Regeling van de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs van 24 april 2023, nr. 37179289, houdende regels voor de subsidiëring van het programma Maatschappelijke Diensttijd (Subsidieregeling MDT 2023)

Subsidieregeling MDT 2023

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs,

Besluit:

Artikel

1

Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • afgerond MDT-traject: een MDT-traject geldt als afgerond indien de vereiste uren zijn gemaakt, én de voorgenomen activiteiten van het MDT-traject zijn uitgevoerd;

  • AVG: verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PbEU 2016, L 119);

  • cofinanciering: financiering voor het MDT-project, die wordt ingebracht door de penvoerder, projectpartners of derden;

  • DUS-I: Dienst Uitvoering Subsidies aan Instellingen;

  • jongeren: deelnemers van 12 tot 30 jaar bij aanvang van een MDT-traject;

  • Kaderregeling: Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS;

  • Impact: het effect van het MDT-traject op jongeren en de maatschappij;

  • MDT-basis-traject: MDT-traject van ten minste 80 uur gedurende een periode van ten hoogste 6 maanden;

  • MDT-extra-traject: MDT-traject van ten minste 80 uur gedurende een periode van ten hoogste 6 maanden, waarbij het MDT-traject de intensieve begeleiding van een jongere vergt;

  • MDT-plus-traject: MDT-traject van ten minste 200 uur gedurende een periode van ten minste 3 en ten hoogste 6 maanden;

  • MDT-netwerk: landelijk netwerk van organisaties betrokken bij de uitvoering van de MDT-projecten;

  • MDT-programma: geheel van maatregelen en instrumenten waarmee de ambitie van het kabinet om jongeren zich op vrijwillige basis maatschappelijk in te laten zetten om daarmee de sociale cohesie binnen Nederland te verstevigen, wordt vormgegeven;

  • MDT-project: MDT-basis-trajecten, MDT-plus-trajecten en MDT-extra-trajecten waarvoor een penvoerder een subsidieaanvraag indient op grond van deze regeling;

  • MDT-traject: traject waarbij een jongere zich vrijwillig inzet voor een ander, werkt aan talentontwikkeling en anderen kan ontmoeten;

  • minister: Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs;

  • onderwijsinstelling: onderwijsinstelling zoals bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Regeling jaarverslaggeving onderwijs, met uitzondering van bekostigde scholen zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs.

  • partnerschap: penvoerder en één of meer organisaties, die samenwerken bij het uitvoeren van een MDT-project;

  • penvoerder: instelling zoals bedoeld in de Kaderregeling, die optreedt als aanvrager en na verlening als ontvanger van de subsidie;

  • prestatiebewijs: bewijs waaruit blijkt dat een jongere een MDT-traject wel of niet heeft afgerond;

Artikel

3

Doel van de regeling

Het doel van de regeling is het beschikbaar stellen van middelen ten behoeve van:

  • a.

    het realiseren van MDT-trajecten voor jongeren, die maatschappelijke impact maken volgens de drie pijlers van MDT, te weten: ‘iets doen voor ander’, ‘talentontwikkeling’ en ‘ontmoeting’;

  • b.

    het bijdragen aan de doorontwikkeling van het MDT-programma, zodat het voor elke jongere mogelijk is om een passend MDT-traject te volgen.

Artikel

4

Subsidiabele activiteiten

Artikel

5

Penvoerderschap

Artikel

6

Hoogte van de subsidie

Artikel

7

Subsidieplafond en wijze van verdeling

Artikel

8

Aanvraag tot verlening

Artikel

9

Verplichtingen

Artikel

10

Beoordelingscommissie

Artikel

11

Beslistermijn

De minister besluit op volledige aanvragen binnen 22 weken na afloop van de periode, bedoeld in artikel 8, tweede lid, op de aanvragen tot verlening.

Artikel

12

Bevoorschotting en betaling

Artikel

13

Verantwoording en vaststelling

Artikel

14

Hardheidsclausule

De minister kan één of meer bepalingen van deze regeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing gelet op het belang dat de desbetreffende bepaling beoogt te beschermen zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel

15

Inwerkingtreding en vervaldatum

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en regeling vervalt met ingang van 1 april 2028.

Artikel

16

Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling MDT 2023.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, A.D. Wiersma

Bijlage

1

, behorende bij artikel 10, eerste lid

Beoordelingskader subsidieregeling MDT 2023

De criteria aan de hand waarvan een subsidieaanvraag beoordeeld wordt, zijn:

1. Motivatie en expertise (nieuwe penvoerder)

De penvoerder motiveert waarom deze MDT-trajecten wil gaan aanbieden aan jongeren en waarom de organisatie geschikt is om te fungeren als penvoerder.

A. Aanleiding

De penvoerder licht toe hoe het initiatief tot stand is gekomen voor het partnerschap en waarom deze MDT-trajecten wil gaan aanbieden.

B. Aanwezige kennis en expertise in het werken met jongeren en/of in MDT bij penvoerder en/of partnerschap

De penvoerder licht toe in welke mate de projectleider(s), medewerkers en begeleiders bij zowel de penvoerder als bij de (belangrijkste) partners beschikken over passende kennis en ervaring om een MDT-project en in het bijzonder MDT-trajecten voor jongeren te gaan uitvoeren.

C. Aanwezige kennis en expertise van de organisatie om als penvoerder te fungeren van een partnerschap

De penvoerder licht toe in welke mate de eigen organisatie toegerust is om een (groot) gesubsidieerd project te initiëren, aansturen, te begeleiden en te verantwoorden. Hierbij worden aspecten toegelicht zoals het profiel van de projectleider(s), het kunnen verzorgen van professionele communicatie en het voeren van een adequate financiële- en projectadministratie.

2. Reflectie (bestaande penvoerder)

De penvoerder beschrijft de ervaringen uit een voorgaand en/of nog lopend MDT-project. De penvoerder beschrijft ook wat daarvan is geleerd en wat men daarvan gaat meenemen naar het nieuwe MDT-project.

A. Realisatie aantal MDT-trajecten (werving, intake, uitvoering, afgerond, uitval)

De penvoerder licht toe wat deze vindt van de realisatie in het voorgaande MDT-project:

Werving: Aantal jongeren dat na werving interesse heeft getoond om mee te doen met MDT (interesse getoond via website, sociale media, inloop, telefonische aanmelding, doorverwijzing).

Intake: Oriëntatie op deelname aan MDT en/of startfase van het MDT-traject, in de vorm van een gesprek, of door het doorlopen van een intakeprogramma.

Uitvoering: jongere is begonnen met het uitvoeren van vrijwilligersactiviteiten in het MDT-traject

Afgerond: jongere heeft met succes het MDT-traject doorlopen en heeft een MDT-certificaat ontvangen.

Uitval: jongere is begonnen aan het uitvoeren van vrijwilligersactiviteiten in het MDT-traject, maar is voortijdig gestopt.

Hierbij wordt toegelicht welke aanpassingen als gevolg hiervan worden gedaan in de uitvoering van het nieuwe MDT-project.

B. Wervingsstrategie

De penvoerder licht toe op welke doelgroep(en) de werving was gericht, eventueel ook per regio en op welke wijze dat is gedaan, in het vorige MDT-project. Hierbij wordt toegelicht welke wervingsactiviteiten succesvol waren en welke minder geslaagd waren en wat dit betekent voor de wervingsstrategie van het nieuwe MDT-project.

C. Uitvoering per MDT-variant

De penvoerder licht toe hoe de uitvoering van de MDT-trajecten per MDT-variant is verlopen in het voorgaande MDT-project. Hierbij wordt toegelicht welke onderdelen van de aanpak en begeleiding succesvol waren en welke minder geslaagd waren en wat dit betekent voor de uitvoering van de MDT-trajecten in het nieuwe MDT-project.

D. Impact van het project op jongeren en in de samenleving

Penvoerder van bestaande MDT-projecten wordt gevraagd om te reflecteren op de activiteiten om impact te bereiken in het voorgaande MDT-project op de drie pijlers van MDT, en welke lessen in deze nieuwe aanvraag zijn geborgd.

E. Project/ partnerschap

De penvoerder licht toe wat de succesfactoren zijn geweest en waar nog ruimte is voor verbetering in de uitvoering van het voorgaande MDT-project en in de samenwerking met de partners in het parntnerschap. Daarnaast wordt toegelicht wat dit betekent voor de projectuitvoering en het partnerschap in het nieuwe MDT-project.

F. Jongerenparticipatie en inspraak

De penvoerder licht toe wat de succesfactoren zijn geweest en waar nog ruimte is voor verbetering in de jongerenparticipatie en inspraak in het voorgaande MDT-project. Daarnaast wordt toegelicht wat dit betekent voor de opzet en uitvoering van de jongerenparticipatie en inspraak in het nieuwe MDT-project.

3. MDT-doelstellingen en realisatie

De penvoerder beschrijft de beoogde realisatie, de visie op MDT en op welke wijze het partnerschap de maatschappelijke impact gaat bevorderen.

A. MDT-visie

De penvoerder licht toe welke visie het partnerschap heeft op MDT, welke eigen accenten men daarin heeft en wat dat betekent voor de opzet en de uitvoering van het MDT-project.

B. Beoogde realisatie en planning MDT-trajecten

De penvoerder licht de beoogde realisatie toe voor werving, intake, uitvoering, afgerond en uitval, conform de definities in 2A van dit beoordelingskader. Hierbij wordt ook een inschatting gegeven van de realisatie gedurende de projectduur.

C. Impact van het project op jongeren en in de samenleving

De penvoerder licht kort toe met welke activiteiten en hoe impact op jongeren en de samenleving wordt nagestreefd, aan de hand van de drie pijlers van MDT en hoe hiervan wordt geleerd en bijgestuurd.

D. Bevorderen van jongerenparticipatie en inspraak in het partnerschap

De penvoerder licht toe hoe de jongerenparticipatie en inspraak georganiseerd gaat worden in het MDT-project en wat daarin de belangrijkste accenten zullen zijn.

4. Activiteiten

De penvoerder beschrijft hoe het samenwerkingsverband de MDT-hoofdactiviteiten gaat uitvoeren.

A. Werving van jongeren voor een MDT-traject

De penvoerder licht de wervingsstrategie toe: Op welke doelgroep(en) wordt de werving gericht, eventueel ook per regio en op welke wijze(n) dat wordt gedaan. Hierbij wordt ook toegelicht waarom bepaalde werkwijzen worden ingezet en wie dat gaat ontwikkelen en uitvoeren.

B. Intake en matching van jongeren aan een MDT-traject

De penvoerder licht toe hoe de intake plaatsvindt (gesprek, training, kennismakingsactiviteit etc.) en hoe jongeren worden gematcht naar een voor hen passend MDT-traject.

C. Faciliteren van het MDT-traject

De penvoerder licht toe hoe de MDT-trajecten worden gefaciliteerd per MDT variant, minimaal met de volgende aspecten:

– Doelgroep(en)

– Aanpak (incl. activiteiten en trainingen)

– Groepsgrootte

– Begeleiding (o.a. individuele begeleiding, groepsbegeleiding, begeleiding op de activiteiten bij partnerorganisaties)

– De gemiddelde totale inzet in uren aan begeleiding voor een volledig MDT-traject

– De verdeling van de inzet voor begeleiding tussen de penvoerder en de overige partners.

D. Coördinatie en ondersteuning van het MDT-project

De penvoerder licht toe welke coördinerende en ondersteunende activiteiten er uitgevoerd gaan worden en hoe deze zijn belegd binnen het partnerschap. Hierbij worden aspecten toegelicht zoals projectleiding projectadministratie, overleg met de partners, communicatie, (door)ontwikkeling van MDT-trajecten en producten etc.

E. Samenwerking, verduurzaming en kennisdeling binnen het MDT-netwerk en in de regio

De penvoerder licht toe hoe deze gaat samenwerken met andere MDT-projecten, regionaal en landelijk. Hierbij wordt toegelicht wat men wil bereiken in de samenwerking met andere MDT-projecten.

5. Partnerschap en verduurzaming

De penvoerder beschrijft hoe het partnerschap duurzaam georganiseerd gaat worden.

A. Samenstelling partnerschap

De penvoerder licht toe hoe het partnerschap is samengesteld, welke bijdragen de partners gaan leveren (m.n. rolverdeling) en dat dit adequaat is voor de het bereiken van de eigen kwalitatieve- en kwantitatieve projectdoelstellingen.

B. Organisatie partnerschap

De penvoerder licht toe hoe het partnerschap is georganiseerd. Hierbij wordt ingegaan op aspecten zoals organisatiestructuur, overlegstructuur, taakverdeling tussen de partners, kennisdeling en professionalisering.

C. Risico-analyse

De penvoerder licht toe welke risico’s het partnerschap voorziet voor het MDT-project en voor de uitvoering van de MDT-trajecten. De penvoerder beschrijft welke maatregelen het partnerschap zal nemen als deze risico’s zich voordoen gedurende de subsidieduur.

D. Verduurzaming

De penvoerder licht toe hoe de duurzame inbedding van MDT bij de samenwerkingspartners wordt geborgd. De penvoerder beschrijft bijvoorbeeld hoe expertise, MDT-procedures en MDT-instrumenten worden gedeeld binnen het partnerschap (o.a. met professionalisering).

6. Begroting

De penvoerder verstrekt een begroting.

A. Begroting

De penvoerder verstrekt een begroting voor de activiteiten, zoals genoemd in Art. 8 lid 4 van de subsidieregeling. Deze begroting is een samenvatting van de volledige begroting van de aanvrager. De begroting zal worden beoordeeld op proportionaliteit.

Weging

De beoordelingscommissie beoordeelt de kwaliteit van de aanvragen voor nieuwe penvoerders aan de hand van de criteria 1 en 3 tot en met 6 en voor bestaande penvoerders aan de hand van de criteria 2 tot en met 6. Een penvoerder moet op al deze criteria voldoende scoren om in aanmerking te komen voor subsidie.