Besluit van 25 augustus 1979, houdende vaststelling van de procedure voor het geneeskundig onderzoek ten aanzien van verzetsmilitairen en ondergedoken militairen

Besluit procedure geneeskundig onderzoek verzetsmilitairen en ondergedoken militairen

Wij Juliana, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Defensie, C. L. J. van Lent, van 27 februari 1979, afdeling pensioenen en wachtgelden, nr. P.130087/11-T;
Overwegende dat het wenselijk is het geneeskundig onderzoek, waaraan de verzetsmilitair en de ondergedoken militair in de zin van de Wet verbetering rechtspositie verzetsmilitairen (Stb. 1976, 19) onderworpen dienen te worden in geval van ziekten of gebreken, te doen plaatsvinden op een wijze die nauw aansluit bij de wijze waarop het geneeskundig onderzoek bij de uitvoering van de Wet buitengewoon pensioen 1940-1945 (Stb. 1977, 493) geschiedt;
Gelet op de artikelen 3 en 8 van de Wet verbetering rechtspositie verzetsmilitairen, alsmede op artikel T 1 van de Algemene militaire pensioenwet;
De Raad van State gehoord (advies van 28 maart 1979 nr. 9);
Gezien het nader rapport van de voornoemde Staatssecretaris van Defensie van 20 augustus 1979, afdeling Pensioenen en Wachtgelden, nr. 456.009/4 W,

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel

1

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    "de wet": de Wet verbetering rechtspositie verzetsmilitairen;

  • b.

    "pensioenwet": de Algemene militaire pensioenwet;

  • c.

    "Onze Minister": Onze Minister van Defensie;

  • d.

    "betrokkene": de verzetsmilitair dan wel de ondergedoken militair, zoals bedoeld in de Wet verbetering rechtspositie verzetsmilitairen;

  • e.

    "geneeskundige autoriteit": de Directeur Militair Geneeskundige Diensten;

  • f.

    "geneeskundig onderzoek": een geneeskundig onderzoek naar het ontstaan, tot uiting komen of verergeren, de aard en de gevolgen van verwonding, verminking, ziekten, of gebreken alsmede zonodig naar het bestaan en de mate van arbeidsongeschiktheid in de zin van artikel E 6, tweede lid, van de pensioenwet;

  • g.

    "de arts": de door de geneeskundige autoriteit aan te wijzen arts, die het onderzoek leidt;

  • h.

    "de gekozen arts": de door de geneeskundige autoriteit aan te wijzen, door de betrokkene gekozen, arts, die het geneeskundig onderzoek bijwoont en de onder g bedoelde arts van advies dient.

Artikel

2

Artikel

3

Indien de arts het voor het uitbrengen van zijn rapport nodig acht dat inlichtingen over de betrokkene of over de omstandigheden bedoeld in artikel 2, derde lid, worden ingewonnen en te zijner beschikking gesteld, zorgt Onze Minister dat hieraan zoveel mogelijk wordt voldaan.

Artikel

4

Artikel

5

Artikel

6

Artikel

7

Artikel

8

Dit besluit kan worden aangehaald als "Besluit procedure geneeskundig onderzoek verzetsmilitairen en ondergedoken militairen".

Artikel

9

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na datum van afgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat daarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State en aan de Algemene Rekenkamer.

Porto Ercole
Juliana
De Staatssecretaris van Defensie, C. L. J. van Lent
De Minister van Justitie, J. de Ruiter