Wet van 30 januari 1985, houdende nieuwe regels met betrekking tot het brandweerwezen

Brandweerwet 1985

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is dat nieuwe regels met betrekking tot het brandweerwezen worden vastgesteld;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Met betrekking tot het brandweerwezen wordt de volgende wet vastgesteld:

Artikel

1

Artikel

2

Besluiten tot vaststelling, wijziging of intrekking van de in artikel 1, tweede lid, bedoelde regels worden binnen een week na de vaststelling aan gedeputeerde staten gezonden.

Artikel

3

Artikel

4

Artikel

4a

Artikel

5

Artikel

6

Vervallen

Artikel

7

Artikel

8

Artikel

9

Artikel

10

Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Onze commissaris in de provincie treffen de nodige voorbereidende maatregelen met het oog op de uitoefening van hun bevoegdheden bedoeld in de artikelen 8 en 9. Voorzover deze maatregelen van rechtstreeks belang zijn voor een regionale brandweer, treffen Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, onderscheidenlijk Onze commissaris in de provincie deze niet dan na overleg met Onze commissaris in de provincie, onderscheidenlijk de voorzitter van het dagelijks bestuur van de regionale brandweer.

Artikel

11

Artikel

12

De gemeenteraad stelt bij verordening regels vast omtrent het voorkomen, beperken en bestrijden van brand, het beperken van brandgevaar en het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand en al hetgeen daarmee verband houdt (brandbeveiligingsverordening), voor zover daarin niet bij of krachtens de Woningwet of enige andere wet is voorzien.

Artikel

13

Artikel

14

Artikel

15

Bij algemene maatregel van bestuur wordt vastgesteld welke opleidingen worden afgesloten met een rijksexamen. Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties stelt het examenreglement vast en geeft het diploma af.

Artikel

15a

Vervallen

Artikel

16

Vervallen

Artikel

17

Artikel

18

Vervallen

Artikel

18a

Artikel

18b

Artikel

18c

Artikel

18d

Artikel

18e

Artikel

18f

Artikel

18g

Artikel

19

Artikel

19a

Artikel

20

Artikel

21

Artikel

21a

Vervallen

Artikel

22

Vervallen

Artikel

23

Artikel

24

Artikel

25

Vervallen

Artikel

26

Vervallen

Artikel

27

Vervallen

Artikel

28

Vervallen

Artikel

29

Deze wet kan worden aangehaald als Brandweerwet met vermelding van het jaartal van het Staatsblad waarin zij zal worden geplaatst.

B

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

C

De onderdelen A en B treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen verschillend kan worden gesteld.

Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage
Beatrix
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken, Van Amelsvoort
De Minister van Justitie, F. Korthals Altes