Artikel
1
Voor de militairen, behorende tot het reserve-personeel der landmacht, die vrijwillig verplichtingen hebben aanvaard tot het verrichten van doorlopende werkelijke dienst, als bedoeld in:
-
a.
het Koninklijk besluit van 9 januari 1931, nr. 25;
-
b.
het Besluit verbintenissen luchtvarenden Luchtmacht;
-
c.
het Besluit verbintenissen reserve-personeel beneden de rang van tweede-luitenant Landmacht en op wie Ons besluit van 2 maart 1953 (Stb. 92) dan wel Ons besluit van 28 maart 1958 (Stb. 168) van toepassing is;
-
d.
Ons besluit van 27 oktober 1952 (Stb. 539);
- e.
-
f.
Ons besluit van 18 februari 1961 (Stb. 47),
wordt de termijn van 2 jaren, genoemd in artikel 1 van de Pensioenwet bijzondere groepen reserve-personeel 1956, gesteld op vijf jaren.