Regeling tot vaststelling provinciale opcenten motorrijtuigenbelasting 1987

De staatssecretaris van Financiën, in overeenstemming met de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken;

Besluit:

Artikel

1

Artikel

2

's-Gravenhage
De staatssecretaris van Financiën, H. E.Koning

Bijlage

Toelichting berekeningswijze maximum aantal opcenten motorrijtuigenbelasting 1987

Overeenkomstig de in de brief van 8 juni 1984, nr. 484-1863 voorgestelde berekeningswijze van het maximum aantal te heffen opcenten motorrijtuigenbelasting, zoals eerder gehanteerd voor de periode 1 april 1985 tot en met 31 maart 1986, zijn in het navolgende de relevante grootheden voor de vaststelling 1987 weergegeven (Bron: MEV 1986 resp. 1987):

  • a.

    verwachte nominale stijging nationaal inkomen 1987 (384,10/382,15): 0,51%

  • b.

    bijgestelde verwachte nominale stijging nationaal inkomen 1986 (382,15/373,45): 2,33%

  • c.

    oorspronkelijk verwachte nominale stijging nationaal inkomen 1986 (379,35/369,10): 2,77%

    De gecorrigeerde groeivoet van het nationaal inkomen voor 1987 kan derhalve worden bepaald op:

    1,0051 × (1,0233 - 0,0277) -1 = 0,0007

    ofwel afgerond 0,1%.

Rekening houdend met het vierjaarlijkse voortschrijdend gemiddelde van de gecorrigeerde groeivoet van het nationaal inkomen kan het volgende maximum aantal te heffen opcenten voor 1987 worden vastgesteld:

Jaar

Groeivoet NI 1

Vierjaarlijks voortschr.

gemiddelde (%)

Max. aantal opcenten

1979

6,2

1980

8,7

1981

4,2

23

1982

4,6

5,9

24,4

1983

1,2

4,7

25,6

1984

0,7

2,7

26,3

1985

4,6

2,8

27,1

1986

5,1

2,9

27,9

1987

0,1

2,6 2

28,7

Het op deze wijze bepaalde maximum aantal opcenten voor 1987 bedraagt aldus 28,7 = (1,026 × 27,9).

1 Groeivoet nationaal inkomen, gecorrigeerd voor het verschil tussen raming en realisatie van het voorafgaande jaar

2 (0,7 + 4,6 + 5,1 + 0,1)/4 = 2,63