Wet van 2 november 1992, houdende bepalingen inzake arbeid verricht in verband met de mijnbouw op de Noordzee

Wet arbeid mijnbouw Noordzee

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is enkele wettelijke bepalingen vast te stellen met betrekking tot arbeid verricht in verband met de mijnbouw op de Noordzee;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel

1

Artikel

2

Het Nederlandse arbeidsovereenkomstenrecht, met inbegrip van de daarop betrekking hebbende regels van internationaal privaatrecht, is van toepassing met betrekking tot de arbeidsovereenkomst van een werknemer. Voor de toepassing van de regels van internationaal privaatrecht geldt arbeid verricht door een werknemer als arbeid verricht op het grondgebied van Nederland.

Artikel

3

Artikel

4

Artikel

5

Vervallen

Artikel

8

Het Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen 1945, met inbegrip van de regels die zijn toepasselijkheid in internationale gevallen bepalen, is van toepassing met betrekking tot de arbeidsovereenkomst van een werknemer.

Artikel

9

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

10

Artikel

11

Artikel

12

Deze wet kan worden aangehaald als: Wet arbeid mijnbouw Noordzee.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, B. de Vries
De Minister van Economische Zaken, J. E. Andriessen
De Staatssecretaris van Justitie, A. Kosto
De Minister van Justitie a.i., C. I. Dales