Besluit van 18 juli 1973, houdende regeling van een vergoeding voor kosten van een maaltijd aan ambtenaren die overwerk verrichten

Besluit maaltijdvergoeding bij overwerk

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken van 5 juni 1973, nr. AB73/U776, Directoraat-Generaal Overheidspersoneelsbeleid, Directie Overheidspersoneelszaken, Hoofdafdeling Financiële Arbeidsvoorwaarden;
de Raad van State gehoord (advies van 27 juni 1973, nr. 5);
gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken van 10 juli 1973, nr. AB73/1072, Directoraat-Generaal Overheidspersoneelsbeleid, Directie Overheidspersoneelszaken, Hoofdafdeling Financiële Arbeidsvoorwaarden;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel

1

Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    Onze Minister: hetgeen daaronder wordt verstaan of daarmee wordt gelijkgesteld in het Verplaatsingskostenbesluit 1989.

  • b.

    ambtenaar: de persoon, die krachtens een aanstelling in burgerlijke dienst is van het rijk of een zijner diensten, bedrijven of instellingen;

  • c.

    overwerk; hetgeen daaronder wordt verstaan in het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1984.

  • d.

    een maaltijd: een eenvoudige warme maaltijd, bestaande uit ten minste een hoofdschotel;

  • e.

    een maaltijd van overheidswege: een maaltijd, al dan niet tegen betaling van rijkswege verstrekt, of door bemiddeling van het bevoegd gezag voor rekening van het rijk verstrekt.

Artikel

2

Artikel

3

Het besluit is niet van toepassing indien en voor zover een andere regeling in vergoeding van de in dit besluit bedoelde kosten voorziet.

Artikel

4

Artikel

5

Dit besluit kan worden aangehaald als het Besluit maaltijdvergoeding bij overwerk.

Artikel

6

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad, waarin het wordt geplaatst.

Onze ministers zijn, ieder voor zover hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit, dat in het Staatsblad zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State en aan de Algemene Rekenkamer.

Porto Ercole
JULIANA.
De Minister van Binnenlandse Zaken, DE GAAY FORTMAN.
De Minister van Justitie, VAN AGT.