Wet van 12 maart 1992, houdende regeling van het beroepsgoederenvervoer en het eigen vervoer met vrachtauto's

Wet goederenvervoer over de weg

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het ter bevordering van de kwaliteit in het goederenvervoer met vrachtauto’s wenselijk is een nieuwe regeling te geven voor het beroepsvervoer en het eigen vervoer, die mede kan dienen ter uitvoering van verdragen of van besluiten van volkenrechtelijke organisaties;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk

I

Inleidende bepalingen

Artikel

1

Artikel

2

Artikel

3

Deze wet is niet van toepassing op beroepsvervoer en eigen vervoer verricht met een vrachtauto waarvan het toegestane laadvermogen niet meer bedraagt dan 500 kg.

Artikel

4

Hoofdstuk

II

Beroepsvervoer

Artikel

5

Artikel

6

Indien niet binnen acht weken na het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor binnenlands beroepsvervoer en een aanvraag om een communautaire vergunning is beslist, is de aanvraag toegewezen.

Artikel

7

Artikel

8

Artikel

9

Artikel

10

Artikel

11

Artikel

12

Artikel

13

Artikel

14

Hoofdstuk

III

Eigen vervoer

Artikel

15

Artikel

16

Bij de inschrijving van eigen vervoer worden vermeld de naam en de aard van de onderneming of het bedrijf.

Artikel

17

Indien niet binnen acht weken na het in behandeling nemen van een aanvraag om inschrijving, wijziging of verlenging is beslist, is de aanvraag toegewezen.

Artikel

18

Artikel

19

Artikel

20

Artikel

21

Het is verboden goederen die niet overeenstemmen met de aard van het bedrijf in eigen vervoer te vervoeren.

Artikel

22

Onverminderd het bepaalde in artikel 23 vervalt een inschrijving van rechtswege met ingang van het tijdstip van:

  • a.

    overlijden dan wel intreden van wettelijke onbekwaamheid van de ingeschrevene;

  • b.

    ontbinding van de vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid of beëindiging van de maatschap, welke is ingeschreven; of

  • c.

    ontbinding van de rechtspersoon, welke is ingeschreven.

Artikel

23

Hoofdstuk

IV

Bepalingen inzake grensoverschrijdend vervoer door niet in Nederland gevestigde ondernemers

Artikel

25

Hoofdstuk

V

Diverse bepalingen inzake beroepsvervoer en eigen vervoer

Artikel

26

Artikel

27

Artikel

28

Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gegeven met betrekking tot de aanvraag, inhoud, afgifte, het gebruik en de inlevering van de volgende documenten:

Artikel

29

Artikel

30

Artikel

31

Het is verboden beroepsvervoer of eigen vervoer te verrichten met een vrachtauto ten aanzien waarvan in strijd wordt gehandeld met de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen bepalingen die zijn vastgesteld bij of krachtens de Wegenverkeerswet 1994.

Hoofdstuk

VI

Organen belast met vergunningverlening en inschrijving

Artikel

32

De NIWO is belast met de volgende taken:

Artikel

33

Artikel

34

De SIEV is belast met de volgende taken:

  • a.

    verrichting van inschrijvingen van eigen vervoer alsmede het wijzigen daarvan als bedoeld in artikel 17;

  • b.

    verlenging van de geldigheidsduur van inschrijvingen als bedoeld in artikel 20, tweede lid;

  • c.

    afgifte van inschrijvingsbewijzen als bedoeld in artikel 20, derde lid;

  • d.

    doorhaling van inschrijvingen als bedoeld in artikel 23;

  • e.

    afgifte en intrekking van machtigingen voor grensoverschrijdend eigen vervoer als bedoeld in artikel 25, eerste lid;

  • f.

    afgifte en intrekking van aanvullende documenten voor grensoverschrijdend eigen vervoer als bedoeld in artikel 26, eerste lid;

  • g.

    deelname aan onderhandelingen in het kader van bilaterale verdragen met andere Staten, dan wel ter afsluiting van bilaterale verdragen.

Artikel

35

Artikel

36

Artikel

37

Artikel

38

De NIWO onderscheidenlijk de SIEV brengt jaarlijks aan Onze Minister een verslag uit over de uitvoering van haar taken en maakt dit gelijktijdig openbaar. Het jaarverslag van de NIWO bevat mede een passage over haar in artikel 32 omschreven taken.

Artikel

39

Van de beschikkingen van de NIWO en de SIEV wordt mededeling gedaan in de Staatscourant.

Artikel

40

Voor zover de NIWO onderscheidenlijk de SIEV beleidsregels vaststelt verband houdende met haar in artikel 32, onderscheidenlijk artikel 34 omschreven taken, worden deze bekend gemaakt door publikatie in de Staatscourant.

Artikel

41

Hoofdstuk

VII

Beroep

Artikel

42

Tegen een op grond van deze wet genomen besluit kan een belanghebbende beroep instellen bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven.

Hoofdstuk

VIII

Toezicht en opsporing

§

1

Toezicht op de naleving

Artikel

43

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze wet zijn belast:

  • a.

    de bij of krachtens artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering aangewezen ambtenaren;

  • b.

    de door Onze Minister aangewezen ambtenaren van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat; alsmede

  • c.

    de door Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in overeenstemming met Onze Minister aangewezen ambtenaren van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, met dien verstande dat hun bevoegdheid krachtens deze wet bij die aanwijzing kan worden beperkt tot een of meer onderdelen van deze wet.

Artikel

44

Vervallen

Artikel

45

Vervallen

Artikel

46

Vervallen

Artikel

47

Vervallen

Artikel

48

Vervallen

§

2

Bevoegdheid in het kader van de opsporing

Artikel

49

Artikel

50

Hoofdstuk

IX

Overgangs- en slotbepalingen

Artikel

51

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

52

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

53

De Nederlandse strafwet is mede van toepassing op de Nederlander en de in Nederland gevestigde ondernemer die zich buiten Nederland schuldig maakt aan een overtreding van het bepaalde bij of krachtens deze wet.

Artikel

54

De uitreiking van gerechtelijke mededelingen in zaken betreffende overtredingen van het bepaalde bij of krachtens deze wet, begaan door een niet in Nederland gevestigde ondernemer, kan eveneens geschieden aan de bestuurder van de betrokken vrachtauto die zich bereid verklaart om de mededeling onverwijld aan degene voor wie zij bestemd is te doen toekomen.

Artikel

55

Op de dag waarop dit artikel in werking treedt, verlijdt de Raad van Beheer van de Stichting Nederlandsche Internationale Wegvervoer Organisatie ten overstaan van een notaris een akte waarbij de statuten van die stichting ten minste als volgt worden gewijzigd:

  • a.

    de naam van de stichting wordt gewijzigd in: Stichting Nationale en Internationale Wegvervoer Organisatie;

  • b.

    de taak van de stichting wordt in overeenstemming gebracht met de haar bij deze wet opgedragen taken.

Artikel

56

Op de dag waarop dit artikel in werking treedt, verlijdt het presidium van de Raad van Bestuur van de Stichting Inschrijving Eigen Vervoer ten overstaan van een notaris een akte waarbij de statuten van die stichting in overeenstemming worden gebracht met de haar bij deze wet opgedragen taken.

Artikel

57

De Wet Autovervoer Goederen (Stb. 1987, 97) wordt ingetrokken.

Artikel

58

Vergunningen die zijn verleend ingevolge artikel 4 van de Wet Autovervoer Goederen dan wel ingevolge artikel 19 van het Uitvoeringsbesluit autovervoer goederen 1988 (Stb. 1988, 209) en die gelden op het tijdstip van het in werking treden van deze wet, worden vanaf dat tijdstip aangemerkt als vergunningen voor binnenlands vervoer onderscheidenlijk communautaire vergunningen als bedoeld in artikel 5, eerste onderscheidenlijk derde lid.

Artikel

59

Voor zover in artikel 58 sprake is van tijdelijke vergunningen die gelden op het tijdstip van het in werking treden van deze wet, zijn deze, behoudens eerdere intrekking, geldig tot het tijdstip waarop zij hun geldigheid ingevolge de Wet Autovervoer Goederen zouden verliezen.

Artikel

60

Artikel

61

Tijdelijke inschrijvingen voor grensoverschrijdend eigen vervoer ingevolge artikel 51 van het Uitvoeringsbesluit autovervoer goederen 1988, die gelden op het tijdstip van het in werking treden van deze wet, worden vanaf dat tijdstip aangemerkt als inschrijving als bedoeld in artikel 15, met dien verstande dat zij slechts geldig zijn tot het tijdstip waarop zij hun geldigheid ingevolge de Wet Autovervoer Goederen zouden verliezen.

Artikel

62

Artikel

63

Artikel

64

Vakbekwaamheid, op welke wijze dan ook onder de werkingssfeer van de Wet Autovervoer Goederen verworven, alsmede ontheffingen welke ter zake zijn verleend, blijven na het in werking treden van deze wet met inbegrip van de in voorkomend geval aan deze vakbekwaamheid dan wel ontheffing verbonden beperkingen, behouden.

Artikel

65

Beschikkingen die vóór het tijdstip van het in werking treden van deze wet zijn genomen ingevolge artikel 56, zesde lid, van de Wet Autovervoer Goederen en die op dat tijdstip nog niet hebben geleid tot intrekking van de vergunning, behouden hun geldigheid ook na dat tijdstip, met dien verstande dat met het oog op de feitelijke intrekking alsnog een beschikking ingevolge artikel 12, eerste lid, onderdeel c, wordt genomen. Daarbij worden de termijnen die in de krachtens de Wet Autovervoer Goederen genomen beschikkingen zijn opgenomen, in acht genomen.

Artikel

66

Het bepaalde in artikel 65 is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van doorhaling van een inschrijving als bedoeld in artikel 49, derde lid, van de Wet Autovervoer Goederen.

Artikel

67

Artikel

68

Artikel

69

Beschikkingen die vóór het tijdstip van in werking treden van deze wet zijn genomen ingevolge artikel 107, eerste of derde lid, van het Uitvoeringsbesluit Autovervoer Goederen 1988, worden aangemerkt als beschikkingen ingevolge artikel 13.

Artikel

70

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

71

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

72

Onze Minister voert over voorstellen van wet, algemene maatregelen van bestuur en ministeriële regelingen op het terrein van het vervoer met vrachtauto’s overleg met vertegenwoordigers van representatieve organisaties van beroepsvervoerders, werknemers, eigen vervoerders en verladers in het goederenvervoer over de weg.

Artikel

73

Vervallen

Artikel

74

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden gesteld.

Artikel

75

Tot aan het tijdstip, waarop het bij koninklijke boodschap van 28 juni 1989 ingediende voorstel van wet tot instelling van een Raad voor verkeer en waterstaat (kamerstuk II, 1989-1990, 21 199) tot wet wordt verheven en in werking treedt, wordt het overleg, bedoeld in artikel 72, gevoerd met de Adviescommissie Goederenvervoer, bedoeld in artikel 6 van de Wet Autovervoer Goederen. In afwijking van artikel 57 blijft het bepaalde bij of krachtens de artikelen 6 en 7 van die wet tot dat tijdstip van toepassing.

Artikel

76

Deze wet kan worden aangehaald als: Wet goederenvervoer over de weg.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Verkeer en Waterstaat, J. R. H. Maij-Weggen
De Minister van Justitie, E. M. H. Hirsch Ballin

Inhoudsopgave

Hoofdstuk I

Inleidende bepalingen

Hoofdstuk II

Beroepsvervoer

Hoofdstuk III

Eigen vervoer

Hoofdstuk IV

Bepalingen inzake grensoverschrijdend vervoer door niet in Nederland gevestigde ondernemers

Hoofdstuk V

Diverse bepalingen inzake beroepsvervoer en eigen vervoer

Hoofdstuk VI

Organen belast met vergunningverlening en inschrijving

Hoofdstuk VII

Beroep

Hoofdstuk VIII

Toezicht en opsporing

§ 1

Toezicht op de naleving

§ 2

Bevoegdheid in het kader van de opsporing

Hoofdstuk IX

Overgangs- en slotbepalingen