1. Motivatie en expertise (nieuwe penvoerder)
De penvoerder motiveert waarom deze MDT-trajecten wil gaan aanbieden aan jongeren en waarom de organisatie geschikt is om te fungeren als penvoerder.
|
A. Aanleiding
|
De penvoerder licht toe hoe het initiatief tot stand is gekomen voor het partnerschap en waarom deze MDT-trajecten wil gaan aanbieden.
|
B. Aanwezige kennis en expertise in het werken met jongeren en/of in MDT bij penvoerder en/of partnerschap
|
De penvoerder licht toe in welke mate de projectleider(s), medewerkers en begeleiders bij zowel de penvoerder als bij de (belangrijkste) partners beschikken over passende kennis en ervaring om een MDT-project en in het bijzonder MDT-trajecten voor jongeren te gaan uitvoeren.
|
C. Aanwezige kennis en expertise van de organisatie om als penvoerder te fungeren van een partnerschap
|
De penvoerder licht toe in welke mate de eigen organisatie toegerust is om een (groot) gesubsidieerd project te initiëren, aansturen, te begeleiden en te verantwoorden. Hierbij worden aspecten toegelicht zoals het profiel van de projectleider(s), het kunnen verzorgen van professionele communicatie en het voeren van een adequate financiële- en projectadministratie.
|
2. Reflectie (bestaande penvoerder)
De penvoerder beschrijft de ervaringen uit een voorgaand en/of nog lopend MDT-project. De penvoerder beschrijft ook wat daarvan is geleerd en wat men daarvan gaat meenemen naar het nieuwe MDT-project.
|
A. Realisatie aantal MDT-trajecten (werving, intake, uitvoering, afgerond, uitval)
|
De penvoerder licht toe wat deze vindt van de realisatie in het voorgaande MDT-project:
Werving: Aantal jongeren dat na werving interesse heeft getoond om mee te doen met MDT (interesse getoond via website, sociale media, inloop, telefonische aanmelding, doorverwijzing).
Intake: Oriëntatie op deelname aan MDT en/of startfase van het MDT-traject, in de vorm van een gesprek, of door het doorlopen van een intakeprogramma.
Uitvoering: jongere is begonnen met het uitvoeren van vrijwilligersactiviteiten in het MDT-traject
Afgerond: jongere heeft met succes het MDT-traject doorlopen en heeft een MDT-certificaat ontvangen.
Uitval: jongere is begonnen aan het uitvoeren van vrijwilligersactiviteiten in het MDT-traject, maar is voortijdig gestopt.
Hierbij wordt toegelicht welke aanpassingen als gevolg hiervan worden gedaan in de uitvoering van het nieuwe MDT-project.
|
B. Wervingsstrategie
|
De penvoerder licht toe op welke doelgroep(en) de werving was gericht, eventueel ook per regio en op welke wijze dat is gedaan, in het vorige MDT-project. Hierbij wordt toegelicht welke wervingsactiviteiten succesvol waren en welke minder geslaagd waren en wat dit betekent voor de wervingsstrategie van het nieuwe MDT-project.
|
C. Uitvoering per MDT-variant
|
De penvoerder licht toe hoe de uitvoering van de MDT-trajecten per MDT-variant is verlopen in het voorgaande MDT-project. Hierbij wordt toegelicht welke onderdelen van de aanpak en begeleiding succesvol waren en welke minder geslaagd waren en wat dit betekent voor de uitvoering van de MDT-trajecten in het nieuwe MDT-project.
|
D. Impact van het project op jongeren en in de samenleving
|
Penvoerder van bestaande MDT-projecten wordt gevraagd om te reflecteren op de activiteiten om impact te bereiken in het voorgaande MDT-project op de drie pijlers van MDT, en welke lessen in deze nieuwe aanvraag zijn geborgd.
|
E. Project/ partnerschap
|
De penvoerder licht toe wat de succesfactoren zijn geweest en waar nog ruimte is voor verbetering in de uitvoering van het voorgaande MDT-project en in de samenwerking met de partners in het parntnerschap. Daarnaast wordt toegelicht wat dit betekent voor de projectuitvoering en het partnerschap in het nieuwe MDT-project.
|
F. Jongerenparticipatie en inspraak
|
De penvoerder licht toe wat de succesfactoren zijn geweest en waar nog ruimte is voor verbetering in de jongerenparticipatie en inspraak in het voorgaande MDT-project. Daarnaast wordt toegelicht wat dit betekent voor de opzet en uitvoering van de jongerenparticipatie en inspraak in het nieuwe MDT-project.
|
3. MDT-doelstellingen en realisatie
De penvoerder beschrijft de beoogde realisatie, de visie op MDT en op welke wijze het partnerschap de maatschappelijke impact gaat bevorderen.
|
A. MDT-visie
|
De penvoerder licht toe welke visie het partnerschap heeft op MDT, welke eigen accenten men daarin heeft en wat dat betekent voor de opzet en de uitvoering van het MDT-project.
|
B. Beoogde realisatie en planning MDT-trajecten
|
De penvoerder licht de beoogde realisatie toe voor werving, intake, uitvoering, afgerond en uitval, conform de definities in 2A van dit beoordelingskader. Hierbij wordt ook een inschatting gegeven van de realisatie gedurende de projectduur.
|
C. Impact van het project op jongeren en in de samenleving
|
De penvoerder licht kort toe met welke activiteiten en hoe impact op jongeren en de samenleving wordt nagestreefd, aan de hand van de drie pijlers van MDT en hoe hiervan wordt geleerd en bijgestuurd.
|
D. Bevorderen van jongerenparticipatie en inspraak in het partnerschap
|
De penvoerder licht toe hoe de jongerenparticipatie en inspraak georganiseerd gaat worden in het MDT-project en wat daarin de belangrijkste accenten zullen zijn.
|
4. Activiteiten
De penvoerder beschrijft hoe het samenwerkingsverband de MDT-hoofdactiviteiten gaat uitvoeren.
|
A. Werving van jongeren voor een MDT-traject
|
De penvoerder licht de wervingsstrategie toe: Op welke doelgroep(en) wordt de werving gericht, eventueel ook per regio en op welke wijze(n) dat wordt gedaan. Hierbij wordt ook toegelicht waarom bepaalde werkwijzen worden ingezet en wie dat gaat ontwikkelen en uitvoeren.
|
B. Intake en matching van jongeren aan een MDT-traject
|
De penvoerder licht toe hoe de intake plaatsvindt (gesprek, training, kennismakingsactiviteit etc.) en hoe jongeren worden gematcht naar een voor hen passend MDT-traject.
|
C. Faciliteren van het MDT-traject
|
De penvoerder licht toe hoe de MDT-trajecten worden gefaciliteerd per MDT variant, minimaal met de volgende aspecten:
– Doelgroep(en)
– Aanpak (incl. activiteiten en trainingen)
– Groepsgrootte
– Begeleiding (o.a. individuele begeleiding, groepsbegeleiding, begeleiding op de activiteiten bij partnerorganisaties)
– De gemiddelde totale inzet in uren aan begeleiding voor een volledig MDT-traject
– De verdeling van de inzet voor begeleiding tussen de penvoerder en de overige partners.
|
D. Coördinatie en ondersteuning van het MDT-project
|
De penvoerder licht toe welke coördinerende en ondersteunende activiteiten er uitgevoerd gaan worden en hoe deze zijn belegd binnen het partnerschap. Hierbij worden aspecten toegelicht zoals projectleiding projectadministratie, overleg met de partners, communicatie, (door)ontwikkeling van MDT-trajecten en producten etc.
|
E. Samenwerking, verduurzaming en kennisdeling binnen het MDT-netwerk en in de regio
|
De penvoerder licht toe hoe deze gaat samenwerken met andere MDT-projecten, regionaal en landelijk. Hierbij wordt toegelicht wat men wil bereiken in de samenwerking met andere MDT-projecten.
|
5. Partnerschap en verduurzaming
De penvoerder beschrijft hoe het partnerschap duurzaam georganiseerd gaat worden.
|
A. Samenstelling partnerschap
|
De penvoerder licht toe hoe het partnerschap is samengesteld, welke bijdragen de partners gaan leveren (m.n. rolverdeling) en dat dit adequaat is voor de het bereiken van de eigen kwalitatieve- en kwantitatieve projectdoelstellingen.
|
B. Organisatie partnerschap
|
De penvoerder licht toe hoe het partnerschap is georganiseerd. Hierbij wordt ingegaan op aspecten zoals organisatiestructuur, overlegstructuur, taakverdeling tussen de partners, kennisdeling en professionalisering.
|
C. Risico-analyse
|
De penvoerder licht toe welke risico’s het partnerschap voorziet voor het MDT-project en voor de uitvoering van de MDT-trajecten. De penvoerder beschrijft welke maatregelen het partnerschap zal nemen als deze risico’s zich voordoen gedurende de subsidieduur.
|
D. Verduurzaming
|
De penvoerder licht toe hoe de duurzame inbedding van MDT bij de samenwerkingspartners wordt geborgd. De penvoerder beschrijft bijvoorbeeld hoe expertise, MDT-procedures en MDT-instrumenten worden gedeeld binnen het partnerschap (o.a. met professionalisering).
|
6. Begroting
De penvoerder verstrekt een begroting.
|
A. Begroting
|
De penvoerder verstrekt een begroting voor de activiteiten, zoals genoemd in Art. 8 lid 4 van de subsidieregeling. Deze begroting is een samenvatting van de volledige begroting van de aanvrager. De begroting zal worden beoordeeld op proportionaliteit.
|