zorg wordt geleverd door een zorgaanbieder die het volledige spectrum aan epilepsiezorg op een voldoende kwalitatief niveau kan bieden;
– De zorg wordt multidisciplinair benaderd, waarbij aan iedere cliënt een kernteam is gekoppeld. De zorgverleners in het kernteam zijn gespecialiseerd op in ieder geval de volgende gebieden: generalistische basiszorg, neurologie en gedragswetenschappen. Daarnaast is er een op epilepsiegebied gespecialiseerde deskundigheidsniveau op de volgende gebieden (neuro)psychologie, diëtiek, farmaceutische zorg, verpleegkunde, fysiotherapie, logopedie en ergotherapie;
– Als aanvulling op de multidisciplinaire zorg kan de zorgaanbieder vaste specialisten consulteren die kennis hebben van de invloed van epilepsie op hun specialisme. Te denken valt aan psychiatrie, urologie et cetera;
– De zorg wordt geleverd door een zorgaanbieder die geïntegreerde samenwerking heeft met een ziekenhuis met een epilepsie observatie unit ter borging van:
– 7x24 uur beschikbaarheid van neurologie en gedragswetenschappen;
– dienstverlening inzake diagnostiek en farmaceutische zorgverlening.
Gespecialiseerde epilepsiezorg hoog (Z977) of (V977)
Doel:
Doel is om gespecialiseerde epilepsiezorg te bieden aan cliënten met een (vooralsnog) niet (goed) behandelbare epilepsie en daarmee samenhangende problematiek.
Grondslag en doelgroep:
Zzp vg-6 tot en met vg-8, vv-1 tot en met vv-10, lg-1 tot en met lg-7,
zg-vis-1 tot en met zg-vis-5, zg-aud 1 tot en met zg-aud-4 en crisiszorg
Voorwaarden:
– De cliënt is geïndiceerd voor vg-6, vg-7, vg-8, vv-1, vv-2, vv-3, vv-4, vv-5, vv-6, vv-7, vv-8, vv-9b, lg-1, lg-2, lg-3, lg-4, lg-5, lg-6, lg-7, zg-vis-1, zg-vis-2, zg-vis-3, zg-vis-4, zg-vis-5, zg-aud-1, zg-aud-2, zg-aud-3 of zg-aud-4 of er is sprake van de levering van de prestatie crisiszorg zoals omschreven in artikel 6b;
– De zorg wordt geboden door een zorgaanbieder toegelaten voor behandeling;
– Een mix van pv, vp, bg of bh wordt geleverd, het totaal van de mix is gemiddeld 9 uur per week;
– De toeslag is bedoeld voor cliënten die gespecialiseerde epilepsiezorg ontvangen die voldoet aan een aantal criteria:
– De primaire zorg wordt te allen tijde geleverd door deskundig personeel op het gebied van epilepsie en vaak voorkomende co-morbiditeit, reanimatie en voorbehouden handelingen;
– De verschillende sectoren als wonen, school en dagbesteding werken nauw samen zodat de zorgcomponent binnen deze disciplines geïntegreerd geleverd wordt;
– De zorg wordt geleverd in een veilige en passende woonomgeving voor de cliënt respectievelijk werkomgeving voor de zorgverlening;
– De zorg is een integraal pakket, inclusief diagnostiek én behandeling inzake gespecialiseerde epilepsiezorg en inclusief aandacht voor de sociale en maatschappelijke participatie door de cliënt, voor zover de beperkingen dat toelaten;
– De zorg wordt geleverd door een zorgaanbieder die het volledige spectrum aan epilepsiezorg op een voldoende kwalitatief niveau kan bieden;
– De zorg wordt multidisciplinair benaderd, waarbij aan iedere cliënt een kernteam is gekoppeld. De zorgverleners in het kernteam zijn gespecialiseerd op in ieder geval de volgende gebieden: generalistische basiszorg, neurologie en gedragswetenschappen. Daarnaast is er een op epilepsiegebied gespecialiseerde deskundigheidsniveau op de volgende gebieden (neuro)psychologie, diëtiek, farmaceutische zorg, verpleegkunde, fysiotherapie, logopedie en ergotherapie;
– Als aanvulling op de multidisciplinaire zorg kan de zorgaanbieder vaste specialisten consulteren die kennis hebben van de invloed van epilepsie op hun specialisme. Te denken valt aan psychiatrie, urologie et cetera;
– De zorg wordt geleverd door een zorgaanbieder die geïntegreerde samenwerking heeft met een ziekenhuis met een epilepsie observatie unit ter borging van:
– 7x24 uur beschikbaarheid van neurologie en gedragswetenschappen;
– dienstverlening inzake diagnostiek en farmaceutische zorgverlening.
9. Toeslag niet strafrechtelijke forensische psychiatrie (nsfp)
Niet strafrechtelijke forensische psychiatrie (Z922)
Doel:
Doel is om aan cliënten met (acuut) delictgevaar in combinatie met psychiatrische problematiek voortgezet verblijf met behandeling aan te bieden dat gericht is op het verminderen van het delictgevaar.
Grondslag en doelgroep:
Zzp ggz-1b tot en met ggz-7b, zzp ggz wonen 1 tot en met ggz wonen 5
Voorwaarden:
– De cliënt is geïndiceerd voor ggz-1b, ggz-2b, ggz-3b, ggz-4b, ggz-5b, ggz-6b of ggz-7b, ggz wonen-1, ggz wonen-2, ggz wonen-3, ggz wonen-4, ggz wonen-5;
– De zorg wordt geboden door een instelling die door Justitie (DJI) gecontracteerd is als forensisch psychiatrische kliniek (fpk). Een fpk is een gespecialiseerde gesloten voorziening voor geestelijke gezondheidszorg met een (in oorsprong) uitsluitend klinisch aanbod voor personen met een behoefte aan zorg en behandeling in strafrechtelijk kader. Voor de cliënten is strenge beveiliging en een hoge tot zeer hoge behandelintensiteit noodzakelijk.
Dit is eventueel te operationaliseren aan de hand van beveiligingseisen:
– Fysieke preventie gaat vooral over beveiliging tegen direct gevaar met materiële en personele middelen. Het betreft bewaking en controle in engere zin;
– Sociale preventie, de beveiliging die voortvloeit uit een positieve relatie tussen cliënten en hulpverleners en tussen cliënten onderling;
– Beleidsmatige en organisatorische preventie gericht op de toekomst. Hier gaat het om beveiliging die het gevolg is van een effectief ingerichte zorg.
10. Toeslag woonzorg gehandicaptenzorg kind
Woonzorg gehandicaptenzorg kind (Z978) of (V978)
Doel:
Doel is de gebruikelijke zorg te kunnen bieden die elke kind, ongeacht of sprake is van beperkingen, behoeft.
Grondslag en doelgroep:
Zzp vg-3 tot en met vg-8, zzp lg-1 tot en met lg-7, zzp zg-vis-1 tot en met zg-vis-5, zzp zg-aud-1 tot en met zg-aud-4.
Voorwaarden:
– De toeslag kan alleen worden toegekend aan cliënten in de leeftijdscategorie van 0 tot 12 jaar. Het betreft hier de kalenderleeftijd en niet de ontwikkelingsleeftijd van de cliënt;
– De cliënt is geïndiceerd voor vg-3, vg-4, vg-5, vg-6, vg-7, vg-8, lg-1, lg-2, lg-3, lg-4, lg-5, lg-6, lg-7, zg-vis-1, zg-vis-2, zg-vis-3, zg-vis-4, zg-vis-5, zg-aud-1, zg-aud-2, zg-aud-3 of zg-aud-4;
– In het geval van een vpt woont de verzekerde niet thuis bij zijn ouder(s) of wettelijk vertegenwoordiger(s).
11. Toeslag woonzorg gehandicaptenzorg jeugd
Woonzorg gehandicaptenzorg jeugd (Z979) of (V979)
Doel:
Doel is de gebruikelijke zorg te kunnen bieden die elk kind, ongeacht of sprake is van beperkingen, behoeft.
Grondslag en doelgroep:
Zzp vg-3 tot en met vg-8, zzp lg-1 tot en met lg-7, zzp zg-vis-1 tot en met zg-vis-5, zzp zg-aud-1 tot en met zg-aud-4
Voorwaarden:
– De toeslag kan alleen worden toegekend aan cliënten in de leeftijdscategorie van 12 tot 18 jaar. Het betreft hier de kalenderleeftijd van de cliënt en niet de ontwikkelingsleeftijd van de cliënt;
– De cliënt is geïndiceerd voor vg-3, vg-4, vg-5, vg-6, vg-7, vg-8, lg-1, lg-2, lg-3, lg-4, lg-5, lg-6, lg-7, zg-vis-1, zg-vis-2, zg-vis-3, zg-vis-4, zg-vis-5, zg-aud-1, zg-aud-2, zg-aud-3 of zg-aud-4;
– In het geval van een vpt woont de verzekerde niet thuis bij zijn ouder(s) of wettelijk vertegenwoordiger(s).
12. Toeslag woonzorg gehandicaptenzorg jong volwassenen
Woonzorg gehandicaptenzorg jong volwassenen (Z980) of (V980)
Doel:
Doel is de gebruikelijke zorg te kunnen bieden die elk kind, ongeacht of sprake is van beperkingen, behoeft.
Grondslag en doelgroep:
Zzp vg-1 tot en met vg-8, zzp lg-1 tot en met lg-7, zzp zg-vis-1 tot en met zg-vis-5, zzp zg-aud-1 tot en met zg-aud-4.
Voorwaarden:
– De toeslag kan alleen worden toegekend aan cliënten in de leeftijdscategorie van 18 tot 23 jaar. Het betreft hier de kalenderleeftijd van de cliënt en het betreft niet de ontwikkelingsleeftijd van de cliënt;
– De cliënt is geïndiceerd voor vg-1, vg-2, vg-3, vg-4, vg-5, vg-6, vg-7, vg-8, lg-1, lg-2, lg-3, lg-4, lg-5, lg-6, lg-7, zg-vis-1, zg-vis-2, zg-vis-3, zg-vis-4, zg-vis-5, zg-aud-1, zg-aud-2, zg-aud-3 of zg-aud-4;
– In het geval van een vpt woont de verzekerde niet thuis bij zijn ouder(s) of wettelijk vertegenwoordiger(s).
13. Toeslag Dagbesteding gehandicaptenzorg kind
Dagbesteding gehandicaptenzorg kind (Z913, Z914, Z915) of (V913, V914, V915)
Doel:
Doel is om een dagprogramma te geven voor (ernstig) verstandelijk en meervoudig gehandicapte kinderen/ jongeren die als gevolg van hun beperkingen niet kunnen deelnemen aan gewoon of speciaal onderwijs. De toeslag is bedoeld om een grotere en zwaardere inzet van deskundigheid mogelijk te maken.
Grondslag en doelgroep:
Zzp vg-3 tot en met vg-8, zzp lg-1 tot en met lg-7, zzp zg-vis-1 tot en met zg-vis-5, zzp zg-aud-1 tot en met zg-aud-4
Voorwaarden:
– De cliënt is geïndiceerd voor vg-3, vg-4, vg-5, vg-6, vg-7, vg-8, lg-1, lg-2, lg-3, lg-4, lg-5, lg-6, lg-7, zg-vis-1, zg-vis-2, zg-vis-3, zg-vis-4, zg-vis-5, zg-aud-1, zg-aud-2, zg-aud-3 of zg-aud-4;
– De toeslag kan worden toegekend voor maximaal het aantal dagdelen dagbesteding dat in het zzp is opgenomen. Voor de toeslag geldt dezelfde modulaire opbouw als voor het zzp waarop de toeslag betrekking heeft;
– De dagactiviteiten zijn ontwikkelingsgericht; de nadruk ligt op de ontwikkeling van het senso-motorisch, sociaal-emotioneel en cognitief functioneren, tevens de ontwikkeling van praktische vaardigheden;
– De toeslag kan alleen worden toegekend aan cliënten in de kalenderleeftijdscategorie 0 tot 18 jaar.
Dagbesteding gehandicaptenzorg kind vg-5/vg-8 midden emg (Z919) en (V919)
Doel:
Dagprogramma voor kinderen met ernstig meervoudige beperkingen. (Dagprogramma zoals bedoeld onder dagactiviteit gehandicaptenzorg kind licht, midden en zwaar).
Van ernstig meervoudige beperkingen is sprake bij een combinatie van twee of meer ernstige beperkingen van verstandelijke, motorische, lichamelijke of zintuiglijke aard.
Als gevolg van de ernstige meervoudige beperkingen is zelfstandig voortbewegen niet of nauwelijks mogelijk. Soms kan men incidenteel zelfstandig lopen met ondersteuning en hulpmiddelen (o.a. een rolstoel); de meeste kinderen kunnen slechts liggen of met veel steun zitten. Er is grote fysieke kwetsbaarheid.
Zorgvormen:bg-groep
Grondslag en doelgroep:
Kinderen met een indicatie voor vg-5 inclusief dagbesteding en vg-8 inclusief dagbesteding.
Voorwaarden:
Als criterium voor deze doelgroep geldt dat naast de onderstaande factoren 1 en 2 nog sprake dient te zijn van tenminste twee andere factoren zoals hieronder genoemd:
1) zeer ernstige lichamelijke / motorische beperkingen (losstaand van de verstandelijke handicap);
9) grote fysieke kwetsbaarheid (in de praktijk blijkt een hoge mate van ziekte en verblijf in ziekenhuizen; gemiddeld bereikt van deze doelgroep slechts 50% de leeftijd van 18 jaar).
15. Toeslag Gespecialiseerde behandelzorg
Gespecialiseerde behandelzorg (Z981) of (V981)
Doel:
Het doel is om cliënten met een verstandelijke beperking, ernstige gedragsproblemen en waarbij sprake is van psychiatrische problematiek, die in een vg-instelling verblijven die niet is toegelaten voor sglvg-behandeling, tijdelijk gespecialiseerde behandelzorg (die qua zwaarte vergelijkbaar is met sglvg) te kunnen bieden. De toeslag voorziet in de meerkosten die gepaard gaan met het leveren van specialistische en multidisciplinaire behandeling op het snijvlak van vg-ggz.
Grondslag & doelgroep:
Zzp vg-3 t/m vg-8
Cliënten met een verstandelijke beperking – verblijvend in een vg-instelling – die tijdelijk specialistische en multidisciplinaire behandelzorg op het snijvlak van vg-ggz nodig hebben.
Voorwaarden:
– De cliënt is geïndiceerd voor vg-3, vg-4, vg-5, vg-6, vg-7 of vg-8;
– De cliënt verblijft in een vg-instelling, heeft een vg-indicatie zoals bovenstaand genoemd, ernstige gedragsproblemen er is sprake van psychiatrische problematiek;
– De cliënt heeft tijdelijk behoefte aan specialistische en multidisciplinaire behandeling op het snijvlak van vg-ggz;
– Er is geen ander passend zzp, al dan niet tijdelijk, voor deze cliënt waarbinnen de benodigde behandelzorg geleverd kan worden;
– De cliënt komt niet in aanmerking voor de Meerzorgregeling;
– De toeslag gespecialiseerde behandelzorg gaat niet samen met de Meerzorgregeling en de toeslagen: mfc en observatie;
– De aanbieder van gespecialiseerde behandelzorg heeft erkende deskundigheid op het gebied van duale problematiek op het snijvlak van vg en ggz (vergelijkbaar met sglvg). De zorg wordt te allen tijde geleverd door deskundigen op dit gebied op een voldoende kwalitatief niveau;
– De inzet van gespecialiseerde behandelzorg wordt vastgesteld in multidisciplinair overleg tussen de aanvrager en deskundige(n) (bijvoorbeeld Avg, neuroloog of geneticus). Een combinatie van de volgende criteria is vereist om in aanmerking te komen voor deze toeslag:
– er is een behandelperspectief en een behandelprognose;
– een multidisciplinaire aanpak is noodzakelijk;
– verzekerde heeft een IQ tussen de 50 en 85;
– de leeftijd van de verzekerde ligt meestal tussen de 18 en 55 jaar;
– de verzekerde heeft ernstige en chronische beperkingen in de sociale redzaamheid, leerproblemen en/of gedragsproblemen;
– er is sprake van comorbiditeit van psychiatrische problemen en/of ontwikkelingsstoornissen;
– er is sprake van ernstige handelingsverlegenheid van de omgeving vanwege deze problematiek;
– eerdere behandeltrajecten hebben geen (voldoende) resultaat gehad.
16. Toeslag woonzorg jong volwassenen ggz
Toeslag woonzorg jong volwassenen ggz (Z982)
Doel:
Het verlenen van meer zorg en behandeling dan opgenomen in een zzp ggz-b of ggz-wonen, aan jong volwassenen in de leeftijdscategorie van 18 tot en met 22 jaar met een indicatie voor ggz-b of ggz wonen. Doel is te voorzien in de gebruikelijke zorg bieden die elke jong volwassene, ongeacht of sprake is van beperkingen, behoeft en in extra behandeling.
– De toeslag kan alleen worden toegekend aan cliënten in de leeftijdscategorie van 18 tot 23 jaar. Het betreft hier de kalenderleeftijd van de cliënt en het betreft niet de ontwikkelingsleeftijd van de cliënt;
– De cliënt is geïndiceerd voor ggz-b of ggz wonen.
17. Toeslag kdc
Toeslag kdc (Z983)
Doel:
Het doel is huisvesting te bieden aan een kinderdagcentrum (kdc) voor de volgende cliëntcategorie: de cliënt (het kind) verblijft bij een zorgaanbieder en ontvangt dagbesteding/behandeling bij dezelfde zorgaanbieder. Deze toeslag is een aanvulling op de reguliere normatieve huisvestingscomponent die integraal onderdeel uitmaakt van de zzp-beleidsregelwaarde.
Een kdc biedt integrale hulp- en dienstverlening aan kinderen met een (ernstige) verstandelijke handicap en/of kinderen met een meervoudige handicap inclusief eventuele gedragsproblematiek. Kdc’s zijn gericht op het vergroten en ontwikkelen van de individuele mogelijkheden van het kind. In kdc’s komen kinderen die geen (volledig) gebruik maken van onderwijs. Kinderen maken één of meer dagdelen per week gebruik van het kdc. In een kdc wordt een combinatie van behandeling, dagbesteding en persoonlijke begeleiding geboden. De therapieën (zoals logopedie, ergotherapie, speltherapie en muziektherapie) worden geïntegreerd in het dagprogramma aangeboden en vinden plaats in de groepsruimte of elders in het gebouw, soms met de hele groep en soms individueel. Een kdc vereist hogere investeringen dan een reguliere dagvoorziening voor kinderen.
Grondslag en doelgroep:
Zzp vg, lg en zg met dagbesteding en behandeling
Voorwaarden:
– De zorgaanbieder beschikt over een toelating voor het verlenen van zorg in een (multifunctioneel) kinderdagcentrum (kdc);
– De toeslag kan alleen worden toegekend ter zake van een cliënt (kind), die verblijft bij een zorgaanbieder. Deze cliënt ontvangt dagbesteding/behandeling bij een kinderdagcentrum van dezelfde zorgaanbieder.
Artikel
8
Overbruggingszorg sglvg en lvg
(O513, O523, O533, O543, O553 en O573)
Overbruggingszorg sglvg en lvg (O513, O523, O533, O543, O553 en O573)
O513 Overbruggingszorg 1lvg incl.bh incl.db
O523 Overbruggingszorg 2lvg incl.bh incl.db
O533 Overbruggingszorg 3lvg incl.bh incl.db
O543 Overbruggingszorg 4lvg incl.bh incl.db
O553 Overbruggingszorg 5lvg incl.bh incl.db
O573 Overbruggingszorg 1sglvg incl.bh incl.db
Doel:
Het bieden van overbruggingszorg aan Wlz-cliënten die na beëindiging van de tijdelijke sglvg- of lvg-indicatie noodgedwongen in de instelling voor gespecialiseerde behandeling verblijven, doordat er geen mogelijkheid is tot opname op een passende plaats waar volgens de nieuwe Wlz-indicatie passende zorg geleverd kan worden.
Grondslag en doelgroep:
Cliënten met een indicatie voor vv 4 tot en met 9b, vg 3 tot en met 8, lg 2 en 4 tot en met 7, zg aud 2 tot en met 4, zg vis 2 tot en met 5, of ggz-wonen 1 tot en met 5, die vóór herindicatie beschikten over een indicatie voor lvg 1 tot en met 5, sglvg 1.
Cliënten met een indicatie voor lvg 1 tot en met 5, die vóór herindicatie beschikten over een indicatie voor sglvg 1.
Voorwaarden:
– De overbruggingszorg kan alleen worden toegekend aan cliënten die een sglvg- of lvg-indicatie hebben gehad en vervolgens zijn geherindiceerd naar een andere Wlz-indicatie. Overbruggingszorg kan alleen worden gedeclareerd indien er na de herindicatie nog geen passende plaats beschikbaar is voor de betreffende cliënt.
– De overbruggingszorg geldt vanaf de dag dat de sglvg- of lvg-indicatie afloopt tot aan de dag dat de cliënt verhuist naar een passende Wlz-instelling.
– Overbruggingszorg kan worden toegekend voor een periode van 13 weken. Indien na 13 weken nog geen bij de nieuwe indicatie passende plaats voor de cliënt is gevonden, kan deze eenmalig worden verlengd met nogmaals 13 weken. Zorgaanbieder en zorgkantoor dienen hierover af te stemmen.
Artikel
9
Aan- en afwezigheid
1. Aanwezigheid zzp
Voor de bekostiging van de prestaties zzp, verblijfscomponent-niet geïndiceerde partner, crisiszorg vv & lvg, crisiszorg ghz, logeren, logeren zevmb, kib en alle toeslagen als bedoeld in artikel 7, vallende onder deze beleidsregel geldt als voorwaarde dat de cliënt aanwezig is in de instelling.
2. Afwezigheid in geval van een zzp
In afwijking van artikel 9, eerste lid, geldt voor afwezigheid het volgende:
Voor cliënten waarvoor een zzp-prestatie wordt afgenomen, komen de volgende dagen in aanmerking voor bekostiging ter hoogte van het afgesproken tarief met ingang van de eerste volledige dag van afwezigheid van de cliënt:
a)
De dagen dat een cliënt tijdelijk is opgenomen bij een andere zorgaanbieder of op een andere locatie van de zorgaanbieder binnen dezelfde rechtspersoon, en daar verblijft voor:
–
Wlz-zorg met behandeling (zzp inclusief behandeling) waarbij de cliënt eerder alleen Wlz-verblijf zonder behandeling ontving (zzp exclusief behandeling);
–
Revalidatiezorg waaronder ook wordt verstaan geriatrische revalidatiezorg zoals omschreven in de Zvw2Cliënten die verblijven in een instelling met behandeling komen hiervoor niet in aanmerking en vv herstelgerichte behandeling met verpleging en verzorging zoals omschreven in de Wlz (vv-9b);
–
Gespecialiseerde ggz;
–
Medisch specialistische zorg.
Indien de cliënt waarop een situatie van toepassing is zoals bedoeld onder a. naar verwachting langer dan 91 dagen afwezig is moet de Wlz-uitvoerder binnen de periode van 91 dagen toestemming hebben verleend voor een verlenging van de periode waarin afwezigheid wordt bekostigd.
b)
De dagen dat een cliënt tijdelijk afwezig is door vakantie of detentie. De dagen worden alleen bekostigd indien de cliënt voor de vakantie of detentie reeds 14 dagen verbleef bij de instelling. Per kalenderjaar kunnen niet meer dan 42 afwezigheidsdagen als gevolg van vakantie of detentie worden bekostigd.
c)
De dagen dat een cliënt die als leerling voor dagonderwijs staat ingeschreven en dit onderwijs ook daadwerkelijk volgt, tijdelijk afwezig is door vakantie. Er worden niet meer afwezigheidsdagen bekostigd dan de wettelijke vakantieduur.
d)
De maximaal twee aaneengesloten dagen dat een cliënt afwezig is in een periode van zeven dagen (maandag tot en met zondag), voorheen weekendverlof.
De in artikel 9, tweede lid, genoemde uitzonderingen hebben geen betrekking op de toeslagen die zijn vermeld in artikel 7, met uitzondering van de toeslagen woonzorg ghz (Z978, Z979 en Z980) en de toeslag gespecialiseerde epilepsiezorg laag (Z975).
De in artikel 9, tweede lid, genoemde uitzonderingen hebben ook geen betrekking op:
–
afzonderlijk afgesproken dagbesteding;
–
vervoer naar en van dagbesteding/dagbehandeling;
–
afzonderlijk afgesproken behandeling.
3. Aanwezigheid vpt
Voor de bekostiging van de prestaties vpt, dagbesteding, behandeling en alle toeslagen als genoemd in deze beleidsregel geldt als voorwaarde dat de prestatie daadwerkelijk geleverd is. Dit houdt in dat afwezigheid niet wordt bekostigd. Onder afwezigheid wordt verstaan dat de cliënt niet verblijft op zijn/haar woonadres.
4. Afwezigheid in geval van een vpt
In afwijking van artikel 9, derde lid, geldt voor afwezigheid het volgende:
Voor cliënten waarvoor een vpt wordt afgenomen of die als leveringsvorm hebben gekozen voor een vpt-prestatie komen de volgende dagen in aanmerking voor bekostiging ter hoogte van het afgesproken vpt-tarief met ingang van de eerste volledige dag van afwezigheid van de cliënt:
a)
De dagen dat een cliënt tijdelijk is opgenomen bij een zorgaanbieder en daar verblijft voor:
–
Wlz-zorg met behandeling (zzp inclusief behandeling);
–
revalidatiezorg waaronder ook wordt verstaan geriatrische revalidatiezorg zoals omschreven in de Zvw en vv herstelgerichte behandeling met verpleging en verzorging (vv-9b) zoals omschreven in de Wlz;
–
gespecialiseerde ggz of
–
medisch specialistische zorg.
Indien de cliënt waarop een situatie van toepassing is als bedoeld onder a. naar verwachting langer dan 91 dagen afwezig is, moet de Wlz-uitvoerder binnen de periode van 91 dagen toestemming hebben verleend voor een verlenging van de periode waarin afwezigheid wordt bekostigd.
b)
De dagen dat een cliënt tijdelijk afwezig is door vakantie, tijdelijk verblijf bij familie, logeren in verband met het ontlasten van de mantelzorger3Zoals genoemd in de Wet langdurige zorg artikel 3.1.1., eerste lid, onderdeel g, of detentie. De dagen worden alleen bekostigd indien de cliënt voorafgaand aan de afwezigheidsperiode reeds 14 dagen zijn vpt-dagen ontving.
Per kalenderjaar kunnen niet meer dan 42 afwezigheidsdagen als gevolg van bovengenoemde worden bekostigd, met uitzondering van verblijf bij familie in de weekenden.
De in artikel 9, vierde lid, genoemde uitzonderingen hebben geen betrekking op de toeslagen die zijn vermeld in artikel 7, met uitzondering van de toeslagen woonzorg ghz (V978, V979 en V980) en de toeslag gespecialiseerde epilepsiezorg laag (V975).
De in artikel 9, vierde lid, genoemde uitzonderingen hebben ook geen betrekking op:
–
afzonderlijk afgesproken dagbesteding;
–
vervoer naar en van dagbesteding/dagbehandeling;
–
afzonderlijk afgesproken behandeling.
5. Aanwezigheid dtv
Voor de bekostiging van zorg via dtv vallende onder deze beleidsregel geldt als voorwaarde dat de cliënt aanwezig is in de instelling.
6. Afwezigheid in geval van dtv
In afwijking van artikel 9, vijfde lid, geldt voor afwezigheid het volgende:
Voor cliënten die in deeltijd verblijven, komen de volgende dagen in aanmerking voor bekostiging ter hoogte van het afgesproken tarief met ingang van de eerste volledige dag van afwezigheid van de cliënt:
a)
De dagen dat een cliënt tijdelijk is opgenomen bij een andere zorgaanbieder of op een andere locatie van de zorgaanbieder binnen dezelfde rechtspersoon, en daar verblijft voor:
–
Wlz-zorg met behandeling (zzp inclusief behandeling) waarbij de cliënt eerder alleen Wlz-verblijf zonder behandeling ontving (zzp exclusief behandeling);
–
Revalidatiezorg waaronder ook wordt verstaan geriatrische revalidatiezorg zoals omschreven in de Zvw en vv herstelgerichte behandeling met verpleging en verzorging zoals omschreven in de Wlz (vv-9b);
–
Gespecialiseerde ggz;
–
Medisch specialistische zorg.
Indien de cliënt waarop een situatie van toepassing is zoals bedoeld onder a. naar verwachting langer dan 91 dagen afwezig is moet de Wlz-uitvoerder binnen de periode van 91 dagen toestemming hebben verleend voor een verlenging van de periode waarin afwezigheid wordt bekostigd.
b)
De dagen dat een cliënt tijdelijk afwezig is door vakantie of detentie. Er geldt een ander maximum aantal te declareren afwezigheidsdagen bij deeltijdverblijf. Dit maximum is afhankelijk van het aantal dagen dat een cliënt volgens het vaste patroon in deeltijd verblijft:
–
3,5 dag 12 afwezigheidsdagen
–
4 dagen 14 afwezigheidsdagen
–
4,5 dag 16 afwezigheidsdagen
c)
De dagen dat een cliënt die als leerling voor dagonderwijs staat ingeschreven en dit onderwijs ook daadwerkelijk volgt, tijdelijk afwezig is door vakantie.
De in artikel 9, zesde lid, genoemde uitzonderingen hebben geen betrekking op de toeslagen die zijn vermeld in artikel 7, met uitzondering van de toeslagen woonzorg ghz (Z978, Z979 en Z980) en de toeslag gespecialiseerde epilepsiezorg laag (Z975).
De in artikel 9, zesde lid, genoemde uitzonderingen hebben ook geen betrekking op:
–
afzonderlijk afgesproken dagbesteding;
–
vervoer naar en van dagbesteding/dagbehandeling;
–
afzonderlijk afgesproken behandeling.
Artikel
10
Overbruggingsperiode instroom sglvg en lvg
Indien een cliënt geïndiceerd wordt voor een sglvg- of lvg-indicatie, maar er nog geen plaats is in een instelling die de bij dat profiel benodigde zorg kan leveren, kan volgens artikel 2.5, tweede lid, van de Regeling langdurige zorg (Rlz)4Onder voorbehoud van inwerkingtreding van de wijziging van de Regeling langdurige zorg waarbij met ingang van 2020 een overbruggingsregeling mogelijk wordt gemaakt omtrent de instroom van lvg- en sglvg-cliënten., tijdelijk zorg geleverd worden middels een vpt, mpt, of via een intramurale zorgaanbieder. Deze vorm van overbruggingszorg geldt gedurende een periode van maximaal dertien weken. Op grond van artikel 3.3.6, derde lid, van de Wlz, kan die termijn van dertien weken worden verlengd indien er zicht op is dat binnen afzienbare tijd na het aflopen van die termijn zorg geboden kan worden in een instelling voor sglvg- of lvg-cliënten.
Artikel
11
Palliatief terminale zorg
1
Aanvullende voorwaarden voor prestatie zzp en vpt vv-10 (palliatief terminale zorg)
Voor zorg aan cliënten met een Wlz-indicatie die lijden aan een ziekte/aandoening en zich in de terminale levensfase bevinden – dat wil zeggen een levensverwachting van niet langer dan drie maanden en die intensieve palliatieve terminale zorg nodig hebben – is een aparte bekostiging. De zorgvraag dient dan aan alle onderstaande criteria te voldoen:
–
de extra zorginzet is onderbouwd en de levensverwachting is ingeschat;
–
de cliënt moet beschikken over een geldige Wlz-indicatie;
–
Voor prestatie zzp vv-10 gelden daarnaast nog aanvullend de volgende criteria:
°
er is noodzaak tot zeer intensieve 24-uurszorg, die in het reeds geïndiceerde zorgprofiel niet mogelijk is;
°
er is noodzaak tot bestrijding van zware pijn en/of verwardheid en/of benauwdheid en/of onrust;
°
er is sprake van complexe zorg en inzet van verschillende disciplines en noodzaak van continue nabijheid van zorg.
De onderbouwing van de extra zorginzet, de inschatting van de levensverwachting, de geldige Wlz-indicatie en de vaststelling dat aan de laatste drie voorwaarden is voldaan, worden opgenomen in het cliëntdossier van de zorgaanbieder. Dit ter toetsing bij de materiële controle.
2
Geen indicatiebesluit voor zorgprofiel ‘Beschermd verblijf met intensieve palliatief-terminale zorg’
Het CIZ indiceert met ingang van 1-1-2018 niet meer voor bovengenoemd zorgprofiel. Wanneer in een beleidsregel of nadere regel gesproken wordt over ‘geïndiceerd voor’, ‘aangewezen op’ of ‘indicatiebesluit’ wordt hiermee tevens bedoeld de cliënt waarvoor vpt of zzp vv-10 in rekening wordt gebracht en voldoet aan de voorwaarden die gesteld worden in artikel 11, eerste lid.
3
Palliatief terminale zorg voor Wlz-cliënten met een zorgprofiel gehandicaptenzorg (ghz) of geestelijke gezondheidszorg (ggz)
Wlz-cliënten met een zorgprofiel gehandicaptenzorg (ghz) of geestelijke gezondheidszorg (ggz) die terminale zorg behoeven, hebben toegang tot de prestatie vpt of zzp vv-10 wanneer de dominante grondslag een somatische en/of psychogeriatrische ziekte/aandoening wordt en wanneer zij voldoen aan de gestelde criteria in artikel 11, eerste lid.
Artikel
12
Deeltijdverblijf (dtv)
Het doel van dtv is dat cliënten, middels een gemiddeld vast patroon, van verblijfplaats kunnen wisselen: ze wonen deels thuis en deels in een instelling. Hierdoor kunnen cliënten wennen aan het verblijf in een instelling en/of worden mantelzorgers ontzien.
Voor dtv geldt het volgende:
–
Dtv is mogelijk voor cliënten met een Wlz-indicatie vv-4 t/m vv-8, vg-3 t/m vg-8, lg-2, lg-4 t/m lg-7, zg-aud-2 t/m zg-aud-4, zg-vis-2 t/m zg-vis-5, ggz-wonen 1 t/m ggz-wonen 5.
–
Een cliënt kan alleen zorg ontvangen via dtv indien er sprake is van een gemiddeld vast en structureel patroon van verblijf in een instelling en thuis. Hierbij moet ook de tijdspanne benoemd worden waarin het patroon zich moet voordoen.
–
De toegestane omvang van dtv is 3½, 4 of 4½ etmalen per week. De bekostigingssystematiek in de langdurige zorg kent geen halve etmalen. Daarom wordt dtv bezien over een periode van 14 etmalen (in een periode van 14 etmalen gaat het dan om gemiddeld 7, 8 of 9 etmalen).
–
Dtv omvat zzp-prestaties exclusief behandeling. Om declaratie van dtv mogelijk te maken, zijn aparte codes beschikbaar gesteld. Als dtv wordt gedeclareerd, moeten die codes worden gebruikt/vermeld. De specifieke behandeling kan via de mpt-prestaties gedeclareerd worden indien nodig.
–
Dtv kan niet gecombineerd worden met mutatiedagen.
–
In de ghz-sector en de sector ggz wonen wordt dagbesteding zowel tijdens het dtv als tijdens de mpt-etmalen thuis bekostigd uit het mpt via de H8xx-codes (ghz) en de codes H001G-H005G voor dagbesteding, en de codes H881-H887 (ghz) en H410-H416 (ggz wonen) voor vervoer van en naar de dagbesteding.
–
In de vv-sector wordt dagbesteding bekostigd via een combinatie van zzp’s inclusief dagbesteding en mpt:
°
De dagbesteding die de cliënt tijdens het dtv ontvangt, wordt bekostigd uit het zzp inclusief dagbesteding.
°
De dagbesteding die de cliënt tijdens het verblijf in de thuissituatie ontvangt, wordt vanuit het mpt bekostigd.
Het bekostigen van dagbesteding en vervoer in geval van dtv gaat via de volgende prestaties:
b. Toeslag dagbesteding kind bovenop dagbestedingscomponent van het zzp voor cliënten die de dagbesteding bij dezelfde aanbieder ontvangen als het verblijf.
c. Toeslag dagbesteding kind bovenop dagbestedingscomponent van het zzp voor cliënten die de dagbesteding bij een andere aanbieder ontvangen als het verblijf
Toeslag kind dagbesteding vg licht
H940
€ 43,01
Toeslag kind dagbesteding vg midden
H941
€ 48,50
Toeslag kind dagbesteding vg-5/vg-8 midden emg
H942
€ 94,00
Toeslag kind dagbesteding vg zwaar
H943
€ 63,39
Toeslag kind dagbesteding lg licht
H950
€ 43,01
Toeslag kind dagbesteding lg midden
H951
€ 48,50
Toeslag kind dagbesteding lg zwaar
H952
€ 63,39
Toeslag kind dagbesteding zg-aud licht
H960
€ 43,01
Toeslag kind dagbesteding zg-aud midden
H961
€ 48,50
Toeslag kind dagbesteding zg-aud zwaar
H962
€ 63,39
Toeslag kind dagbesteding zg-vis licht
H970
€ 43,01
Toeslag kind dagbesteding zg-vis midden
H971
€ 48,50
Toeslag kind dagbesteding zg-vis zwaar
H972
€ 63,39
d. Toeslag kdc
Toeslag kdc
Z983
€ 9,53
8. Overbruggingszorg sglvg en lvg
Overbruggingszorg 1lvg incl.bh incl.db
O513
€ 236,01
Overbruggingszorg 2lvg incl.bh incl.db
O523
€ 282,76
Overbruggingszorg 3lvg incl.bh incl.db
O533
€ 369,09
Overbruggingszorg 4lvg incl.bh incl.db
O543
€ 424,18
Overbruggingszorg 5lvg incl.bh incl.db
O553
€ 404,91
Overbruggingszorg 1sglvg incl.bh incl.db
O573
€ 473,52
Artikel
14
Dtv-beleidsregelwaarden
1. Verpleging en verzorging (vv)
a. Dtv-beleidsregelwaarden exclusief component niet-beïnvloedbare factoren
vv-4
D041
€ 170,33
vv-5
D051
€ 295,32
vv-6
D061
€ 272,36
vv-7
D071
€ 348,10
vv-8
D081
€ 451,11
b. Dtv-beleidsregelwaarden inclusief component niet-beïnvloedbare factoren
vv-4 incl nbf
DN041
€ 1,00
€ 171,32
vv-5 incl nbf
DN051
€ 1,95
€ 297,27
vv-6 incl nbf
DN061
€ 1,77
€ 274,14
vv-7 incl nbf
DN071
€ 2,35
€ 350,44
vv-8 incl nbf
DN081
€ 3,12
€ 454,23
2. Geestelijke gezondheidszorg (ggz)
ggz wonen-1
H401
€ 165,66
ggz wonen-2
H402
€ 194,17
ggz wonen-3
H403
€ 209,01
ggz wonen-4
H404
€ 254,07
ggz wonen-5
H405
€ 330,80
3. Gehandicaptenzorg (ghz)
a. Verstandelijk gehandicapt (vg)
vg-3
D430
€ 141,54
vg-4
D440
€ 171,20
vg-5
D454
€ 206,36
vg-6
D460
€ 180,43
vg-7
D470
€ 223,61
vg-8
D480
€ 245,37
b. Lichamelijk gehandicapt (lg)
lg-2
D624
€ 166,09
lg-4
D640
€ 197,05
lg-5
D650
€ 196,84
lg-6
D660
€ 277,46
lg-7
D670
€ 298,81
c. Zintuiglijk gehandicapt auditief en communicatief (zg-aud)
zg-aud-2
D720
€ 340,92
zg-aud-3
D730
€ 383,15
zg-aud-4
D740
€ 223,33
d. Zintuiglijk gehandicapt visueel (zg-vis)
zg-vis-2
D824
€ 165,63
zg-vis-3
D830
€ 201,43
zg-vis-4
D840
€ 251,93
zg-vis-5
D850
€ 281,35
Artikel
15
Vpt-beleidsregelwaarden
De in artikel 5 beschreven beleidsregelwaarden voor tariefvaststelling zijn:
1. Verpleging en verzorging (vv)
a. Vpt-beleidsregelwaarden exclusief component niet-beïnvloedbare factoren
vv-1
V015
€ 76,65
vv-2
V025
€ 101,56
vv-3
V031
€ 134,53
V033
€ 158,10
vv-4
V041
€ 126,46
V043
€ 138,43
vv-5
V051
€ 250,75
V053
€ 265,41
vv-6
V061
€ 221,85
V063
€ 237,76
vv-7
V071
€ 306,18
V073
€ 325,86
vv-8
V081
€ 404,64
V083
€ 419,58
vv-9b
V095
€ 218,51
V097
€ 280,98
vv-10
V101
€ 485,19
V103
€ 479,20
b. Vpt-beleidsregelwaarden inclusief component niet-beïnvloedbare factoren
vpt vv-4 incl nbf
VN041
€ 0,94
€ 127,40
vpt vv-5 incl nbf
VN051
€ 1,89
€ 252,64
vpt vv-6 incl nbf
VN061
€ 1,66
€ 223,51
vpt vv-7 incl nbf
VN071
€ 2,31
€ 308,49
vpt vv-8 incl nbf
VN081
€ 3,07
€ 407,70
vpt vv-9b incl nbf
VN095
€ 1,65
€ 220,16
vpt vv-10 incl nbf
VN101
€ 3,68
€ 488,87
vpt vv-4 incl nbf
VN043
€ 1,05
€ 139,48
vpt vv-5 incl nbf
VN053
€ 2,02
€ 267,43
vpt vv-6 incl nbf
VN063
€ 1,81
€ 239,58
vpt vv-7 incl nbf
VN073
€ 2,49
€ 328,36
vpt vv-8 incl nbf
VN083
€ 3,21
€ 422,79
vpt vv-9b incl nbf
VN097
€ 2,24
€ 283,22
vpt vv-10 incl nbf
VN103
€ 3,63
€ 482,83
2. Geestelijke gezondheidszorg (ggz)
Ggz wonen modulair
Woonzorg
ggz wonen 1
V210G
€ 121,42
V211G
€ 160,06
ggz wonen 2
V220G
€ 145,94
V221G
€ 187,89
ggz wonen 3
V230G
€ 158,95
V231G
€ 200,48
ggz wonen 4
V240G
€ 199,98
V241G
€ 243,29
ggz wonen 5
V250G
€ 266,73
V251G
€ 329,77
3. Gehandicaptenzorg (ghz)
a. Verstandelijk gehandicapt (vg)
vg-1
V414
€ 59,38
V415
€ 104,41
vg-2
V424
€ 73,04
V425
€ 116,53
Niet toegelaten voor bh
vg-3
V430
€ 101,53
V431
€ 142,92
vg-4
V440
€ 124,67
V441
€ 165,20
vg-5
V454
€ 168,75
V455
€ 231,58
vg-6
V460
€ 131,98
V461
€ 193,26
vg-7
V470
€ 186,08
V471
€ 256,21
vg-8
V480
€ 197,43
V481
€ 283,70
Toegelaten voor bh
vg-3
V432
€ 125,41
V433
€ 167,90
vg-4
V442
€ 165,65
V443
€ 195,09
vg-5
V456
€ 202,76
V457
€ 268,55
vg-6
V462
€ 177,53
V463
€ 228,97
vg-7
V472
€ 265,37
V473
€ 263,96
vg-8
V482
€ 244,73
V483
€ 329,30
b. Licht verstandelijk gehandicapt (lvg)
lvg-1
V513
€ 196,56
lvg-2
V523
€ 243,32
lvg-3
V533
€ 315,93
lvg-4
V543
€ 371,01
lvg-5
V553
€ 351,75
c. Sterk gedragsgestoord licht verstandelijk gehandicapt (sglvg)
sglvg-1
V573
€ 395,65
d. Lichamelijk gehandicapt (lg)
lg-1
V614
€ 86,78
V615
€ 148,69
lg-2
V624
€ 126,56
V625
€ 177,32
Niet toegelaten voor bh
lg-3
V630
€ 98,33
V631
€ 163,05
lg-4
V640
€ 153,94
V641
€ 206,41
lg-5
V650
€ 155,69
V651
€ 217,41
lg-6
V660
€ 216,69
V661
€ 266,59
lg-7
V670
€ 245,38
V671
€ 296,83
Toegelaten voor bh
lg-3
V632
€ 123,49
V633
€ 183,99
lg-4
V642
€ 193,37
V643
€ 229,90
lg-5
V652
€ 196,17
V653
€ 256,60
lg-6
V662
€ 271,67
V663
€ 322,51
lg-7
V672
€ 304,06
V673
€ 334,71
e. Zintuiglijk gehandicapt auditief en communicatief (zg-aud)
b. Toeslagen dagbesteding kind bovenop de dagbestedingscomponent van het vpt voor cliënten die de dagbesteding van dezelfde aanbieder ontvangen als het vpt.
c.Toeslagen dagbesteding kind bovenop de basis dagbestedingscomponent van het vpt voor cliënten die de dagbesteding bij een andere aanbieder ontvangen dan waar zij het vpt ontvangen
Toeslag kind dagbesteding vg licht
H940
€ 43,01
Toeslag kind dagbesteding vg midden
H941
€ 48,50
Toeslag kind dagbesteding vg-5/vg-8 midden emg
H942
€ 94,00
Toeslag kind dagbesteding vg zwaar
H943
€ 63,39
Toeslag kind dagbesteding lg licht
H950
€ 43,01
Toeslag kind dagbesteding lg midden
H951
€ 48,50
Toeslag kind dagbesteding lg zwaar
H952
€ 63,39
Toeslag kind dagbesteding zg auditief licht
H960
€ 43,01
Toeslag kind dagbesteding zg auditief midden
H961
€ 48,50
Toeslag kind dagbesteding zg auditief zwaar
H962
€ 63,39
Toeslag kind dagbesteding zg visueel licht
H970
€ 43,01
Toeslag kind dagbesteding zg visueel midden
H971
€ 48,50
Toeslag kind dagbesteding zg visueel zwaar
H972
€ 63,39
Artikel
16
Intrekken oude beleidsregel
Gelijktijdig met de inwerkingtreding van deze beleidsregel wordt de Beleidsregel prestatiebeschrijvingen en tarieven zorgzwaartepakketten en volledig pakket thuis 2021, met kenmerk BR/REG-21118d, ingetrokken.
Gelijktijdig met de inwerkingtreding van deze beleidsregel wordt de gepubliceerde maar nog niet in werking getreden Beleidsregel prestatiebeschrijvingen en tarieven zorgzwaartepakketten en volledig pakket thuis 2022, met kenmerk BR/REG-22125a, ingetrokken.
Artikel
17
Toepasselijkheid voorafgaande beleidsregel, bekendmaking, inwerkingtreding, terugwerkende kracht en citeertitel
Toepasselijkheid voorafgaande beleidsregels
De Beleidsregel prestatiebeschrijvingen en tarieven zorgzwaartepakketten en volledig pakket thuis 2021, met kenmerk BR/REG-21118d, blijft van toepassing op besluiten en aangelegenheden die hun grondslag vinden in die beleidsregel en die betrekking hebben op de periode waarvoor die beleidsregel gold.
Inwerkingtreding/bekendmaking
Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van 1 januari 2022.