Artikel
1
Begripsbepalingen
1
In deze regeling wordt verstaan onder:
-
eCORDA: databank van de Europese Commissie met data over voorstellen, evaluatie en subsidieovereenkomsten van de Europese kaderprogramma’s voor onderzoek en innovatie;
-
Horizon Europe: het kaderprogramma voor onderzoek en innovatie van de Europese Unie voor de periode 2021 tot en met 2027, bedoeld in de Verordening (EU) 2021/695, voor zover het betreft de uitvoering van het specifieke programma dat is vastgesteld bij Besluit (EU) 2021/764, bedoeld in artikel 1, tweede lid, onder a, van deze verordening;
-
minister: Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;
-
subsidieovereenkomst: subsidieovereenkomst als bedoeld in artikel 33, tweede lid, van Verordening (EU) 2021/695, met uitzondering van subsidieovereenkomsten voor de gezamenlijk gefinancierde Europese partnerschappen, bedoeld in artikel 10, eerste lid, onder b, van deze verordening of de geïnstitutionaliseerde Europese partnerschappen, bedoeld in artikel 10, eerste lid, onder c, van deze verordening die in het kader van Horizon Europe cofinanciering van de Staat hebben ontvangen;
-
Verordening (EU) 2021/695: Verordening (EU) 2021/695 van het Europees Parlement en de Raad van 28 april 2021 tot vaststelling van Horizon Europa – het kaderprogramma voor onderzoek en innovatie, tot vaststelling van de regels voor deelname en verspreiding en tot intrekking van Verordeningen (EU) nr. 1290/2013 en (EU) nr. 1291/2013 (PbEU 2021, L 170).
2
In deze regeling wordt onder kennisinstelling verstaan:
-
a.
universiteit of hogeschool als bedoeld in de bijlage onder a tot en met i van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek;
-
b.
academisch ziekenhuis als bedoeld in artikel 1.13 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek;
-
c.
Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen als bedoeld in artikel 1.5, eerste lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek;
-
d.
Nederlandse organisatie voor wetenschappelijk onderzoek als bedoeld in artikel 2 van de Wet op de Nederlandse organisatie voor wetenschappelijk onderzoek dan wel Stichting Nederlandse Wetenschappelijk Onderzoek Instituten;
-
e.
organisatie die als subsidieontvanger wordt genoemd in artikel 16 van de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII);
-
f.
Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek TNO als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de TNO-wet;
-
g.
ZorgOnderzoek Nederland als bedoeld in artikel 2 van de Wet op de organisatie ZorgOnderzoek Nederland;
-
h.
instituut als bedoeld in artikel 1 van de Subsidieregeling instituten voor toegepast onderzoek;
-
i.
regulier onderzoeksinstituut als bedoeld in artikel 2, derde lid, onderdeel a, van de Subsidieregeling strategisch belangrijke onderzoeksprogramma’s (SBO);
-
j.
rechtspersoon gelieerd aan een universiteit, hogeschool of academisch ziekenhuis als bedoeld in onderdelen a en b die tot taak heeft het zonder winstoogmerk doen van onderzoek voor deze universiteit, hogeschool of academisch ziekenhuis; of
-
k.
andere dan in de onderdelen a tot en met i genoemde publiek gefinancierde kennisinstelling met rechtspersoonlijkheid, niet zijnde de Staat, die structurele financiering ontvangt van de rijksoverheid voor het doen van onderzoek en die door de Europese Commissie voor Horizon Europe is geregistreerd als ‘secondary or higher education establishment’ of als ‘research organisation’.