Besluit van 31 augustus 1959, houdende vaststelling van een nieuwe regeling tot toekenning van wachtgeld bij ontslag aan burgerlijke Rijksambtenaren

Rijkswachtgeldbesluit 1959

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken van 17 juli 1959, nummer A 592/U 2395, Hoofdafdeling Overheidspersoneelszaken, Afdeling Algemene en Juridische Zaken;
De Raad van State gehoord (advies van 11 augustus 1959 nummer 21);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken a.i., van 26 augustus 1959, nummer A 592/2756, Hoofdafdeling Overheidspersoneelszaken, Afdeling Algemene en Juridische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Begripsomschrijvingen

Artikel

1

In dit besluit wordt verstaan onder:

Artikel

2

Artikel

3

Artikel

3a

Artikel

4

Artikel

4a

Recht op wachtgeld

Artikel

5

Duur van het wachtgeld

Artikel

6

Artikel

6a

Vervolgwachtgeld

Artikel

6b

Bedrag van het wachtgeld

Artikel

7

Bedrag van het vervolgwachtgeld

Artikel

7a

Inkomsten uit of in verband met arbeid of bedrijf

Artikel

8

Artikel

9

Artikel

10

Onze Minister kan bepalen, dat inkomsten, welke zijn genoten uit hoofde van overwerk, bij wijze van gratificatie, terzake van een vrijwillige verbintenis bij het Korps Nationale Reserve, als vrijwillige ambtenaar bij de politie, of bij andere door Onze Minister aan te wijzen reserve-organen, geheel of ten dele niet worden aangemerkt als inkomsten.

Artikel

10a

Geneeskundig onderzoek

Artikel

11

Indien de betrokkene ongeschikt is tot het verrichten van arbeid wegens ziekte, kan hij door Onze Minister worden verplicht zich geneeskundig te doen onderzoeken.

Artikel

12

Vervallen

Einde en verval van het recht op wachtgeld

Artikel

13

Vermindering en niet-uitbetaling van het wachtgeld

Artikel

14

Afkoop van het recht op wachtgeld

Artikel

15

Op aanvraag van de betrokkene kan het recht op wachtgeld geheel of ten dele worden afgekocht.

Opschorting

Artikel

16

Samenloop van wachtgeld en invaliditeitspensioen dan wel uitkering wegens arbeidsongeschiktheid

Artikel

17

Tegemoetkoming verhuiskosten

Artikel

18

Aan de betrokkene aan wie wachtgeld is toegekend, die elders arbeid of bedrijf ter hand gaat nemen, kan ter zake van de kosten, die voor hem aan een daartoe nodige verhuizing zijn verbonden, een tegemoetkoming worden toegekend tot ten hoogste het bedrag van een vergoeding volgens de normen van het Verplaatsingskostenbesluit 1989.

Betaling

Artikel

19

Beroep

Artikel

20

Vervallen

Artikel

21

Vervallen

Artikel

22

Vervallen

Slotbepalingen

Artikel

23

De Algemene Termijnenwet (Stb. 1964, 314) is niet van toepassing op de termijnen gesteld in artikel 6, eerste en tweede lid, artikel 6a, tweede lid, artikel 6b, derde tot en met zesde lid, artikel 7, eerste lid, en artikel 19, tweede lid.

Artikel

24

Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit, hetwelk in het Staatsblad zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State en aan de Algemene Rekenkamer.

Soestdijk
JULIANA.
De Minister van Binnenlandse Zaken, E. H. TOXOPEUS.
De Minister van Justitie, A. C. W. BEERMAN.