Wet van 9 december 1993, tot aanwijzing van documenten dienende ter vaststelling van de identiteit van personen alsmede aanwijzing van enige gevallen waarin de identiteit van personen aan de hand van deze documenten kan worden vastgesteld

Wet op de identificatieplicht

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het ter verbetering van de handhaving van regelingen voor de uitvoering waarvan bekendheid met de identiteit van een persoon van belang is, wenselijk is te bepalen met welke documenten de identiteit van personen in bij de wet aangewezen gevallen kan worden vastgesteld alsmede enige van deze gevallen aan te wijzen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk

I

Aanwijzing van documenten

Artikel

1

Hoofdstuk

II

Wijziging van het Wetboek van Strafrecht

Artikel

2

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

III

Wijziging van de Organisatiewet Sociale Verzekering

Artikel

3

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

IV

Wijziging van de Wet op de Sociale Verzekeringsbank

Artikel

4

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

V

Wijziging van de Algemene Bijstandswet

Artikel

5

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

VI

Wijziging van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers

Artikel

6

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

VII

Wijziging van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen

Artikel

7

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

VIII

Wijziging van de Arbeidsvoorzieningswet

Artikel

8

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

IX

Wijziging van de Algemene Ouderdomswet

Artikel

9

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

X

Wijziging van de Algemene Weduwen- en Wezenwet

Artikel

10

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

XI

Wijziging van de Algemene Nabestaandenwet

Artikel

11

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

XII

Wijziging van de Algemene Kinderbijslagwet

Artikel

12

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

XIII

Wijziging van de Wet arbeid buitenlandse werknemers

Artikel

13

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

XIV

Wijziging van de Wet op de loonbelasting 1964

Artikel

14

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

XV

Wijziging van de Algemene wet inzake rijksbelastingen

Artikel

15

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

XVI

Wijziging van de Wet inzake spaarbewijzen

Artikel

16

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

XVII

Wijziging van de Wet identiteitsvaststelling bij financiële dienstverlening

Artikel

17

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

XVIII

Wijziging van de Wet op de economische delicten

Artikel

18

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

XIX

Wijziging van de Vreemdelingenwet

Artikel

19

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

XX

Wijziging van de Wet op het Notarisambt

Artikel

20

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

XXI

Wijziging van de Wet personenvervoer

Artikel

21

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

XXII

Wijziging van de Wet persoonsregistraties

Artikel

22

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

XXIII

Slotbepalingen

Artikel

23

Artikel

24

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Artikel

25

Deze wet kan worden aangehaald als "Wet op de identificatieplicht".

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te ’s-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Justitie, E. M. H. Hirsch Ballin
De Minister van Justitie, E. M. H. Hirsch Ballin