Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw en Visserij van 6 oktober 1986, nr. J. 6794, Directie Juridische en Bedrijfsorganisatorische Zaken;
Overwegende dat het wenselijk is vast te stellen met welke Ministers overeenstemming dient te worden bereikt alvorens over te gaan tot het aanwijzen van ambtenaren belast met het toezicht op de naleving van de
Meststoffenwet (
Stb. 1986, 598);
De Raad van State gehoord (advies van 5 november 1986, no. W11.86.0522);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Landbouw en Visserij, van 11 december 1986, nr. J.8083, Directie Juridische en Bedrijfsorganisatorische Zaken;