Gemoedsbezwaren tegen verzekering

De Staatssecretaris van Sociale Zaken,
Gehoord de Sociaal-Economische Raad en de Verzekeringskamer,

Besluit:

met betrekking tot het bepaalde in artikel 8, eerste lid, onder g, van bovengenoemde wet de navolgende richtlijnen vast te stellen:

Artikel

1

Voor de toepassing van deze beschikking wordt verstaan onder:

Pensioen- & Verzekeringskamer:

Pensioen- & Verzekeringskamer, bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993;

beroepspensioenregeling:

een beroepspensioenregeling, waarin ingevolge artikel 2, eerste lid, van de wet de deelneming is verplichtgesteld;

rechtspersoon:

de rechtspersoon, als in artikel 2, derde lid, van de wet bedoeld, die een beroepspensioenregeling uitvoert en/of toeziet op de nakoming daarvan;

vrijstelling:

een vrijstelling, als in artikel 2, eerste lid van deze beschikking bedoeld.

Artikel

2

Artikel

3

Ieder, die vrijstelling heeft, is verplicht dezelfde bijdragen, welke hij verschuldigd zou zijn, indien hij geen vrijstelling had, aan de rechtspersoon te betalen in de vorm van spaarbijdragen.

Artikel

4

Artikel

5

Artikel

6

's-Gravenhage
De Staatssecretaris voornoemd, J. G.Rietkerk