Besluit van 16 maart 1993, houdende regels inzake de zorg voor herplaatsing van personeel

Besluit herplaatsingsbeleid

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken van 1 juli 1992, no. AT92/U725, directoraat-generaal Management en Personeelsbeleid, directie Personeelsmanagement, afdeling Arbeidsmarktbeleid;
Gelet op de artikelen 125 en 134 van de Ambtenarenwet 1929 (Stb. 530);
De Raad van State gehoord (advies van 3 september 1992, no. W04.92.0303);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken van 4 maart 1993, no. AAT92/309;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel

1

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    Onze Minister: het hoofd van het betrokken ministerie dan wel het daarmee overeenkomende bevoegde gezag bij de Hoge Colleges van Staat;

  • b.

    personeelsplan: een door Onze Minister vastgesteld en aan de betrokkenen bekendgemaakt plan van afvloeiing waarvan een door Onze Minister vastgesteld sociaal plan een onderdeel vormt;

  • c.

    gezamenlijke vacaturebank rijksoverheid: het geautomatiseerd systeem bedoeld in artikel 3.

Artikel

2

Artikel

3

Onze Minister van Binnenlandse Zaken beheert in overleg met Onze Ministers een geautomatiseerd systeem waarin een geactualiseerde stand van zaken betreffende openstaande vacatures bij de rijksoverheid wordt gehouden.

Artikel

4

Artikel

5

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

6

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Binnenlandse Zaken, C. I. Dales
De Minister van Justitie, E. M. H. Hirsch Ballin