Wet van 31 oktober 1991, houdende vereenvoudiging en uniformering van de accijnswetgeving

Wet op de accijns

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de accijnswetgeving te moderniseren, te vereenvoudigen en op een aantal punten technisch te herzien en dat het voorts wenselijk is de heffing van de accijnzen onder te brengen in één heffingswet en het stelsel zodanig te uniformeren dat een einde wordt gemaakt aan de grote verscheidenheid in regelgeving welke kenmerkend is voor de huidige accijnswetgeving;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk

I

Inleidende bepalingen

Afdeling

1

Belastbaar feit

Artikel

1

Artikel

1a

Artikel

2

Artikel

2a

Artikel

2b

Artikel

2c

Artikel

2d

Artikel

2e

Artikel

2f

Artikel

2g

Vervallen

Artikel

2h

Vervallen

Artikel

3

Artikel

4

Afdeling

2

Algemene verbodsbepalingen

Artikel

5

Hoofdstuk

II

Definities van de accijnsgoederen en tarieven

Afdeling

1

Bier

Artikel

6

Onder bier wordt verstaan:

  • a.

    elk product van GN-code 2203; en

  • b.

    elk product van GN-code 2206 dat een mengsel van bier als bedoeld in onderdeel a en niet-alcoholhoudende dranken bevat;

voor zover deze producten een alcoholgehalte hebben van meer dan 0,5%vol.

Artikel

7

Afdeling

2

Wijn

Artikel

8

Wijn wordt onderscheiden in niet-mousserende wijn en mousserende wijn.

Artikel

8a

Artikel

9

Artikel

10

De accijns bedraagt per hectoliter, waarbij een gedeelte van een hectoliter rekenkundig wordt afgerond op twee decimalen, voor zowel niet-mousserende wijn als mousserende wijn met een alcoholgehalte van:

  • a.

    niet meer dan 8,5% vol € 47,95;

  • b.

    meer dan 8,5% vol € 95,69.

Artikel

11

Vervallen

Afdeling

2a

Tussenproducten

Artikel

11a

Tussenproducten worden onderscheiden in niet-mousserende tussenproducten en mousserende tussenproducten.

Artikel

11b

Onder niet-mousserende tussenproducten worden verstaan alle niet als bier of wijn aan te merken producten van GN-codes 2204, 2205 en 2206 met een alcoholgehalte van meer dan 1,2%vol maar niet meer dan 22%vol, die ingevolge artikel 11c niet als mousserende tussenproducten worden aangemerkt.

Artikel

11c

Onder mousserende tussenproducten worden verstaan alle niet als bier of wijn aan te merken producten van GN-codes 2204, 2205 en 2206 met een alcoholgehalte van meer dan 1,2%vol maar niet meer dan 22%vol, die zijn verpakt in flessen met een champignonvormige stop die door draden of banden of anderszins is geborgd, ofwel een overdruk van 3 bar of meer hebben die is teweeggebracht door koolzuurgas in oplossing.

Artikel

11d

De accijns bedraagt per hectoliter, waarbij een gedeelte van een hectoliter rekenkundig wordt afgerond op twee decimalen, voor zowel niet-mousserende tussenproducten als mousserende tussenproducten met een alcoholgehalte van:

  • a.

    niet meer dan 15% vol € 114,85;

  • b.

    meer dan 15% vol € 161,80.

Afdeling

3

Overige alcoholhoudende producten

Artikel

12

Artikel

13

De accijns bedraagt voor overige alcoholhoudende producten per hectoliter bij een temperatuur van 20°C per volumeprocent alcohol € 18,27, waarbij een gedeelte van een hectoliter rekenkundig wordt afgerond op drie decimalen en van een volumeprocent alcohol naar beneden wordt afgerond op één decimaal.

Artikel

14

Voor de toepassing van artikel 13 wordt het volume van overige alcoholhoudende producten die bestaan uit een vloeistof waarin zich bestanddelen in vaste vorm bevinden, gesteld op het volume van het gehele product.

Afdeling

4

Artikel

15

Vervallen

Artikel

16

Vervallen

Artikel

17

Vervallen

Artikel

18

Vervallen

Artikel

19

Vervallen

Afdeling

5

Artikel

20

Vervallen

Artikel

21

Vervallen

Artikel

22

Vervallen

Artikel

23

Vervallen

Artikel

24

Vervallen

Afdeling

6

Minerale oliën

Artikel

25

Artikel

26

Artikel

27

Artikel

28

Afdeling

7

Tabaksproducten

Artikel

29

Onder tabaksproducten wordt verstaan tot verbruik bereide tabak in de vorm van sigaren, sigaretten en rooktabak.

Artikel

30

Artikel

31

Artikel

32

Artikel

33

Vervallen

Artikel

34

Vervallen

Artikel

35

Artikel

35a

Vervallen

Artikel

36

Afdeling

8

Alcoholgehalte en volume

Artikel

37

Artikel

38

Bij ministeriële regeling kan met betrekking tot bier, wijn, tussenproducten, overige alcoholhoudende producten en tabaksproducten in kleinhandelsverpakking worden bepaald dat voor de berekening van de accijns het volume of de massa van die goederen dat is vermeld op die verpakking in aanmerking wordt genomen.

Hoofdstuk

III

Uitslag tot verbruik

Afdeling

1

Accijnsgoederenplaats

Artikel

39

Een plaats kan alleen als accijnsgoederenplaats worden gebruikt indien daartoe een vergunning is verstrekt door de inspecteur.

Artikel

40

Artikel

41

Afdeling

2

Vergunning voor een accijnsgoederenplaats

Artikel

42

Artikel

42a

Artikel

43

Artikel

44

Artikel

45

Artikel

46

De vergunninghouder die een aanpassing van de in de vergunning opgenomen voorwaarden wenst, dient daartoe een verzoek in bij de inspecteur.

Artikel

47

Degene die een accijnsgoederenplaats wil overnemen, dient gezamenlijk met de vergunninghouder een verzoek in bij de inspecteur tot een zodanige aanpassing van de vergunning voor die accijnsgoederenplaats dat hij voor alle uit de vergunning voortvloeiende rechten en verplichtingen in de plaats treedt van de vergunninghouder.

Artikel

48

De vergunning voor een accijnsgoederenplaats kan door de inspecteur worden ingetrokken ingeval:

  • a.

    niet wordt voldaan aan de in de vergunning opgenomen voorwaarden;

  • b.

    geen of niet voldoende zekerheid is gesteld;

  • c.

    misbruik van de vergunning is gemaakt of een poging daartoe is gedaan;

  • d.

    de vergunninghouder onherroepelijk is veroordeeld wegens het niet nakomen van een wettelijke bepaling inzake de accijns;

  • e.

    de vergunninghouder in staat van faillissement verkeert of ten aanzien van hem de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen van toepassing is;

  • f.

    de vergunninghouder daarom verzoekt;

  • g.

    de vergunning gedurende een aaneengesloten periode van 12 maanden niet is gebruikt.

Artikel

49

Artikel

50

Afdeling

2a

Geregistreerde geadresseerde en geregistreerde afzender

Artikel

50a

Artikel

50b

Artikel

50c

Artikel

50d

Afdeling

2b

Verkopen op afstand

Artikel

50f

Afdeling

2c

Gecertificeerde geadresseerde en gecertificeerde afzender

Artikel

50h

Artikel

50i

Artikel

50j

Artikel

50k

Afdeling

3

Wijze van heffing en voldoening

Artikel

51

Artikel

51a

Vervallen

Artikel

52

Artikel

52a

Vervallen

Artikel

53

Artikel

53a

Artikel

54

Artikel

55

Afdeling

4

Zekerheid

Artikel

56

Artikel

57

Artikel

58

Artikel

59

Artikel

60

Afdeling

5

Voorrang

Artikel

61

Afdeling

6

Hoofdelijke aansprakelijkheid

Artikel

61a

De vervoerder van accijnsgoederen is hoofdelijk aansprakelijk voor het bedrag aan accijns dat wordt vertegenwoordigd door de hoeveelheid accijnsgoederen die door hem wordt vervoerd vanuit een accijnsgoederenplaats of van de plaats van invoer, bedoeld in artikel 2a, derde lid, naar een andere accijnsgoederenplaats, naar een belastingentrepot, naar een geregistreerde geadresseerde in een andere lidstaat of naar een plaats waar de accijnsgoederen het grondgebied van de Unie verlaten, indien tijdens dat vervoer door hem of door zijn toedoen een onregelmatigheid heeft plaatsgevonden.

Hoofdstuk

IV

Invoer

Artikel

63

Hoofdstuk

V

Vrijstellingen en teruggaven

Afdeling

1

Vrijstellingen

Artikel

64

Artikel

64a

Artikel

65

Artikel

66

Artikel

66a

Artikel

66b

Artikel

67

Vervallen

Artikel

68

Artikel

69

Afdeling

2

Teruggaven

Artikel

69a

Artikel

70

Artikel

71

Artikel

71a

Artikel

71b

Vervallen

Artikel

71c

Vervallen

Artikel

71d

Artikel

71e

Artikel

71f

Vervallen

Artikel

71h

Artikel

71i

Vervallen

Artikel

72

Hoofdstuk

VI

Bijzondere bepalingen

Afdeling

a1

Kleine producenten van alcoholhoudende dranken

Artikel

72a

Afdeling

1

Accijnszegels

Artikel

73

Artikel

74

Een vergunning voor een accijnsgoederenplaats voor tabaksproducten kan, onverminderd het bepaalde in de artikelen 40, eerste en tweede lid, en 41, uitsluitend worden verkregen door degene die:

  • a.

    tabaksproducten produceert of verwerkt;

  • b.

    buiten Nederland geproduceerde of verwerkte tabaksproducten in Nederland van accijnszegels voorziet;

  • c.

    buiten Nederland geproduceerde of verwerkte tabaksproducten opslaat die buiten Nederland zijn voorzien van door hem aangevraagde Nederlandse accijnszegels;

  • d.

    tabaksproducten opslaat die zijn bestemd voor de in artikel 66a bedoelde bevoorrading van schepen en luchtvaartuigen of die vanuit die plaats worden overgebracht naar een belastingentrepot, naar een in een andere lidstaat gevestigde geregistreerde geadresseerde of naar een derde land.

Artikel

75

Artikel

76

Artikel

76a

Vervallen

Artikel

77

Artikel

78

Artikel

79

Afdeling

2

Controlebepalingen

Artikel

80

Artikel

81

In de vergunning voor een accijnsgoederenplaats voor tabaksproducten kan worden toegestaan dat de vergunninghouder onder daarbij te stellen voorwaarden gedeeltelijk tot verbruik bereide tabak en tabaksproducten, al dan niet voorzien van accijnszegels, tijdelijk buiten de accijnsgoederenplaats bepaalde bewerkingen of verpakkingshandelingen kan laten ondergaan zonder dat het tijdelijk buiten de accijnsgoederenplaats brengen van die producten, in afwijking van artikel 2, eerste lid, onderdeel a, wordt aangemerkt als uitslag tot verbruik.

Artikel

82

Artikel

83

Artikel

84

Afdeling

2A

Wijziging van de accijns van minerale oliën

Artikel

84a

Artikel

84b

Artikel

84c

Bij wijziging van de accijns op grond van artikel 27a kan bij de daartoe strekkende ministeriële regeling worden bepaald dat artikel 84a of artikel 84b geen toepassing vindt.

Afdeling

3

Overige bepalingen

Artikel

85

Artikel

86

Artikel

86a

Vervallen

Artikel

86b

Vervallen

Artikel

87

Vervallen

Artikel

88

Vervallen

Artikel

89

Hoofdstuk

VII

Verbodsbepalingen en strafbepalingen

Afdeling

1

Verbodsbepalingen

Artikel

90

Artikel

90a

Artikel

91

Artikel

92

Artikel

93

Artikel

94

Artikel

95

Artikel

95a

Artikel

96

Het is een ieder die toestemming heeft om accijnszegels aan te vragen niet toegestaan:

  • a.

    gebruikte accijnszegels voorhanden te hebben;

  • b.

    ongebruikte accijnszegels over te dragen aan anderen dan de inspecteur;

  • c.

    ongebruikte accijnszegels te betrekken van anderen dan de inspecteur.

Afdeling

2

Strafbepalingen

Artikel

97

Degene die opzettelijk een in artikel 5 opgenomen verbod overtreedt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vierde categorie of, indien dit bedrag hoger is, ten hoogste eenmaal het bedrag van de te weinig geheven accijns. Dit is ook van toepassing op de accijnsschuld wanneer die teniet is gegaan ingevolge het van overeenkomstige toepassing verklaarde artikel 124, eerste lid, onderdeel e, van het Douanewetboek van de Unie.

Artikel

98

Degene die opzettelijk een accijnsgoed waarvoor vrijstelling of teruggaaf van accijns is verleend een bestemming geeft waarvoor geen vrijstelling of teruggaaf van accijns zou zijn verleend, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vierde categorie of, indien dit bedrag hoger is, ten hoogste eenmaal het bedrag van de te weinig geheven accijns. Dit is ook van toepassing op de accijnsschuld wanneer die teniet is gegaan ingevolge het van overeenkomstige toepassing verklaarde artikel 124, eerste lid, onderdeel e, van het Douanewetboek van de Unie.

Artikel

99

Artikel

100

Artikel

101

Artikel

102

Afdeling

3

Bestuurlijke boete

Artikel

102a

Hoofdstuk

VIII

Slotbepalingen

Artikel

102b

Voor de overbrenging van accijnsgoederen die in een andere lidstaat tot verbruik zijn uitslagen en vanuit die andere lidstaat zijn overgebracht naar Nederland en worden geleverd aan anderen dan particulieren, of aan particulieren in het geval dat het geen overbrenging als bedoeld in artikel 2d of artikel 2f betreft, mag tot en met 31 december 2023 belanghebbende deze wet en de daarop berustende bepalingen toepassen zoals deze luidden op 12 februari 2023.

Artikel

103

De inwerkingtreding van deze wet wordt bij wet geregeld.

Artikel

104

Deze wet kan worden aangehaald als Wet op de accijns.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage
Beatrix
De Staatssecretaris van Financiën, M. J. J. van Amelsvoort
De Minister van Justitie, E. M. H. Hirsch Ballin